Bedrijfspensioenfonds film- en bioscoopbedrijf voor Jaarvergadering Bioscoopreclame-Exploitanten Festival Tan de Mens Het bedrijfspensioenfonds voor het Film- en Bioscoop bedrijf heeft in 1959 een vrij gunstig jaar gehad, zo blijkt uit het jaarverslag, dat inmiddels door het bestuur van het fonds is goedgekeurd. Er was een financieel overschot van 223.238,20. Van dit bedrag is overgeboekt naar de Kas voor aanvullend pensioen 141.945.17 en naar de Alge mene reserve 81.293.03. Aan premie werd over 1959 verantwoord 890.398,70, aan interest werd gekweekt voor een bedrag van 57.709,88 terwijl aan de Kas voor aanvullend pensioen werd onttrokken een bedrag van 9.850,02. zodat in to taal een bedrag van 957,958,60 beschikbaar kwam. Voor de dekking van de kosten van uitvoering was in 1959 een bedrag van 63.024,75 nodig. Uitkeringen verg den 14.306.76. Voor voorziening tegen verlies op vorde ringen was 8.500,nodig. Aan Premie herverzekering werd betaald 119,89. terwijl tenslotte voor toekomstige uitkeringen aan de reserves een bedrag van 648.769, moest worden toegevoegd. In het geheel werd dus beslag gelegd op een bedrag van 734.720.40. Hieruit resulteert dan het reeds vermelde overschot van 223.238,80. Per 31 December 1959 betaalden 201 ondernemingen premie aan het fonds. Daarnaast waren aan zeven onder nemingen afwikkelingsdispensaties, aan drie individuele dispensaties en aan één volledige vrijstelling verleend. Een aantal gevallen is nog in behandeling; de afhandeling daarvan zal in het lopende boekjaar geschieden. In 1959 werden 391 nieuwe verzekerden ingeschreven. Bovendien werd voor 32 verzekerden, waarvoor op het eind van het vorige boekjaar geen premie meer werd be taald, in het verslagjaar de premiebetaling hervat. Per 31 December 1959 werd premie betaald voor 1820 verzeker den, terwijl er 725 verzekerden waren, waarvoor geen pre miebetaling meer plaatsvond. Aan 36 werknemers werd in de loop van 1959 ouderdoms pensioen toegekend. Wegens overlijden werd in twee ge vallen de uitkering beëindigd. Een periodieke uitkering werd vervangen door een uitkering ineens wegens het geringe pensioenbedrag. Op 31 December 1959 waren er bij het fonds 36 gepensioneerden, die tezamen een bedrag van 16.696.per jaar genoten. Hierin is begrepen een bedrag van 14.903,voor aanvullend pensioen. In 1959 werd aan zes weduwen weduwenpensioen uit gekeerd, terwijl twee pensioenen werden vervangen door een uitkering ineens wegens het gering pensioenbedrag. Op 31 December liepen er bij het fonds zeven weduwen- pensioenen met een jaarlijks totaalbedrag van 2367, Wezenpensioen werd in 1959 toegekend aan vijf wezen. Eén pensioen werd beëindigd wegens het bereiken van de achttienjarige leeftijd door de betrokkene. Op 31 Decem ber ontvingen vijf wezen tezamen een jaarlijks pensioen ad 282 Besloten werd over 1960 evenals over 1959 aanvullend pensioen te verlenen voor de verzekerden, die op de datum van de verplichtstelling van het fonds 1 Januari 1958 als verplicht verzekerden werden ingeschreven en op die datum reeds vijftig jaar of ouder waren. De beleggingen van het Bedrijfspensioenfonds voor het Film- en Bioscoopbedrijf beliepen op 31 December 1959 een bedrag van 1.538.409,43. waarvan in hypotheken 296.980,—. in effecten 159.000.—, in leningen op schuldbekentenis 1.017.843,62 en in rekening-courant saldo bij het Gemeenschappelijk Administratiekantoor 64.585.81. Het rendement over 1959 bedroeg voor alle beleggingen tezamen 5.13 procent. Aangezien voor de op bouw van de premiereserve rekening wordt gehouden met 3,25 procent interest was er dus een marge van niet min der dan 1.88 procent. Over 1958 bedroeg de marge 1.06 procent. Onder leiding van de voorzitter, de heer P. J. Burbach. werd op 31 Augustus de jaarlijkse ledenvergadering van de Nederlandsche Vereeniging van Bioscoopreclame- Exploitanten gehouden, welke door nagenoeg alle leden werd bijgewoond. Goedgekeurd werd het jaarverslag over 1959. Ook de rekening en verantwoording van het financieel beheer in het jaar 1959 en de balans per 31 December 1959 wer den overeenkomstig het advies van de Kascommissie goed gekeurd. Verder werd ingevolge een daartoe tijdens de vergadering ingediend voorstel van een der leden besloten de contributie voor het jaar 1960 met 25 te verhogen. De begroting van ontvangsten en uitgaven voor 1960 werd goedgekeurd, met dien verstande, dat de contributie- post en de voor de C.E.O.P. (Communauté Européenne des Organisations de Publicitaires) begrote contributie en kosten werden verhoogd. Tot leden van de Kascommissie voor het jaar 1960 wer den benoemd de heren J. Duits, F. Vaal en G. F. Turèl. Het periodiek aftredende Bestuurslid, de heer J. Smit. werd bij enkele candidaatstelling herkozen. Voorts werd besloten de leden der Vereeniging met klem te adviseren een zelfde of een in hoofdzaak gelijke reclamefilm niet meer dan twee keer in een tijdvak van een jaar in eenzelfde bioscoop te doen vertonen, teneinde te bevorderen, dat aan het publiek niet al te vaak recla mefilms worden vertoond van dezelfde of ongeveer de zelfde samenstelling. Met enige voldoening moge worden gestipuleerd, dat blijkens de in het jaarverslag vermelde cijfers de totaal omzet in het verslagjaar nog enigszins is gestegen. Onder deze naam (Festival Dei Popoli) zal in Decem ber a.s. in Florence het tweede internationale filmfestival worden gehouden, gewijd aan films met een sociologische of ethnologische strekking. De aanmelding van films moet vóór 30 September a.s. geschieden en de inzending vóór 31 October a.s. Er is een eerste prijs beschikbaar van één millioen Lire; en verder zijn er nog twintig ereprijzen, terwijl bo vendien voor één der deelnemende landen een studiebeurs kan worden toegekend voor een vierjarige studie aan de Universiteit van Florence. De leden, die menen voor dit festival geschikte films te bezitten, kunnen desgewenst met betrekking tot de deelne- mingsvoorwaarden bij het Bondsbureau nadere inlichtin gen verkrijgen. 14

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1960 | | pagina 15