Op het bloemencorso in Eelde kon
men onder meer deze scène het
gevecht met de heer uit ..Eeuwig
zingen de bossen" zien.
de aan, dat het publiek het met de beslissing van de
jury geheel eens was.
Zoals reeds in de aanvang werd gezegd, was het be
zoek aan het corso overstelpend. Het was reeds in de
ochtenduren van de 25ste augustus aan de organisatoren
van het Eelder Bloemencorso duidelijk geworden, dat het
publiek bij duizenden zou komen opzetten, zodat nog in
de loop van de dag een extra tribune werd bijgebouwd.
Langs de hele route had een duizendkoppig publiek zich
opgesteld, op vele plaatsen zelfs vijf of zes rijen dik. Het
is dan ook ondoenlijk het aantal bezoekers te schatten.
Mogen wij volstaan met te vermelden, dat de schattingen
variëren tussen zeventig- en honderdduizend bezoekers.
Ook van officiële zijde was er belangstelling voor dit
bloemencorso. Op de eretribune trof men onder meer aan
de Commissaris van de Koningin in de provincie Drente,
mr J. Cramer, en leden van het provinciaal bestuur. Ook
de Voorzitter van de Nederlandsche Bioscoop-Bond, de
heer Joh. Miedema uit Sneek, behoorde tot de aanwezi
gen.
Niet alleen aan de corsowagens, maar ook aan de
verdere aankleding van het corso was grote aandacht be
steed. Niet minder dan acht muziekkorpsen, waarvan er
één helemaal uit Gouda was overgekomen, luisterden de
optocht muzikaal op. In de pauze hield een showdrum-
band uit Amsterdam het publiek op prettige wijze bezig.
Er was voorts ook gezorgd voor een uitvoerig commen
taar, dat via vele tientallen luidsprekers langs de gehele
route te volgen was. Het commentaar werd verzorgd door
de bekende radiomedewerker Bert Garthoff, die op de
hem eigen gemoedelijke wijze het publiek van de nodige
toelichting voorzag. Van hem vernam het publiek ook,
dat in de wagens gemiddeld vijfendertig- tot veertigdui
zend bloemen waren verwerkt; zodat men mag aannemen,
dat het totaal aantal in het corso gebruikte bloemen niet
ver beneden het miljoen zal hebben gelegen.
Het Filmcorso te Eelde is in vele opzichten geslaagd
te noemener was een overvloed van bloemen, verwerkt
tot fraaie composities, het weer was redelijk goed, er was
een zeer talrijk en enthousiast publiek. Maar voor ons
was toch wel het belangrijkste aspect dat duizenden men
sen onder prettige omstandigheden werden geconfron
teerd met het verschijnsel film. Daardoor werd de film
opnieuw in de belangstellingsfeer van het publiek ge
bracht. Daaraan moet vanuit een oogpunt van stimulering
van het filmbezoek grote waarde worden gehecht. Het
voorbeeld van Eelde verdient, zij het dan misschien in
andere vormen, navolging.
340