Nieuws uit het buitenland Argentinië Australië België Mar del Plata Melbourne Film Festival Strijd tegen ongelijke concurrentie verhoudingen In de loop van dit jaar zullen er wederom een groot aantal filmmanifestaties worden gehouden, welke onder ling sterk van karakter verschillen. Naast de vier „grote" festivals, namelijk die van Berlijn, Cannes, San Sebastian en Venetië, die in hun reglementen de voorwaarde hebben opgenomen, dat de te vertonen films nog niet buiten het land van oorsprong vertoond mogen zijn, treft men een aantal festivals aan, die deze voorwaarde weliswaar niet stellen althans niet voor buitenlandse films maar toch het algemene karakter van een competitie hebben. Verder valt er een toeneming van sterk gespecialiseerde festivals te constateren, die soms een zeer grote groep van belangstellenden blijken te trekken. Tot deze laatste be hoort bijvoorbeeld de van 29 Januari tot 7 Februari j.1. te Berlijn gehouden „Internationale Agrarfilm-Wett- bewerb". Met deze voortreffelijk georganiseerde „Grime Woche", waaraan ook met enkele Nederlandse films werd deelgenomen, werd de rij van filmmanifestaties in 1960 geopend. Het festival van Mar del Plata, dat vooral ten doel heeft een grotere verspreiding van de culturele film in de Latijns-Amerikaanse landen, zal van 8 tot 17 Maart a.s. worden georganiseerd door de Comision Perma nente de Festivales Internacionales van de Argentijnse Republiek. De deelnemende films, welker productiedatum moet vallen binnen het aan de opening voorafgaande jaar, mogen nog niet in Latijns-Amerika in ex ploitatie zijn gebracht of op een ander internationaal festi val gepresenteerd zijn. Per land kunnen een lange en een korte of enkel twee korte films worden ingezonden, die van Spaanse voettitels voorzien moeten zijn, tenzij zij reeds twee maanden vooraf zijn aangemeld. Alle deelnemende films zullen, zoals gebruikelijk bij fes tivals, vrij zijn gesteld van invoerrechten, belastinghef fingen, deviezenbeperkingen of welke andere restricties ook, zoals door hetlnstitutoNacional deCine- matografia van de Republiek Argentinië schriftelijk is bevestigd aan de Internationale Federatie van Vereni gingen van Filmproducenten (F.I.A.P.F.). Er zijn twee internationale jury's, namelijk een van elf leden voor lange en een van zeven leden voor korte films, die de volgende prijzen kunnen toekennen: a) prijs voor de beste film; b) prijs voor de beste regie; c) prijs voor het beste script; d) prijs voor de beste vrouwelijke ver tolking; e) prijs voor de beste mannelijke vertolking; f) bijzondere prijzen en g) een prijs voor de beste korte film. Gezien het spectaculaire succes van de reeks van mani festaties, welke het vorige jaar onder de naam van „Aus tralisch Filmfestival" in verschillende hoofdsteden van de landen van het Australische Gemenebest werd gehouden, maar waarvan het centrum Melbourne was, heeft het Australian Film Institute besloten dit jaar te Melbourne een tweede internationale filmfestival te orga niseren. Aan dit festival, dat van 23 Mei tot 11 Juni a.s. plaats zal vinden en door de F.I.A.P.F, als zodanig is erkend, kan onbeperkt worden deelgenomen door zowel speelfilms als documentaires, onverschillig of zij door de producent zelf of door een verhuurder of sponsor worden aangebo den, mits de films per land als één enkele zending naar Australië worden getransporteerd. Zowel 35 als 16 mm kopieën worden geaccepteerd, maar de films mogen nog niet in Australië zijn uitgebracht of elders vóór 1 Januari 1957. Aan alle op dit festival vertoonde films zal een „Bewijs van deelneming" worden uitgereikt. De jaarlijkse algemene vergadering van de Provinciale Afdeling Antwerpen van de Vereniging der Kinemabe- stuurders van België heeft op 25 Januari j.1. met algemene stemmen haar goedkeuring gehecht aan het voornemen om de bioscopen van 25 tot 31 Maart a.s. te sluiten uit protest tegen een overheidsbeleid, dat de film excessieve fiscale lasten oplegt, terwijl de geprivilegieerde televisie onbelast speelfilms mag vertonen aan een zo groot moge lijk publiek. Deze actie van de V.K.B.B. komt zeker niet onverwacht, zij is het gevolg van een eindeloze reeks van vertogen bij de overheid over de zeer ongelijke concurrentie, welke het filmbedrijf ten gevolge van de televisie ondervindt, ver togen, waarop ministeriële beloften werden gedaan, die nooit zijn nagekomen. De Belgische exploitanten stellen, dat zij belasting willen betalen zoals iedere Belg, dat wil zeggen op hun inkomen, maar niet op het entreebewijs dat toegang geeft tot een filmvertoning. Want filmontspan- ning is geen luxe vermaak en daarom eisen zij een gelijke en rechtvaardige fiscale lastenverdeling. Waarom moet een bioscooponderneming naar verhouding zwaarder wor den belast dan welke andere onderneming ook? Waarom de met millioenen gesubsidieerde Belgische schouwbur gen belastingvrij en de bioscopen een extra last van meer dan 20 van de bruto-ontvangst? Er bestaan in België 280 verschillende tarieven voor het toepassen van een zelfde belasting, wat de bioscoopexploitanten onrechtvaar dig achten. Zij eisen afschaffing van de belastingheffing op de filmvertoningen, die in feite een buitensporige om zetbelasting is. Tenslotte zijn zij tot de conclusie gekomen, dat zij door middel van een algemene protestactie de aandacht van het publiek op hun gerechtvaardigde verlangens dienen te vestigen, zelfs al zou dit een week sluiting van de bio scopen en van de ermede in verband staande bedrijven inhouden, wat er op neer zou komen, dat ongeveer 30.000 mensen acht dagen werkloos zouden zijn. De uit verschillende delen van het land binnenkomende berichten over initiatieven, welke door bioscoopexploitan ten genomen worden teneinde deze staking een maximum doeltreffendheid te verlenen, wijzen op een grote mate van eensgezindheid en vastbeslotenheid van het bedrijf om deze actie tot in uiterste consequentie door te zetten. 15

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1960 | | pagina 16