Rembrandt
de wet
der
wildernis
OdSK!3
L.UXO
las -*r
Bioscoopagenda van de N.V. Astra Film MIJ. van 2f april 'f;m.26apr«-
dit moet
uzien
een grootse
belevenis!
nachtleven iW
regie: Mg]:vi
realistisch, k
Reiu Vork i
Bioscoop is geen kermisten! meer
Velperoieü
Te». 3000C
Arnheri
Looierstraat
Te! 20564
Arnhem
THE ^LUTE AND
THE ARROW
Rembrandt:
aanvangstijden!
.toegang aüe leeftijden
weekdagen 2.306,45 en 9,1,5 w
dinsdag 2,30 en B.00 uur
jwasdïgen 2.3Q-4.45-7.O0-9.J5uar
toega ng alle leeftijden
weekdagen 2.30 6,45 en 9.00 uur
paasdagen 2.30 4.30 6.45 en
9.00 uur
alteen avond*»
Loxor;
aanvangstijden:
jeugdfilmfesthnaJ:
een film goed of slecht, ernstig of luchtig, historisch
of fiction, fascinerend of lachwekkend. Maar praktisch
geen film heeft de voorwaarden in zich om een merknaam
1c worden. Is er dan geen weg te vinden om aan deze
moeilijkheden enigszins tegemoet te komen? Waarom
heeft de zelfstandige middenstander zich ondanks alles
gehandhaafd naast de grootwinkelbedrijven en zelfbedie
ningszaken? Omdat hij het heeft gezocht in bijvoorbeeld
betere bediening, ruimere keuzemogelijkheden, bezorging
extra-service. Hij heeft zijn zaak een eigen gezich, een
markant merkbeeld gegeven. Ook voor de bioscoopexploi
tant liggen hier ruimschoots mogelijkheden.
Verschillende reclame-uitingen van bioscopen vertonen
nog duidelijk het beeld van het kermisbedrijf, waar onge
veer een halve eeuw geleden de eerste filmvoorstellingen
meestal werden gegeven. In de eerste decennia van de
filmwereld was deze „overtrokken" wijze van benadering
voor het bioscooppubliek zeker acceptabel. Toen het
nieuwtje er langzamerhand af raakte, onder andere na de
komst van de sprekende film, begon het publiek ook op
ander gebied, zoals ten aanzien van de bioscoopinrichting,
het optreden van artiesten, het aanwezige orkest, de con
sumpties, enz., bepaalde eisen te stellen. Met een onder
breking van de periode 194045 en de eerste jaren daar
na werd door de meeste bioscoopexploitanten met deze
ontwikkeling voldoende rekening gehouden. Door onder
meer de stijgende welvaart, de komst van de televisie,
de vijfdaagse werkweek, alsmede door de vele nieuwe ar
tikelen en diensten die het publiek vrijwel dagelijks wor
den aangeboden, is de concurrentiestrijd voor de biosco
pen langzamerhand ook veel feller geworden. Wanneer men
geregeld kennis neemt van de stroom van reclame-bood
schappen, dan valt het op dat in het algemeen gespro
ken deze reclame een geheel ander karakter heeft ge
kregen dan die van tien of twaalf jaar geleden. Vorm
geving, teksten, mediakeuze, om maar een paar van de
meest opvallende punten te noemen, zijn moderner en
wetenschappelijker geworden. Dit feit moet men zonder
meer constateren onverschillig welke reclamemedium men
ook bekijkt. De steeds groter wordende reclamebudgetten
worden tenminste op een termijn van een jaar van te
voren vastgesteld. Specialisten doen in toenemende mate
hun intrede in het Nederlandse bedrijfs- en reclamewezen.
Wij vertellen dit allerminst om de bioscoopexploitant
de schrik om het hart te jagen, maar wel om te zeggen
dat de ,,kermisreclame'' volledig verleden tijd is gewor
den. Het vinden van nieuwe wegen op reclamegebied is
beslist niet afhankelijk van de grootte van het beschikbare
bedrag. Het is natuurlijk ondoenlijk om in het bestek van
één artikel een volledige handleiding te geven, die voor
elk bioscoopbedrijf bruikbaar is. Daarvoor spelen tal
van wisselende factoren mee. Omdat bijna alle bioscopen
in de eerste plaats gebruik maken van advertentiereclame.
335