Jaarlijkse Ledenvergadering Candidaatstelling Hoofdbestuur 1 De Nederlandsche Bioscoop-Bond zal zijn I houden op Maandag 28 Maart 1960, des 1 namiddags om 2.00 uur in het gebouw van j Kunsten en Wetenschappen te Utrecht. In verband met deze vergadering zal er 1 die dag geen Filmbeurs worden gehouden, f tegemoetkoming hebben afgezien om het geheel te redden dan wel dat zij een uniform tarief prefereren. Hoewel wij dus verheugd kunnen zijn, dat een taai vol houden van acht lange jaren ook in de laatste grote ge meente van boven de 100.000 inwoners, waar nog abnor maal hoge tarieven golden, enig resultaat heeft gehad, hebben wij toch met zeer gemengde gevoelens van de uit slag der stemming kennis genomen en van de argumenten der tegenstanders, die dwars tegen de maatschappelijke draad in discriminerend tegen het film- en bioscoopbedrijf zijn opgetreden. Enschede had zich kunnen revancheren door het nieuwe tarief aan te passen aan de huidige om standigheden, die hemelsbreed verschillen van die van acht jaar geleden. Dat dit niet is gebeurd vervult ons met zorg. Met zorg niet alleen om het Enschedese gebrek aan begrip, maar om de begripsverwarring bij de heffing van belasting op vermakelijkheden. Deze geschiedt volgens een stelsel, dat, de wet in aanmerking genomen, 110 jaar oud is en nim mer voor de situatie, waarin we thans verkeren, is be doeld. De gehele belangensfeer van het film- en bioscoop bedrijf onttrekt zich mede ook door de veranderingen in het patroon der vrijetijdsbesteding, zodanig aan de locale verhoudingen, dat het niet meer redelijk en niet meer doel matig is dit bedrijf in zijn uitoefening bij uitzondering fiscaal van de plaatselijke wetgever afhankelijk te maken. Nu het Europese Parlement zich met de oplossing van de lastenkwestie voor ons bedrijf bezig houdt, de Angelsak sische landen de vermakelijkheidsbelasting voor bioscopen hebben afgeschaft of gehalveerd, doet het zonderling aan, dat in ons land van gemeente tot gemeente deze belasting- schroef vaster of losser wordt gedraaid overeenkomstig de grilligheid van de plaatselijke politiek alsof er niets aan de hand is. Niet uitsluitend de hoogte van het tarief is immers aan de orde, maar ook de vraag of in het licht van de nieuwe verhoudingen het stelsel van de heffingen op de bioscopen niet op de helling moet, waarbij algehele afschaffing in overweging wordt genomen of wel een uiterst mild overgangstarief, dat rekening houdt met de moeilijke concurrentiepositie, waarin de bioscopen thans verkeren. Het is duidelijk, dat de beantwoording van deze vraag niet gemeentelijk, maar landelijk dient te geschieden. Het Hoofdbestuur brengt onder de aandacht van de leden, dat van de Hoofdbestuursleden dit jaar aan de beurt van aftreden zijn de heren: H. S. Boekman te Amsterdam; M. Desmet te Eindhoven; A. F. Wolff te Utrecht. Krachtens artikel 12 C van het Algemeen Bondsregle ment nodigt het Hoofdbestuur de leden uit namen, voor namen en woonplaatsen van de gewenste candidaten voor de desbetreffende vacatures schriftelijk en door tenminste elf leden ondertekend aan het Bondsbureau op te geven vier weken vóór de datum der jaarlijkse algemene leden vergadering, welke op 28 Maart a.s. te Utrecht zal wor den gehouden. De aftredenden zijn op grond van artikel 12 F van het Algemeen Bondsreglement terstond herbe noembaar. Als candidaten kunnen worden gesteld: a. in de vacature, ontstaan door het periodiek aftreden van de heer Boekman, personen, die zelf lid zijn van de Bond of wier maat- of vennootschap, vereniging of stichting lid is van de Bond en die zijn eigenaar, mede vennoot of bestuurder van een filmfabriek, filmpro ductiezaak of filmverhuurkantoor; b. in de vacature, ontstaan door het periodiek aftreden van de heren Desmet en Wolff, personen, die zelf lid zijn van de Bond of wier maat- of vennootschap, ver eniging of stichting lid is van de Bond en die zijn eigenaar, mede-vennoot of bestuurder van een perma nente of reizende bioscoop en zich niet bezighouden met filmfabricage, filmproductie of filmverhuur, ten zij zij bestuurslid zijn van een plaatselijke of provin ciale afdeling van exploitanten. 2 mummimmmiimiiimiiimimilllllllllllllllliimhuiiiiiiiiimmumMinimumiiiiiillllllimillllllMiy IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIMIIIII imilMMIIIIIMIHIIIIIIIIIMIIIMIIIIIIIIIIIIIIIMMMIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIimimilllll

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1960 | | pagina 4