komen, hebben wij de werkelijkheid steeds onder ogen gezien. anneer wij dan op deze gedenkwaardige oude jaarsdag ons realiseren, dat zich opnieuw een moeilijke periode voor onze bedrijven aandient, dan zullen wij evenals in het verleden door bundeling van onze geza menlijke krachten en geschraagd door onze onwankelbare organisatorische eenheid alle ons ten dienste staande mid delen weten te benutten om onze existentie te bewaren. Deze middelen hebben wij niet alle zelf in de hand. maar de geschiedenis der cinematografie toont aan, dat immer een indrukwekkender potentieel aan energie, vin dingrijkheid en initiatieven voorhanden was. waaruit op kritieke ogenblikken steeds weer nieuwe impulsen zijn voortgekomen. In de verwachting, dat dit ook in de toekomst het geval zal zijn, geloof ik, dat wij ook ons a.s. jubileumjaar met vertrouwen mogen tegemoetzien." Terugkerende tot het jongste verleden kweet de Bonds voorzitter zich van de droeve plicht de leden te herden ken, die de Bond sedert de vorige vergadering waren ont vallen, de heren: A. Heuvers. exploitant van de Cinema Royal te Oss; C. J. van Liere van de Firma Van Liere Zonen te Goes; A. Mantjes. exploitant van het Olympia Theater te Utrecht; K. R. de Roos. directeur van de N.V. Tivoli Theater te Apeldoorn en H. v. d. Heide te Rotter dam, die bijna dertig jaar lang donateur van de Bond was. Staande bracht de vergadering in stilte hulde aan hun nagedachtenis. Hoewel het jaarverslag over 1957 de leden, zoals ge woonlijk, een volledige documentatie zal geven over het afgelopen Bondsjaar en een gedetailleerde beschouwing bovendien voor de jaarvergadering gereserveerd behoort te blijven, meende de heer Miedema de leden echter wel in het kort enkele essentiële gegevens te moeten verstrekken. Deze betroffen vooral het verloop der bezoek- en recette- cijfers. Ten opzichte van 1956 hebben deze bezoekcijfers in het afgelopen jaar een teruggang te zien gegeven tot 92,9% en ten opzichte van 1955 tot 98,4%. De netto recettes voor het gehele land hebben in 1957 99.1 be dragen van die van 1956. Ten opzichte van 1955 valt een recettestijging Ie constateren lot 111,2 Voor wat betref I het vierde kwartaal van 1957 is het bezoek ten opzichte van de overeenkomstige periode van 1956 gedaald tot 83 en ten opzichte van 1955 iot 81,1 De netto-recettes in genoemde periode hebben len opzichte van 1956 bedragen 91 en ten opzichte van 1955 95,3 Hieruit kan worden geconcludeerd, dat dil vierde kwartaal in sterke mate de lolaalcijfers over 1957 lieefl beïnvloed, waartoe behalve de televisie ook vele andere factoren hebben bijgedragen. Uit de cijfers over de eerste vier weken van Januari 1958 blijkt tenslotte, dat de recette is gedaald tot 91,2 ten opzichte van de eerste vier weken van Januari 1957. Hieruit blijkt, dat de dalende lendenz zich niet heeft uit gebreid en dat de bedrijfsresultaten zich voor deze Januarimaand op het niveau van het gemiddelde van 1957 hebben kunnen handhaven. .-Dit cijferverloop overziende." concludeerde de Bonds voorzitter. .,is er naar ik meen. voor ernstige verontrusting vooralsnog geen aanleiding en ik geloof dan ook. dat een gematigd optimisme geenszins misplaatst is. Ook in 1957 was ons Bondsleven rijk aan belangrijke evenementen. Van de meest markante feiten noem ik slechts het totstandkomen van het Bedrijfspensioenfonds en de aanneming van het gewijzigd Algemeen Bedrijfs- reglement. Voorts de verschijning van het voortreffelijke Handboek der Bioscooptechniek, de geslaagde Filmweek Den Haag 1957 en last but not least de door onze leden getoonde prachtige initiatieven op het gebied van nieuw bouw en verbetering van ons theaterpark. at 1958 betreft, zal ik mij niet wagen aan voorspel lingen; het ligt in de schoot der toekomst verborgen. Het Hoofdbestuur ontveinst zich geenszins, dat dit jaar ons zal confronteren met belangrijke vraagstukken en nieuwe problemen. Indien dit zo is. zullen wij in de beproefde samenwerking met allen die geroepen zijn mede leiding te geven en gesteund door onze voortreffelijke medewerkers, die de staf van ons Bondsbureau uitmaken, de moeilijk heden het hoofd weten te bieden. Dames en Heren, hiermede verklaar ik deze buitenge wone ledenvergadering voor geopend." Door een stevig applaus betuigden de leden hun instem ming met deze toespraak van hun Voorzitter, die daarop overging tot de behandeling van de overige punten van de agenda. Op advies van de Notulencommissie, bestaande uit de heren W. J. F. van Ewijk te Amsterdam. J. N ij land Jr te Utrecht en P. Vink Sr. te Deurne. werden de notulen der op 18 November 1957 gehouden buitengewone ledenver gadering met algemene stemmen goedgekeurd. Tot leden van de Commissie belast met het nazien van de notulen dezer buitengewone ledenvergadering werden benoemd de heren C. van Liere te Goes. M. J. W. Peters te Venlo en G. J. H. Dujardin te Driebergen. Vervolgens werd overeenkomstig artikel 12 der Statu ten en artikel 12 van het Algemeen Bondsreglement voorzien in de vacature, ontstaan door het tussentijdse af treden van de heer B. J. Schimmel. Als enige candidaat voor deze vacature was gesteld de heer J. P. M. A. Smul ders, directeur van Columbia International Films (Hol land) N.V. te Amsterdam, die derhalve onder het applaus der vergadering bij enkele candidaatstelling tot lid van het Hoofdbestuur gekozen werd. De Bondsvoorzitter- wenste het nieuwgekozen lid, mede namens het Hoofdbe stuur, geluk met zijn benoeming. In enkele woorden on derstreepte spreker de betekenis van het lidmaatschap van het Hoofdbestuur en gaf uiting aan zijn overtuiging, dat de heer Smulders zijn nieuwe functie naar beste krachten zal vervullen. De heer Smulders zegde de Voorzitter dank voor diens vriendelijke woorden en dankte ook de ledenvergadering voor het zo duidelijk in hem gestelde vertrouwen door hem alleen candidaat te stellen en te kiezen. Spreker ver zekerde, dat dit voor hem sleeds een aansporing zou zijn zijn uiterste krachten in te spannen voor het welzijn dei- organisatie, welke verklaring met applaus werd begroet. Nadat bij de rondvraag door de heer E. Alter te Den Haag enkele vragen waren gesteld, welke door de Voor zitter werden beantwoord, sloot deze de vergadering met een woord van dank aan de aanwezigen. Op uitnodiging van het Hoofdbestuur bleven de leden na afloop van de vergadering nog geruimen tijd in ge noeglijke „oudejaarsviering" bijeen.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1958 | | pagina 4