hand van een kostprijsberekening en exploitatiebegroting aan dienen te tonen wat de producent kan verwachten als zijn film „het doet". Niets is voor de geïnteresseerde leek leerzamer dan een inzicht in hetgeen er gebeuren moet voor en aleer de producent van een veel publiek trekkende Nederlandse speelfilm voor zijn moeite enige beloning krijgt. Hij zal ontdekken hoezeer de rijks- en gemeentelijke overheid de amortisatie van de productie kosten van de speelfilm bemoeilijken en daardoor haar afzetrisico vergroten. Het zal dan voor menigeen, die maar niet begrijpt waarom er zo weinig Nederlandse speelfilms worden ge maakt, een openbaring zijn te constateren, dat Rijk en ge meenten zelfs bij de speciaal verlaagde tarieven welke onderscheiden vooraanstaande gemeenten voor Neder landse films hebben vastgesteld reeds een bedrag dat ongeveer gelijk is aan de totale productiekosten hebben geïncasseerd, voordat de filmproducent zijn eerste cent gaat verdienen. Met dit al heeft het Nederlands Filminstituut met dit derde deeltje van de Cinegrafiareeks een goede greep ge daan, ook al omdat deze publicatie inderdaad voldoet aan het door Prof. Vroom in zijn voorwoord gestelde doel, na melijk tegemoet komt aan de verlangens naar verant woorde gegevens, geformuleerd zowel door een nog steeds groeiende groep van belangstellende leken, van velen die werkzaam zijn op enig gebied der kunsten, als door hen die zich daadwerkelijk op het terrein der massacommu nicatiemiddelen bewegen. „Filmproductie" door S. I. van Nooten. Cinegrafia-reeks van het Nederlands Filminstituut. Uitg. J. Muusses, Purmerend. Prijs 5,90. In de serie „Hedendaagse Nederlandse Kunst", die de Uitgeverij „Contact" te Amsterdam verzorgt in opdracht van en in samenwerking met het Ministerie van Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen, is enige tijd geleden als vierde deeltje verschenen „F i 1 m", een boekje over de Nederlandse film van de hand van de filmcriticus C. Boost. Het is waarlijk geen geringe opdracht om binnen zulk een klein bestek het werkje bevat niet meer dan 108 bladzijden zoveel wetenswaardigs over de Nederlandse filmontwikkeling bijeen te brengen, maar men mag vast stellen, dat de schrijver er ten volle in geslaagd is in plaats van een dorre opsomming van feiten een door zijn vloeiende stijl makkelijk leesbaar en betrekkelijk volledig overzicht te geven. Deze beknoptheid heeft ontegenzeglijk het voordeel, dat zij de leesbaarheid bevordert, wat bij publicaties van deze aard al bijzonder belangrijk is, omdat het een, helaas niet alleen in de uitgeverswereld, bekend feit is dat er over films weliswaar ongelooflijk veel gepraat wordt, maar slechts weinig verstandigs wordt gezegd en nog minder met kennis van zaken wordt gesproken. Daarom is het toe te juichen, dat deze publicatie met steun van de Over heid het licht heeft kunnen zien en dat zij tegelijkertijd in de Engelse, Franse en Spaanse taal kon verschijnen, wat de voorlichting in het buitenland over de filmontwik keling in ons land alleen maar ten goede kan komen. Dat evenwel aai» deze beperkte opzet ook nadelen ver bonden zijn, spreekt wel van zelf. De schrijver krijgt dan immers geen gelegenheid om op bepaalde problemen, welke hij in de loop van zijn betoog aan moet snijden, dieper in te gaan en kan zodoende soms ongewild de indruk wekken, dat hij de zaak wel wat al te simplistisch ziet, wat toch zeker niet het geval is. Een dergelijke in druk krijgt men bijvoorbeeld bij zijn bespreking van de moeilijkheden, welke de Nederlandse speelfilmproductie ondervindt. Het zou wenselijk zijn, om daar bij een tweede druk van de Nederlandse uitgave wat uitvoeriger op in te gaan. Intussen is deze monografie een werkje, dat op de boe kenplank van geen enkel rechtgeaard filmliefhebber mag ontbreken, omdat het een verdienstelijke bijdrage levert tot de feitelijke kennis van de groei van de Nederlandse filmactiviteit, welker „balans" zoals de schrijver in zijn voorwoord concludeert „een niet onaanzienlijk batig saldo vertoont". Mede door zijn bescheiden omvang is dit boekje, dat bovendien nog met 37 foto's van het werk van Nederlandse filmkunstenaars is verlucht, zeer ge schikt om Engels, Frans en Spaans sprekende relaties in het buitenland een indruk te geven van de filmontwikke ling in ons land. „F i 1 m" door C. Boost. Uitgegeven door Contact, Amsterdam. Prijs zowel voor de Nederlandse als voor de Engelse, Franse of Spaanse editie 3,90. Enige tijd geleden is door de Rijksvoorlichtingsdienst een Engelse catalogus uitgegeven, waarin meer dan dui zend titels zijn opgenomen van films, welke door Neder landse filmproducten tussen 1944 en 1956 werden ver vaardigd. „Films from the Netherlands" is samen gesteld met het oog op de talrijke aanvragen, die uit het buitenland worden ontvangen. De films zijn ingedeeld naar de Universal Decimal Classification (U.D.C.), met aan het einde van de catalogus nog eens een complete lijst van de Nederlandse titels in alfabetische volgorde. Bij iedere filmtitel wordt opgegeven: 1. de naam van de producent of sponsor; 2. vertoningsduur in minuten; 3. 16 mm. of 35 mm.; 4. zwart/wit of kleuren; 5. geluid of stom; 6. productiejaar; 7. de verschillende versies. Deze catalogus is verkrijgbaar bij de Rijksvoorlichtings dienst, Noordeinde 43, Den Haag. CANNES 1960 Het verdient aanbeveling dat bedrijfsleden, die voor nemens zijn het Internationale Filmfestival, dat van 4 tot 20 Mei 1960 te Cannes gehouden zal worden, bij te wonen, zich zo spoedig mogelijk in ieder ge val vóór 5 April voorzien van een „demande d'accré- ditation", welke hun het bijwonen van het festival zal vergemakkelijken. Het organiserende festivalcomité heeft namelijk laten weten, dat het niet zal kunnen garanderen dat aan bedrijfs leden, die zich als zodanig in Cannes presenteren, toegang zal kunnen worden verschaft tot de manifestaties of anders zins faciliteiten kunnen worden verleend, tenzij zij hun komst tijdig van te voren gemeld hebben door middel van een „demande d'accréditation", waarbij tevens een pas foto van 4x4 cm moet worden ingeleverd. Formulieren zijn verkrijgbaar op het Bondsbureau. 19 11j11111111111111j111 ll!llllllllllMIIII!ll[IM!lllll!lillllll!MlllllM!IIMI]llllllllll!ll 11111111 i i 1111 11 U 1111111111L IllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIMIIllllllllini flimimiMH IIIIIIIMIITCIMIIIIIIIIMII

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1960 | | pagina 20