Oorlog der millimeters Balans van een driejarige ontwikkeling Wal is er veranderd? Van overeenstemming geen sprake Het is nu al weer drie jaar geleden, dat het filmbedrijf op vrij plotselinge wijze geconfronteerd werd met een ontwikkeling, welke men terecht gezien heeft als een doorbraak naar grotere ruimtelijke expressie van de film. De eerste experimenten van deze aard dateerden reeds van het einde der twintiger en het begin der dertiger jaren, maar hun betekenis ging verloren in de sensationele ontwikkeling van de geluidsfilm en de groeiende inte resse voor de kleurenfilm. Wel was het in bedrij f skringen vrij algemeen bekend, dat de pogingen tot verbetering van de projectiemethoden aan het einde van de veertiger ja ren weer met kracht ter hand waren genomen. In de jaarverslagen van de Motion Picture Association of America was al enige keren onder meer in 1951 melding gemaakt van de vooruitgang welke er geboekt was met het streven naar een grotere, scherpere en vooral een meer indruk van ruimte gevende projectie, toen in Oclober 1952 .,This is Cinerama", op de voet gevolgd door „Bwana Devil" het startsein gaven voor een onver wachte wedloop van elkaar beconcurrerende systemen om de markt. Onder deze systemen waren er verschillende, welke nu niet bepaald geperfectionneerd of zelfs maar nieuw genoemd konden worden en hun even plotselinge als sensationele ..come back" alleen te danken hadden aan de hoop van hun promotors om in de algemene op winding het reeds vroeger geïnvesteerde en ongetwij feld reeds afgeschreven kapitaal, of althans een deel daarvan, alsnog snel te amortiseren alvorens betere me thoden hel pleit zouden winnen. Stond aanvankelijk de herverschijning van de stereo- scopische film toen „driedimensionale film of kort weg ..3-D" genoemd nog in de belangstelling, nauwe lijks een jaar later, in October 1953, moest deze al weer het veld ruimen voor de panoramische film. in dit geval ..The Robe", welke volgens hel zogenaamde Cinemascope systeem was opgenomen. Sedertdien zijn in heel wat bioscopen grote projectie doeken geïnstalleerd en is de panoramische film een alledaagse verschijning in het bioscoopprogramma ge worden. Ook de stereofonische geluidsweergave heeft intussen haar intrede in de bioscoop gedaan en al zijn er maar weinig theaters, welke geschikt zijn voor werkelijk stereofonische geluidsweergave, er zijn er toch vele. die gebruik maken van bijzondere geluidseffecten door mid del van magnetische geluidssporen, welke op sommige panoramische films zijn aangebracht. Aangezien de filmproducenten de volgens nieuwe sy stemen vervaardigde films tot dusver ook in standaard- copieën zijn blijven uitbrengen, heeft bij velen de opvat ting post gevat, dat er sedert het verschijnen van Cinema scope. Vistavision. Superscope enz. maar weinig van een verdere ontwikkeling te bespeuren valt. dat de technische evolutie nu wel ongeveer tot staan is gekomen en dat men zo langzamerhand wel tot een standaardisering van de meest verbreide systemen zal geraken. Weliswaar hoort men af en toe eens iets over experimenten met bredere filmformaten dan 35 mm., maar daaraan schenkt men niet al te veel aandacht omdat men ook vroeger wel van dergelijke avonturen vernomen heeft welke op niets zijn uitgelopen en men niet gelooft, dat systemen, welke een belangrijke afwijking van de bestaande standaardappara- tuur vergen, werkelijk kans maken in brede kring aan vaard te worden. Maar is men daar wel zo zeker van? Realiseert men zich bijvoorbeeld dat er op het ogenblik al vijftien soor ten 35 mm. copieën in het bedrijf rouleren, te weten niet minder dan tien uiteenlopende typen anamorfische films en vijf verschillende versies van niet-anamorfische wide screen copieën? Men kan toch moeilijk aannemen, dat de filmproducenten de enorm gestegen copiekosten zouden blijven maken, indien zij er niet van overtuigd waren, dat deze investeringen haar rente zullen opleveren. De produc tiemaatschappijen weten immers uit bittere ervaring, dat het lanceren van een nieuw procédé steeds een hachelijke onderneming blijft. De kosten van ontwikkeling en instal latie geven vaak astronomische cijfers aan. terwijl de amortisatie langzaam en gecompliceerd is. Zelfs als men met enige films een fenomenaal succes heeft, wil dat nog niet zeggen, dat men „er uit zal springen" en de onge duldige aandeelhouders begrijpen maar niet waarom de investeringen niet zo snel geamortiseerd kunnen worden als zij verwacht hadden. Houdt daarom alleen al het feit dal de Amerikaanse productiemaatschappijen ondanks steeds grotere investe ringen hardnekkig voortgaan met haar technische research en het experimenteren met zeer uiteenlopende systemen, welke zij bezig zijn te commercialiseren, niet de ernstige waarschuwing in dat er van enige consolidatie in de ont- ikk wikkelma" voor lopig nog aeen sprake 5? Integendeel, deskundigen en niet alleen technische experts zijn van mening, dat wat tot dusver heeft plaats gevonden nog slechts voorhoedegevechten zijn geweest in wat zij ..de oorlog der millimeters" zijn gaan noemen. Vi eliswaar ver wachten zij geen overrompelingen meer. maar zij voor zien een langdurige strijd over welks uitslag weinig te voorspellen valt. Volgens hen is bij wijze van spreken de zware artillerie nog niet in stelling gebracht en zijn om vang en sterkte der strijdkrachten zelfs nog niet te over zien, omdat partijen tot dusver nog niet al haar troepen en materiaal naar het front hebben gedirigeerd. Inzonderheid werd deze stand van zaken nog eens be klemtoond tijdens de in October 1955 te Lake Placid in de Verenigde Staten gehouden halfjaarlijkse conventie van de Societv of Motion Picture and Television Engineers. Aan het einde dezer bijeenkomst moest de voorzitter dezer organisatie vaststellen, dat het aantal wide screen pro- cédé's nog steeds toeneemt en dat er ..tot nu toe geen enkele aanwijzing is van enige poging tot of zelfs maar verlangen naar standaardisatie of om tot overeenstemming te komen". Het enige wat men tot dusver op dit punt heeft bereikt is een aanbeveling tot het plaatsen van algemene aanwijzingen op de copieën. welke het mogelijk maken onmiddellijk vast te stellen met wat voor een soort copie men te doen heeft, een standaardidenlifieatie dus. Ook tijdens het door vele exploitanten bijgewoonde open forum, dat einde November 1955 te Manchester door 19

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1956 | | pagina 20