Verdere agendapunten Jaarrekening zetten, daar zij het raadzaam acht om het Bedrijfspen sioenfonds per 1 Januari 1957, tegelijk met de Algemene Ouderdomsverzekering, in werking te doen treden. Een hartelijk applaus beloonde spreker voor zijn uit voerige uiteenzetting, waarna de Voorzitter de Pensioen commissie dank zegde voor haar werkzaamheid. Het ligt in de bedoeling van het Hoofdbestuur ter zake een ont- werp-reglement voor te bereiden, dat de Bondsleden te zijner tijd op de gebruikelijke wijze ter beoordeling zal worden voorgelegd. De heer A. F. Wolff, complimenteerde als lid van de Commissie van Rapporteurs de Bondsdirecteur met de samenstelling en uitvoering van het jaarverslag over 1955. De inhoud van het verslag gaf spreker aanleiding tot het stellen van vragen en het maken van enige opmer kingen onder meer in zake de bouwstop, de technische controles, eventuele maatregelen tegen het cadeaustelsel, toepassing van de Lijst van Geen Bezwaar enz., welke door de Voorzitter werden beantwoord. De heer E. Alter zegde eveneens als lid van de Com missie van Rapporteurs de Bondsdirecteur en zijn mede werkers dank voor de samenstelling van het jaarverslag. Uitvoerig ging spreker aan de hand van dit verslag in op het euvel van de filmbeschadigingen. haar oorzaken en eventuele maatregelen om deze tegen te gaan en bepleitte een strenger optreden tegen ondeskundige en nonchalante behandeling van materiaal. De Voorzitter deelde mede, dat dit vraagstuk juist de laatste weken acuut; is geworden omdat de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders aan het Hoofdbestuur voorstellen heeft gedaan onder meer ter bestrijding van het euvel van het zoekraken van de start- en eindstukken der films en het beschadigen van de films door het willekeurig en ondes kundig aanbrengen van overneemtekenseen van de voor naamste maatregelen daartegen is de normalisatie van de lengten der filmacten. De heer Alter verklaarde met vreugde te hebben ver nomen, dat het in de, bedoeling lag uniforme voorschriften over de lengte der filmacten enz. uit te vaardigen. Spre ker vreesde, dat deze maatregelen alleen niet voldoende zullen blijken te zijn, omdat er vele oorzaken van film- beschadiging zijn. zoals onverantwoorde wijze van ver pakking. De heer H. W. Hagenberg, Secretaris der Technische Commissie, wees erop, dat sinds 1945 tegen het euvel der filmbeschadiging met kracht is opgetreden. Deze actie heeft wel degelijk een aanzienlijke verbetering in het on derhoud van de projectie-apparaten en de behandeling van films opgeleverd. Het aantal filmbeschadigingen is misschien nog niet zozeer verminderd als men wel zou wensen, maar men moet niet uit het oog verliezen, dat men tegenwoordig met veel kwetsbaarder materiaal werkt dan voorheen. Na 1945 heeft zich een technische rehabi litatie in de bioscopen voltrokken, terwijl de Bond de opleiding van technisch, bioscooppersoneel door een afzon derlijke stichting met kracht heeft bevorderd, waardoor het technische peil van de employe's is opgevoerd. Het is juist, dat de thans ontworpen voorschriften alléén geen panacee vormen voor het algemene euvel van be schadiging, dat in hoofdzaak wordt veroorzaakt door nalatigheid van de operateurs. Het Hoofdbestuur treedt wel degelijk tegen delinquenten op. Het is opmerkelijk, dat het euvel van filmbeschadiging door nalatigheid in de regel een niet op zich zelf staand verschijnsel is, maar gepaard gaat met een verdere on achtzaamheid in de exploitatie, welke door de technische controle wordt gerapporteerd. Zo is het Hoofdbestuur in het afgelopen jaar op grond van dergelijke tekortko mingen herhaaldelijk opgetreden en is zelfs enige malen tot bioscoopsluiting overgegaan. Het College heeft vol doende machtsmiddelen om overtreders tot de orde te roepen; de Bondsvoorwaarden bevatten daarover uitvoe rige bepalingen, op welker niet-naleving zelfs de zwaarste sanctie welke de Statuten kennen door het Hoofdbestuur kan worden toegepast. Voorts wordt overwogen een uniform verzendsysteem van films in te voeren door middel van containers of filmverzenddozen. Tenslotte hebben de door de verzekeringsmaatschappij uitgekeerde bedragen niet uitsluitend betrekking op film beschadiging. maar ook op vernieuwing van het materiaal in verband met zoekraken of brand. Nadat ook de Voorzitter de Bondsdirecteur en zijn medewerkers dank had gebracht voor het jaarverslag, dat hij „een gaaf en doorwrocht werk" noemde, werd dit met algemene stemmen goedgekeurd. Vervolgens bracht de heer Alter namens de Commissie van Rapporteurs, waarin dit jaar tevens zitting hadden de heren C. van Liere te Goes en A. F. Wolff te Utrecht, verslag uit over de financiële jaarstukken. De Commissie had met voldoening kunnen vaststellen, dat gevolg was gegeven aan de door haar het vorige jaar gegeven suggestie om de toevoegingen aan de Reserve voor Dubieuze Debiteuren buiten de gewone jaarrekening te houden, door welke wijze van vermelding het financiële jaaroverzicht aanmerkelijk aan duidelijkheid had gewon nen. Nadere inlichtingen waren door de Commissie gevraagd inzake onderscheiden op de jaarrekening vermelde uit gaven onder meer betreffende het Bondsorgaan, het jaar verslag en de post filmverzekering. Bij monde van de Penningmeester, de heer W. K. G. van Royen, en de Directeur, de heer J. G. J. Bosman, was medegedeeld, dat de kosten van de uitgave van het orgaan en het jaarverslag aanzienlijk hoger zijn geworden ten gevolge van de toe nemende stijging van de lonen, papierprijzen, clichékosten e.d., terwijl ook de oplaag moest worden verhoogd; bij de begroting voor 1956 is hiermede rekening gehouden. Ten aanzien van de post filmverzekering waren de Rapporteurs van oordeel, dat het mogelijk en wenselijk moet zijn dit bedrag te reduceren. Belangrijke bedragen worden door de filmverhuurders besteed voor het laten harden, coaten of regenereren van de filmcopieën en de versterking van de perforatie, waardoor het risico voor beschadiging verminderd wordt. Daarnaast valt de vraag te beantwoorden of de noodzakelijkheid nog aanwezig is van Bondswege alle copieën voor drie jaar te verzekeren, aangezien de grote roulades zich in de practijk binnen een periode van circa twee jaar voltrekken. Voorts ver zocht de Commissie een nadere specificatie omtrent de vergoedingen voor filmcopiebeschadiging, transportscha devergoeding en/of vergoeding voor diefstal. De Bondspenningmeester heeft de Commissie ten ant woord medegedeeld, dat de schade voortvloeiende uit copiebeschadigingen tot op heden ondanks de maatregelen van de filmverhuurders nog steeds van ernstige aard is

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1956 | | pagina 9