Bioscoopbezoek in Engeland gedaald
Bioscoopbezoek en recette
in Amerika gestegen
De Kamer van Koophandel te Londen
heeft medegedeeld, dat het bioscoopbezoek
in Engeland in het jaar 1961 vergeleken
met het voorgaande jaar met elf procent
is gedaald. De netto-recette was vier pro
cent lager dan in 1960. In 1957 en 1957
daalde het bezoekcijfer met zeventien pro
cent lager dan in 1960. In 1957 en 1958
1961 werden ongeveer 280 theaters geslo
ten tegen 400 in het voorgaande jaar. Een
en ander moge wijzen op een bescheiden
afname van de ernstige achteruitgang van
het Engelse bioscoopbedrijf.
De Kamer van Koophandel merkt hier
bij op, dat gezien de daling van het be
zoek en de sluiting van de theaters de ge
middelde bezetting van de bioscopen
slechts een weinig kleiner is geworden,
vergeleken met 1960 en dat een groeiend
aantal van de bioscopen naar alle waar
schijnlijkheid evenveel bezoekers of slechts
een weinig minder dan in 1960 hebben
ontvangen.
De organisatie van de Britse filmprodu
centen blijkt vertrouwen te hebben in de
toekomst van het filmbedrijf. De organisa
tie heeft naar voren gebracht, dat degenen,
die ernstige pessimistische geluiden laten
horen naar aanleiding van de voortschrij
dende achteruitgang van het bioscoopbe
zoek, zich niet realiseren, dat de zeer
grote bezoekcijfers gedurende de oorlogs
jaren en de eerste na-oorlogse jaren vol
komen abnormaal zijn te noemen en dat
zij bijna geheel te danken zijn aan het
feit, dat de bioscoop in die dagen welhaast
de enige vorm van verstrooiing was. De
organisatie vertrouwt erop, dat de dalende
lijn van het bioscoopbezoek zal afvlakken
en tenslotte zal komen op het peil van
1939. Verwacht wordt, dat de stijgende
lijn, die de Amerikaanse cijfers thans te
zien geven over enige tijd door een stij
gende lijn wat betreft de Engelse bezoek
cijfers zal worden gevolgd: de ontwikke
ling in Engeland ligt immers enige stap
pen achter die in Amerika.
Gezien de aanslagen, die televisie, ge
motoriseerd verkeer en het kopen op afbe
taling doen op de beurs en de vrije tijd
van het publiek, is het niet verwonderlijk,
dat het bioscoopbezoek in de afgelopen
jaren is gedaald. De bioscoop is immers
niet de enige wijze van vrije tijdsbesteding
meer. Het moge zelfs verwonderlijk wor
den genoemd, dat gezien deze nieuwe ont-
Een scène uit ..Het Geheim van de Zwarte Roofridder", een nieuwe
jeugdfilm, die is vervaardigd door Rex Film van de heer H.
van der Linden te Schinnen.
wikkelingen de bezoekcijfers niet verder
zijn gedaald onder de cijfers van de
laatste vooroorlogse jaren.
Het bezoekersaantal van thans zou aan
merkelijk kleiner zijn als de film niet in
technische zin zeer sterk was ontwikkeld
wat betreft de beeldgrootte, de kleur en
het geluid. Deze ontwikkelingen, vergezeld
van een fantasierijke en volwassen wijze van
produktie en regie, hebben een nieuwe
bioscoopbezoeker aangetrokken, die zeer
kritisch is bij de keuze van de films.
De Britse producenten zijn tenslotte van
oordeel, dat de Britse filmindustrie aan
de verlangens van de meest veeleisende
bioscoopbezoeker voldoet en dat de popu
lariteit van Engelse films zowel in eigen
land als daarbuiten nog nooit zo groot is
geweest als thans.
Het Amerikaanse Ministerie van Handel
heeft een overzicht uitgegeven van de re
sultaten van het film- en bioscoopbedrijf
over het jaar 1961, waaruit blijkt, dat in
dit jaar het bezoek en de recette beide
enigszins zijn gestegen. De resultaten zijn
ongeveer gelijk aan die van 1959 en lig
gen een weinig boven de cijfers van 1958.
Dit gunstige resultaat moet worden ge
zien in het licht van de sterke ontwikke
ling van de drive-in bioscopen, wier aan
tal in de laatste jaren sterk is gestegen
en die een grote aantrekkingskracht op
het Amerikaanse publiek blijken te heb
ben. Aan het einde van het vorige jaar
waren ongeveer 5000 van deze bioscopen
in bedrijf en volgens het overzicht kwam
in 1961 een vierde van het totaal der re
cettes van het Amerikaanse bioscoopbe
drijf uit deze groep bioscopen.
Het Ministerie van Handel van Amerika
heeft in de loop van het vorige jaar de
verwachting uitgesproken, dat in 1962 de
filmproduktie wederom zou stijgen. In
1961 zijn in de Verenigde Staten om
streeks 190 speelfilms gereed gekomen, 20
meer dan in 1960. Thans blijken voor het
eerste kwartaal van dit jaar voor de Ame
rikaanse bioscopen 64 nieuwe Amerikaan
se films ter beschikking te staan. In Ame
rikaanse filmkringen schat men het aan-
bod van Amerikaanse films op ongeveer
250. Dit is dus een aanmerkelijk groter
aantal dan waarover men het vorige jaar
kon beschikken. De schaarste aan Ameri
kaanse films, waarover men zich in Ame
rika ernstig zorgen maakte, omdat de
voorziening van de bioscopen en in het
bijzonder de kleinere onder hen reeds vele
moeilijkheden veroorzaakte, is derhalve
sterk verminderd.
Als gevolg van de genoemde schaarste
zijn in de afgelopen jaren aanmerkelijk
meer films uit Europa ingevoerd dan te
voren. Het gevolg hiervan is geweest, dat
het Amerikaanse publiek zijn aanvankelijk
afwijzende houding ten aanzien van bui
tenlandse films voor een groot deel heeft
laten varen. Het is te verwachten, dat de
uit de nood geboren invoer van Europese
films ten minste op hetzelfde peil zal
blijven.
240