De Filmbeurs
Filmproductiecentrum
„onafhankelijkheid" moest worden gezien. Onpraktisch
was en is dit natuurlijk in hoge mate: aangezien het over
grote deel van de filmverhuurkantoren dus van de
instellingen, die de films ter keuring moeten aanbieden
zich te Amsterdam bevindt, brengt vervoer en heen-en-
weer-gereis tussen Amsterdam en Den Haag veel tijdverlies
met zich mede en veel kosten. Die tijd en die kosten had
den bespaard kunnen worden, als men destijds ook de
Filmkeuring in Amsterdam had ondergebracht.
De Bioscoop-Bond is van een kleine, bescheiden ver
eniging in 1918, gegroeid tot een grote, krachtige organi
satie, die niet slechts bioscoopexploitanten, maar ook
filmverhuurders, filmproducenten, enz. omvat. De werk
zaamheden en activiteiten van deze organisatie breidden
zich in de loop der jaren steeds uit: Het overgrote deel
van deze vele bondsactiviteiten was en is in de hoofdstad
geconcentreerd, in dat Bondsbureau daar aan de Jan Luy-
kenstraat, in een pand, dat naar het uiterlijk een voor
naam vorige-eeuws patriciërshuis is en dat inwendig het
patriciërskarakter verenigt met het moderne, zakelijke
element.
Hoezeer dat bureau van de Nederlandsche Bioscoop-
Bond te Amsterdam een centrum van activiteit is, moge
worden geïllustreerd met enkele cijfers: er worden jaar
lijks enige honderden vergaderingen gehouden, er komen
meer dan 20.000 brieven en telegrammen binnen, er gaan
zo'n 35.000 brieven, circulaires, enz. de deur uit, er wor
den 60.000 recettestaten van bioscopen gecontroleerd en
ingeboekt! We zullen u verder niet met cijfers vermoeien,
lezer deze paar getallen zeggen genoeg
Het is tevens de zetel van de Stichting Instituut voor
Opleiding van Technisch Bioscooppersoneel, die in de
twaalf jaren van haar bestaan vele honderden operateurs
heeft opgeleid. Maandelijks wordt een grote hoeveelheid
lessen naar leerling-operateurs in alle delen van het land
gezonden, terwijl uiteraard de op deze cursussen betrek
king hebbende correspondentie en administratie bijzonder
omvangrijk is. Het werk dezer stichting heeft er in zeer
belangrijke mate toe bijgedragen het technische peil van
de filmprojectie te verhogen, waarmede voor alles het
belang van het bioscoopbezoekende publiek is gediend.
Op het Bondsbureau is ook het secretariaat gevestigd
van de Nederlandsche Vereeniging van Bioscoopreclame-
Exploitanten, dat is de organisatie van de reclame-
bureaux, die zich speciaal bezig houden met de exploitatie
van reclamefilms en reclamediapositieven. Het bioscoop-
projectiedoek heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld
tot een reclamemedium, dat dank zij een straffe organi
satie het vertrouwen van de reclamemakende industrie en
middenstand heeft weten te verwerven.
Ook overigens neemt het filmbedrijf te Amsterdam een
belangrijke plaats in. We vertelden al, dat er reeds in het
verre verleden een filmbeurs was. Die Filmbeurs is er
nog steeds, een wekelijks ontmoetingscentrum van de film-
liandel in Krasnapolsky, waar het 's Maandags van des
voormiddags half elf tot des namiddags vier uur gonst van
de filmbedrijvigheid. Op de Filmbeurs worden eigenlijk
geen films verhandeld, maar de handel wordt daar voor
bereid. Er worden heel veel handen geschud en schouders
beklopt, de bioscoopexploitanten horen er van elkaar hoe
bepaalde films „het doen", men wisselt er ervaringen uit,
men maakt er in beginsel afspraken voor vertoningen en
men boekt er alvast bepaalde data.
De circa veertig filmverhuurkantoren hebben er alle
eigen boxen en zijn er alle met enige mensen vertegen
woordigd, doch ook de filmfabrieken (filmlaboratoria).
Bovendien komen er vele mensen uit de nevenbedrijven
van de filmwereld: handelaren in technische apparaten,
bioscoopreclamemensen, e.d. Het merendeel van de onge
veer tweehonderd wekelijkse beursbezoekers zijn natuurlijk
bioscoopexploitanten, voor wie deze beurs immers in de
eerste plaats bedoeld is.
De belangstelling voor de Filmbeurs is groot. Kort
geleden moest Krasnapolsky dan ook overgaan tot het
beschikbaar stellen van meer ruimte een tweede zaal
werd bij de reeds lang voor de beurs in gebruik zijnde
grote zaal gevoegd.
Een ander merkwaardig gebruik, dat men in Amsterdam
vindt, is het instituut der zogenaamde bedrijfsvoorstellin-
gen. Het is de leden van de Nederlandsche Bioscoop-Bond
namelijk niet toegestaan vertoningsovereenkomsten om
trent een of meer hoofdfilms aan te gaan, alvorens de
betreffende exploitant in de gelegenheid is gesteld de
films in kwestie te zien in een speciale daartoe door of
vanwege de distributeur te geven voorstelling, welke men
„bedrijfsvoorstelling" noemt. Deze reglementair voorge
schreven en door de bedrijfsleden druk bezochte voorstel
lingen worden te Amsterdam, meestal op de beursdag,
gegeven, zodat ook de exploitanten in de provincie zich
tijdig kunnen oriënteren omtrent het nieuwe product.
In een beschouwing over Amsterdam als centrum van
het filmbedrijf dienen natuurlijk ook de studio's te worden
betrokken. De grootste filmstudio's van ons land, die van
Cinetone een onderneming, waaraan de Bioscoop-Bond
veel geld ten koste heeft gelegd en waarbij de Bond nog
altijd ten nauwste betrokken is bevinden zich in de
gemeente Amsterdam.
In het grijze verleden werden er in verscheidene plaat
sen van Nederland films geproduceerd, later kwam er
enige concentratie. Voor de oorlog reeds bestonden de
studio's aan de Duivendrechtsekade te Amsterdam, maar
toen was er bovendien een Filmstad bij Den Haag. Een
bombardement maakte aan het bestaan van de Filmstad
van Loet C. Barnstijn een einde.
Al worden ook nu nog wel eens buiten de hoofdstad
speelfilms gemaakt, de meeste komen toch uit de Cinetone-
studio's, waar ook veel documentaires worden vervaardigd
en waar bovendien herhaaldelijk buitenlandse onderne
mingen films opnemen.
Niet slechts in de Cinetone-studio's, ook elders te Am
sterdam worden veel documentaires, reclamefilms enz.
vervaardigd; een belangrijk gedeelte van de Nederlandse
cineasten en filmproductie-ondernemingen is in de hoofd
stad gevestigd.
Men zou voorts nog kunnen zeggen, dat Amsterdam ook
in zoverre filmstad is, dat voor vrijwel alle Nederlandse
speelfilms de buitenopnamen geheel of gedeeltelijk te
Amsterdam worden en werden gemaakt, omdat die stad
nu eenmaal bijzonder pittoresk is. In de laatste jaren
werden ook enige malen voor buitenlandse speelfilms
opnamen op de grachten of in de straten van de Neder
landse hoofdstad gemaakt. De autoriteiten verleenden alle
denkbare medewerking, o.a. met betrekking tot afzetting
van straten, omlegging van het verkeer, enz. De bevolking
toonde telkenmale voor die opnamen veel belangstelling,
want de Amsterdammers zijn kennelijk „film-minded".
14