Vertegenwoordigingen van het Hoofdbestmir
In November van dat jaar werd door de Commissie ad
hoc een interimair rapport aan het Hoofdbestuur uitge
bracht, welks conclusies en aanbevelingen voor dit Col
lege aanleiding werden om zich in beginsel uit te spreken
voor de stichting van een algemeen pensioenfonds. De
Commissie ontving nu de opdracht een plan tot stichting
van een zodanig algemeen pensioenfonds nader uit te
werken.
Na uitvoerig onderzoek en tijdvragende oriënterende
besprekingen ontwierp de Commissie een plan, hetwelk
als grondslag zou kunnen dienen voor een algemene re
geling. Aangezien voor de nadere uitwerking daarvan
gegevens nodig waren omtrent aantal, leeftijd en lonen
der voor de pensioenregeling in aanmerking komende per
sonen, werd door het Hoofdbestuur in de loop van 1955
een enquête dienaangaande onder de leden ingesteld,
welke eerst in het voorjaar 1956 kon worden beëindigd.
Nadat door het Hoofdbestuur aan de op 3 April 1956
gehouden jaarlijkse algemene ledenvergadering verslag
was uitgebracht van de ter zake gemaakte vorderingen,
heeft de Commissie haar taak met voortvarendheid voort
gezet, zodat nog deze zomer een voorontwerp van een pen
sioenregeling aan het Hoofdbestuur kon worden voor
gelegd.
Het Hoofdbestuur was de opvatting toegedaan, dat dit
voorontwerp een alleszins redelijke basis vormt om tot
een acceptabele pensioenvoorziening te geraken en heeft
daarom begin September de desbetreffende bescheiden
aan alle Bondsleden toegezonden, ten einde hen en de be
trokken Bondscolleges in de gelegenheid te stellen dit
voorontwerp-bedrijfspensioenregeling te bestuderen.
Behalve aan de mogelijkheid van herverzekering der
pensioenen is eveneens ruime aandacht besteed aan de
mogelijkheid om een zelfstandig pensioenfonds in eigen
beheer te stichten. Dienaangaande is een deskundig rap
port ontvangen, waaruit blijkt, dat hierin aantrekkelijke
mogelijkheden schuilen. De vele facetten, die onder liet
oog gezien moeten worden, maken een verdere studie op
dit punt noodzakelijk.
De ontworpen statuten en reglementen bieden uiteraard
een voorlopige formulering en ook de bijgevoegde sche
ma's geven slechts een summier beeld van de mogelijk
heden. Niet alleen zal de algemene ledenvergadering zich
hierover nog moeten uitspreken, maar tevens zal overleg
nodig zijn met werknemersorganisaties en departementale
instanties. Bovendien zal de redactie nog beïnvloed wor
den door de uitslag van de te maken keuze tussen herver
zekering en eigen beheer, terwijl ten slotte de eventuele
deelneming van zelfstandigen nog wijzigingen en aanvul
lingen zal medebrengen.
Het is verheugend, dat alle tien afdelingen der
organisatie in de afgelopen weken aanstonds bijeen
zijn gekomen om over de toegezonden voorontwerpen van
gedachten te wisselen.
Voor al deze besprekingen bestond grote belangstelling
en de conclusie is niet gewaagd, dat aan het Hoofdbestuur
wat de grote lijnen aangaat instemming zal worden be
tuigd met de ingediende plannen. Indien ook het overleg
met de werknemersorganisaties bevredigend verloopt,
mag nog dit jaar een desbetreffend voorstel aan de alge
mene vergadering worden verwacht en kan de stichting
van een bedrijfspensioenfonds in de loop van het volgen
de jaar tegemoet worden gezien. Dit zal dan in de wereld
van het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf een sociale
gebeurtenis van beslissende betekenis zijn, die de betrek
kingen tussen werkgevers en werknemers in ons bedrijf
nog zal versterken en, hoewel bescheiden van opzet, reeds
na een klein aantal jaren in toenemende mate de zorgen
van ons personeel in geval van ouderdom en overlijden
zal verlichten.
Voor zover niet in de verschillende verslagen elders
vermeld, was het Hoofdbestuur bij de volgende gelegen
heden vertegenwoordigd
Op Maandag 24 September j.1. herdacht de heer J. J.
ter Linden het feit, dat hij vijfentwintig jaar geleden zijn
intrede deed in het film- en bioscoopbedrijf, met een zeer
druk bezochte receptie in Krasnapolsky.
De heer W. K. G. van Royen, Penningmeester van het
Hoofdbestuur, feliciteerde de heer Ter Linden namens het
College, dat tevens een bloemenhulde had gezonden.
De Afdeling Antwerpen van de Vereniging der Kinema-
bestuurders van België herdacht op Woensdag 26 Sep
tember j.1. op feestelijke wijze haar veertigjarig bestaan.
Het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Bioscoop-
Bond was daarbij vertegenwoordigd door zijn Voorzitter,
de heer Joh. Miedema, en de Bondsdirecteur, de heer J. G.
J. Bosman.
De heer Miedema wenste de jubilerende afdeling een
gelukkige toekomst toe, daarbij wijzend op de saamhorig
heid tussen Nederland en Vlaanderen en de bereidheid
tot samenwerking.
Op Donderdag 27 September jl. vond een bespreking
plaats tussen de Wethouder van Financiën van Enschede
en de ter plaatse gevestigde exploitanten, waarbij het
Hoofdbestuur vertegenwoordigd was door de Voorzitter
en de Bondsdirecteur.
Onder zeer grote belangstelling opende de N.V. Astra
Film Mij. op Donderdag 27 September haar nieuw Arn
hems Theater „Saskia" aan de Looierstraat aldaar met een
feestelijke Nederlandse première, welke voorstelling door
onderscheiden leden van het Hoofdbestuur werd bijge
woond.
De Bondsdirecteur, de heer J. G. J. Bosman, vertolkte
de gelukwensen van het Hoofdbestuur, dat tevens door
een fraai bloemstuk van zijn belangstelling had doen
blijken.
Op Maandag 1 October jl. hield Prof. Dr. Ph. J. Iden-
burg in de aula van de Gemeentelijke Lbiiversiteit te
Amsterdam een inaugurale rede ter gelegenheid van zijn
ambtsaanvaarding als bijzonder hoogleraar vanwege de
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen aan deze universi
teit, welke plechtigheid door de Bondsdirecteur werd bij
gewoond.