Wordt vermakelijkheidsbelasting in West Duitsland afgeschaft? Japanse filmnitvoer blijft stijgen De Westdnitse filmuandel met Oosteuropese landen DORDRECHT Luxor Theaterz.b.W. isser-Koopman. DRIEBERGEN: N.V. Cofilex: d.s.P. N. Brouwer. GOES Firma C. J. van Liere Zonen: z.b.: C. van Belzen. s-GRAVENHAGE Mij. tot Exploitatie van het City Theater te 's-Graven- hage N.V.z.s. G. J. Helmig, P. A. de Leyser, J. F. Lo- retle. J. van Zwieten; z.b.: P. Bonger-de Pachter. S. Jon ker-v. d. Starre. U. A. Adam?. \.Y. Haghefilm: z.s.: P. Berghuis. Gebr. Hirschberg Bioscoopconcern: z.s.: E. M. Rob- liertz. K. Vlaming. HILVERSUM N.V. Cinecentrum: g.s.: T. M. van Maanen; z.s.: A. Griekspoor. F. Hagenaar. G. Knook. J. Moonen, A. van Loy. LEEUWARDEN N.V. Verenigde Nederlandse Bioscopen: d.s.F. J. Ge- jas. MAASTRICHT Bioscooptheater Mabim N.V.h.s.: J. L. Nordhausen; z.s.: P. J. J. Willems. A. J. Hitz. A. H. Decker. J. W. Janssen. H. H. v. d. Bosch: z.b.: I. W. M. Schenk A. M. J. C. Croes. M. J. C. Croes. J. C .Savelberg-Betsch, M. E. Jon gen-Hollanders. OISTERWIJK Firma Biemans Bioscopen: g.s.: C. H. A. Lurings; g.b.: J. Th. P. van Leest-van Helfteren: z.s.: H. J. van Kurin gen. IJM11D1A City Theater: g.s.G. P. isman. ZUTPHEN N.V. Thedinga's Maatschappij tot Exploitatie van Bio- scopen en andere Amusementsbedrijveng.s.: G. de ries; g.b.: J. H. Kornegoor. ZWOLLE N.V.Bioscoop ..De Kroon"': g.s.: G. M. te Brink. Bij de vorming van een nieuwe estduitse regering wordt veel aandacht besteed aan de vraagstukken, waar voor het film- en biocoopbedrijf in dat land is gesteld. Zo is in het ontwerp-regeringsprogramma opgenomen het streven om de vermakelijkheidsbelasting op bioscoopvoor stellingen af te schaffen. Volgens de voorstellen zal de nieuwe bondsregering met het oog op haar verantwoordelijkheid ten opzichte van een krachtige speelfilmproduktie en bioscoopexploitatie de gemeenten en bondslanden trachten te bewegen afstand te doen van de opbrengsten van de vermakelijkheidsbe lasting. De Westduitse regering heeft geen directe juridi sche middelen tot haar beschikking om de gemeenten en bondslanden in dit opzicht tot iets te dwingen, daar de vermakelijkheidsbelasting geheel tot de competentie van deze instanties behoort. Niettemin kan de positieve hou ding, die de regering tegenover de filmindustrie inneemt. ertoe leiden, dat men de gemeenten en bondslanden finan cieel tegemoet komt door een gedeelte van het regerings aandeel in de totale belastingsopbrengsten prijs te geven. Eveneens liggen plannen gereed tot directe steun aan de filmindustrie. Deze houden in de eerste plaats in het jaarlijks beschikbaar stellen van een bedrag van veertien miljoen mark. waaruit aan omstreeks zestig speelfilms een gemiddelde premie van 200.000 mark kan worden uitge keerd; voor films, die een bijzondere waarde hebben om de bekendheid met de Westduitse cultuur in het buiten land te vergroten, zal zelfs 300.000 mark beschikbaar kunnen worden gesteld. Bovendien ligt het in de bedoeling een fonds te vormen, waaruit de Westduitse speelfilmindustrie kredieten zal kunnen verkrijgen voor de financiering van haar projec ten, echter met dien verstande, dat de filmproducenten minstens tien procent van het te investeren bedrag voor hun eigen rekening nemen. Het subsidiebedrag dat het Ministerie van Economische Zaken telkenjare beschikbaar stelt voor de Export-Union der Deutschen Filmindustrie zal voorts worden verhoogd van 140.000 mark tot 500.000 mark. Tenslotte bestaan bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken plannen om per jaar een bedrag van vijf miljoen mark uit te trekken voor het stimuleren van Duitse filmweken en soortgelijke manfestiaties in het buitenland. De Japanse fiimuitvoer is in het afgelopen jaar opnieuw krachtig gestegen. Terwijl in het jaar 1959 2700 film- copieën naar het buitenland gingen, waren dat er in 1960 reeds 3187. Volgens officiële schattingen stegen de ont vangsten uit de Japanse fiimuitvoer in de loop van het zelfde jaar van elf tot twaalf miljoen gulden. Vrijwel het gehele filmuitvoerbedrijf is in handen van de ..grote zes" van de Japanse filmindustrie, de maatschappijen Toei. Toho. Shochiku. Nikkatsu. Daiei en Shintoho. an deze maatschappijen zoekt de Daiei op het ogenblik financiële aansluiting met Hollywood. De president-direc teur van de Daiei maatschappij wil met Amerikaanse hulp waartoe onderhandelingen worden gevoerd met Metro Goldwyn Mayer en Warner Brothers het bedrijfskapi taal op omstreeks vijftig miljoen gulden brengen. Daar mede zou de toekomstige filmproduktie van Daiei volledig verzekerd zijn. De Amerikaanse partners zouden via de Daiei een brede basis verkrijgen voor de vertoning van hun films in Japan. De Westduitse filmindustrie is voornemens om in samen werking met de Bondsregering een import-exportorgani satie in het leven te roepen, die de gehele filmhandel met de Oosteuropese landen in handen zal krijgen. Dit film- agentschap is gedacht als een tegenhanger van het Rus sische bureau „Sovexport", die de internationale filmhan del met de westerse landen afwikkelt. In de andere Oosteuropese landen bestaan organisaties, die met ..Sovexport" vergelijkbaar zijn en het is de erva ring van de Westduitse filmproducenten, dat het steeds moeilijker w ordt om op individuele basis met deze door de staat gecontroleerde agentschappen tot een overeenkomst te komen. 16"

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1961 | | pagina 18