Inleiding
Voorgevel
Hal en foyers
De heer Nic. de Jong, architect B.1V.A. te Utrecht, over de
theaters Camera en Studio te Groningen
Camerazaal
Noemde de Voorzitter van de Nederlandsche Bioscoop-
Bond bij de opening van het Camera Theater op 24 Maart
1960 het een goede greep van de heer A. F. Wolff te
Utrecht, Groningen met zijn uiterst gunstig cultureel kli
maat uit te kiezen voor de uitbreidingsplannen van zijn
bioscoopconcern, de Burgemeester der stad, die de opening
verrichtte, sprak in zijn openingsoord van een prachtig
geschenk, dat in Groningen volledig op zijn plaats is. Hij
herinnerde daarbij aan de vele moeilijkheden waarmede
de totstandkoming gepaard was gegaan door er op te wij
zen, dat, nadat de gemeentelijke instemming met de bouw
reeds in Maart 1953 was verkregen en het bouwplan in
Maart 1954 was ingediend, het tot Maart 1958 heeft ge
duurd alvorens de bouwvergunning uit Den Haag afkwam.
Het oorspronkelijke bouwplan omvatte behalve het Ca
mera Theater met zijn 742 zitplaatsen ook een hotel-café-
restaurant met talrijke vergaderzalen, doch het niet rond
komen van de financiering van het hotelgedeelte door der
den remde lange tijd de bouw van het gehele complex en
bleek tenslotte de verwezenlijking van dit gedeelte geheel
te verhinderen.
De leemte, die daardoor ontstond, manifesteert zich niet
alleen in de open ruimte aan het Hereplein, doch ook aan
de rechtergevel van het gebouw, bestemd voor aanbouw,
doch thans geheel vrij en in het oog vallend, in verband
waarmede nadere voorzieningen dienden te worden ge
troffen.
Deze zijn gevonden in strokenverdeling van het muur
vlak, die enerzijds de lijn van het complex accentueert,
anderzijds zonder veel kosten de blindheid van dit vlak
doorbreekt.
In October 1958 kon de N.V. Industriële- en Aanne
mingsmaatschappij VAM uit Den Haag in samenwerking
De stijlvolle entree
hal, van waaruit de
Camerazaal te berei
ken is. Via de grote
trap rechts bereikt
men het balkon van
het Camera Theater:
onder deze trap voert
een andere trap de
bezoeker naar de kel
derverdieping, waai
de gemeenschappelij
ke garderobe en de
Studiozaal gelegen
zijn.
met de N.V. Betonbouw v/h Fa. Kool Wildeboer te Gro
ningen met de bouw beginnen. Doch al direct ontstonden
er, wat men zou kunnen noemen, vrijwillige complicaties.
Immers nog in dezelfde maand rees het plan om behalve
een dienstwoning aan de Camera een avant-gardebioscoop
van 219 zitplaatsen toe te voegen, namelijk het op 31
Maart 1960 geopende Studio Theater.
Waar de hoogte gelimiteerd was moesten mijn mede
werker, de heer M. Gerbenzon, architect v.b.o. te Leeuwar
den en ik het bij het ontwerpen van een nieuw plan in
de diepte zoeken, waardoor de bodem van het gehele ge
bouw zes meter beneden peil en tweeënhalve meter in het
grondwater kwam te rusten.
De strakke, moderne gevel, brengt in het gesloten lin-
kervlak met de daaronder geplande filmvitrines het on
dergronds bestaan en de intimiteit van de Studio tot uit
drukking en in het open brede rechtervlak met de royale
raampartijen de ruimtelijkheid en het algehele karakter
van de Camera.
Tot aan de luifelhoogte is de uitvoering van het geheel
geschied met travertinbekleding en daarboven met bak
steen met banden van koperslakkeien. Het betonwerk is
afgewerkt met plastigran in wit en bruin.
De staande dakvlakken zijn voorzien van een koperbe
dekking. Een vrij van de muur opgehangen abstracte figu
ratie van staalplaat, waarachter neonverlichting schuil
gaat, verhoogt het decoratieve element en geeft bij avond
de achtergrond een suggestieve verlichting.
Via enige treden en een platform, waar de filmvitrines
van de Camera loodrecht op de ingangen staan opgesteld,
betreedt men door een viertal brede securitglas deuren de
stijlvolle entreehal, waarin voor beide theaters afzonder
lijke kassa's zijn geprojecteerd, en van waaruit de Came
razaal te bereiken is. De vloer is bekleed met grove stuk
ken marmer in diverse soorten en donkergroen afgevoegd,
de wanden zijn in wit geschuurd en gesausd. De kolom
men zijn hier, evenals overal elders in het gebouw, be
kleed met antraciet-kleurige plastigran.
Rechts leidt een brede trap, bekleed met antraciet Ra-
ventatapijt naar de bovenfoyer van het Camerabalcon,
links voert een trap naar de, ondergronds gelegen ge
meenschappelijke garderobe, van waaruit men via een
eveneens met een zelfde tapijt beklede trap de daaronder
gelegen Studiofoyer bereikt.
Beide foyers zijn belegd met tapijt, die van de Camera
in zachtblauwe kleur, waarop een vijftal met rood suwide
beklede Gelderland-banken, die van de Studio zachtgrijs,
waarop in de tegenover de trap gelegen hoeken een twee
tal zitjes zijn geformeerd van op zwart gemoffelde buis
gecontrueerde zitting en rug van schuimplastic met geel
suwide bekleding. Behalve in kleur verschillen beide
foyers in zoverre van uitvoering, dat de Camera-foyer nog
een aparte, doch van omvang bescheiden vestiaire heeft in
fel geel plastigran en de Studio-foyer een achterwand met
een contrastrijke vlakcompositie in sauswerk uitgevoerd,
waarop Raak armaturen het speelse karakter accentueren.
Het ontwerp van deze compositie alsmede van het ge
hele interieur van dit complex is afkomstig van de bin-
nenhuisarchitecte G.K.F., Mevrouw Nicoline Minke de
Jong te Huizen, die ook voor de kleurkeuze van het geheel
verantwoordelijk is.
Het ontwerp van deze zaal vond zijn grondslag in de
wens van de opdrachtgever om hierin een filmdoek aan
te brengen, dat het gebruik van het Todd A.O. systeem
mogelijk zou maken. Dit doek met een breedte van 12
meter en een hoogte van zeven meter stelt door zijn gebo
gen vorm aparte eisen aan ruimte en stoelenplan. Het thea
ter werd daardoor betrekkelijk kort, maar zeer breed en
kreeg aldus het karakter van een modern ingerichte
schouwburg. In verband met het daaronder gelegen Stu
dio Theater was het, om iedere geluidshinder te voorko
men, noodzakelijk de Camerazaal te voorzien van een
zwevende vloer.
In het interieur voert blauw de hoofdtoon, zowel in het
schelpvormige gewelf, waaruit nu 100 lampen als uit een
sterrenhemel stralen, als wat betreft de bekleding der
stoelen, welke beide blauwen" volkomen harmonisch op
elkaar zijn afgestemd. De aangebrachte, onderbroken,
betimmering is uit geprofileerd paranapine opgetrokken
tegen een ondergrond van accoustisch materiaal en wordt
visueel van de wand vrij gehouden door indirecte verlich
ting van binnen uit.
In de Studiozaal over
heerst een uitermate
decoratief gordijn van
fraai Deens handbe-
drukt linnen. Rechts
de vrijstaande, even
naar voren hellende
wand van geperfo
reerde gipsplaten.
IIK ARCHITECT AAS HET WOORD