Otto van NeyenhoiF veertig jaar filmer Filmprijs van de Raad van Europa Nationale Hercleiikiiigsavoiid Otto van Neyenhoff, een van onze bekendste filmers, die vorig jaar de aandacht trok met zijn korte documen taire film over de Nederlandse molens ,,Los de vang", die hij in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen had vervaardigd, bereikt binnen kort een belangrijke mijlpaal in zijn carrière. Aan het eind van de volgende maand namelijk, om precies te zijn op 28 april, zal hij veertig jaar in het filmbedrijf werk zaam zijn. De heer Van Neyenhoff, die zijn maatschappelijke loopbaan aanving op het Amsterdamse effectenkantoor van zijn vader, vond in dit werk geen bevrediging. In 1921 zei hij het kantoor vaarwel, zwierf wat in het land rond en kwam tenslotte in Den Haag in de fotografie te recht. Hij kwam in contact met Willy Mullens, die wel iets in de jonge Van Neyenhoff zag. Vijf jaar lang bleef de heer Van Neyenhoff bij deze Nederlandse filmer werk zaam. Toen ging hij op eigen benen staan. Hij stichtte een laboratorium en maakte in vijf jaar tijds omstreeks twee honderd documentaires, bedrijfsfilms en tekenfilms. De komst van de geluidsfilm betekende echter het einde van deze activiteit. Er volgde een periode, waarin de heer Van Neyenhoff bij verschillende filmbedrijven in ons land en in Engeland. Frankrijk en Duitsland werkzaam was. Nog voor de oorlog kwam hij in ons land terug, waar hij op nieuw veel opdrachten kreeg. Tijdens de oorlog werkte Otto Van Neyenhoff onder zeer moeilijke omstandigheden aan een bezettingsfilm. een clandestiene opdracht, die na de oorlog werd voltooid. Na de oorlog moest de heer Van Neyenhoff zijn bedrijf opnieuw opbouwen. Het bombardement op het Haagse Be- zuidenhout had ook hem grote schade toegebracht. In die De nationale herdenkingsavond, waarop allen herdacht worden, die in de oorlogsjaren voor de vrijheid van het Koninkrijk zijn gevallen, dan wel als Nederlander of als Nederlands onderdaan ten gevolge van een tegen hun gerichte vijandelijke daad zijn omgekomen, zal dit jaar worden gehou den op donderdag 4 mei. De plechtigheden zullen aanvangen om 18.00 uur. behoudens afwijkingen van plaatselijke aard. Het Hoofdbestuur verzoekt de leden, na terzake gepleegd overleg met de Commissie Nationale Her denkingsavond te 's-Cravenhage. om op donderdag 4 mei van 18.00 tot 21.00 uur zodanige regelingen te treffen met betrekking tot de exploitatie van hun theaters als men met het oog op het karakter van de nationale herdenkingsavond passend acht. In dit verband zij gewezen op de wenselijkheid op deze avond van 18.00 tot 21.00 uur geen neon- of andere lichtreclame te bezigen. Het Hoofdbestuur vertrouwt, wat men in gemeen ten, waar de herdenking op andere tijdstippen plaatsvindt, in vorenvermelde zin daarmede reke ning zal willen houden. Alle leden zullen ongetwij feld het bijzondere karakter van deze herdenkings- plechtigheden willen eerbiedigen. periode werkte hij nauw samen het de ,.Motion Picture Association", waarmee hij ook voor de oorlog reeds goede relaties had onderhouden. De Filmproductie Otto van Neyenhoff kwam geleidelijk weer op gang: er werden vele films gemaakt in opdracht van bedrijven en instanties als de provincie Zuid-Holland, de gemeente Tilburg en het Rode Kruis. En de opdrachtenportefeuille is nog steeds goed gevuld. De heer Van Neyenhoff is bij zijn collega's zeer ge liefd, niet alleen om zijn beheersing van het filmvak, maar vooral om zijn sympathieke optreden en zijn sterk gevoel voor collegialiteit. Daarvan zal op de dag van zijn veertig jarig beroepsjubileum zonder twijfel duidelijk blijk wor den gegeven. Er heeft zich inmiddels een huldigingscomité gevormd. dat zich ten doel heeft gesteld de heer Van Neyenhoff op 28 april een blijk van waardering te schenken. In dit co mité hebben onder meer zitting dr. J. Hulsker, hoofd van de Afdeling Kunsten van het ministerie van Onderwijs. Kunsten en Wetenschappen, S. I. van Nooten, filmproduc tieleider van de Rijksvoorlichtingsdienst. J. de Vaal. Directeur van het Nederlands Filmmuseum. C. S. Roem. lid van het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Bioscoop- Bond en voorzitter van de Bedrijfsafdeling Filmfabrikan ten en Filmproducenten. J. G. J. Bosman, Directeur van de Nederlandsche Bioscoop-Bond. L. W. R. Meyer, vice- voorzitter van de Bedrijfsafdeling Filmfabrikanten en Filmproducenten en M. de Haas. Y. Brusse, B. Haanstra en H. C. C. Bergman, leden van de Bedrijfsafdeling. Zoals reeds is aangekondigd zal tijdens de Internatio nale Filmweek Arnhem 1961 de uitreiking plaats vinden van de filmprijzen van de Raad van Europa. De Raad van Europa heeft in 1957 een filmprijs ingesteld op grond van de overweging, dat de film een belangrijk element i;- voor de toenadering onder de Europese volkeren, aange zien zij het wederzijdse begrip en de samenwerking kan bevorderen. In 1959 is nog een tweede prijs ingesteld voor een film- of een televisiejournaal. De prijzen worden jaarlijks uitgereikt ter gelegenheid van een filmfestival in een van de landen, die behoren tot de Raad van Europa. De eerste keer vond de uitreiking plaats in 1957 tijdens het internationale filmfestival te Berlijn. In de daarop volgende jaren werden de prijzen uitgereikt in Brussel, in Edinburgh en in Venetië. Tot nu toe is één i\ederlandse film door de Raad van Europa onderscheiden, namelijk Herman van der Horsfs Prijs de Zee" op het festival van Edinburgh in 1959. De filmprijzen bestaan uit een gouden medaille, die is ontworpen door prof. L. O. Wenckebach. en een oorkonde. Op de voorzijde van de medaille staat het embleem van de Raad van Europa gegraveerd, terwijl een inscriptie op de achterkant de prijsuitreiking vermeldt. De filmprijs kan worden uitgereikt aan een film van elke categorie. De film moet een artistieke waarde heb ben en moet de grondbeginselen van de Europese bescha ving in beeld brengen of begrip bijbrengen voor de le venswijze van de bevolking van een of meer landen, die zijn aangesloten bij de Raad van Europa of bij de Euro pese culturele conventie. Deze landen zijn: Oostenrijk. België. Denemarken. Frankrijk. West-Duitsland. Grieken land. IJsland. Ierland. Italië, Luxembura. Nederland.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1961 | | pagina 21