Italiaanse filmindustrie vertoont grote bloei Duitse Export-Union krijgt minder subsidie Filmfestival van Berlijn Filmfestival van Venetië MIFED te Milaan Britse bioscopen gemiddeld dertien volle dige voorstellingen per week. Van het aantal zitplaatsen per voorstelling werd in 1961 gemiddeld 23,4 procent bezet; in 1960 lag dit percentage iets hoger: 24,2. Inmiddels heeft het Britse ministerie van Handel reeds een schatting gemaakt van het bioscoopbezoek in 1962. Men komt daarbij tot een aantal van 415 mil joen, hetgeen een daling van twaalf pro cent ten opzichte van het voorafgaande jaar inhoudt. Uit de schatting van het ministerie blijkt voorts, dat in 1962 op nieuw ongeveer driehonderd bioscopen ge sloten zijnhet bioscooppark aan het ein de van 1962 wordt namelijk geraamd op 2415 theaters. De Italiaanse filmproduktie, die reeds in 1961 een recordhoogte bereikte van ruim tweehonderd speelfilms, heeft in het afge lopen jaar een nog grotere omvang aan genomen. Volgens recente berichten zijn in 1962 in Italië niet minder dan 270 speel films vervaardigd. Ook het Italiaanse bio scoopbedrijf heeft in 1962 een goed jaar gehad. Weliswaar zijn de cijfers van het bioscoopbezoek enigszins gedaald, namelijk van 741 miljoen in 1961 tot 740 miljoen in 1962, maar deze achteruitgang is ruim schoots goedgemaakt doordat de gemiddel de bioscoopbezoeker een hoger bedrag be steedde. Op de binnenlandse filmmarkt heeft de Italiaanse film zijn positie nog verbeterd. Tot nu toe hadden Amerikaanse films steeds de overhand in de recettes van de Italiaanse bioscopen, maar in 1962 hebben de Italiaanse films de eerste plaats inge nomen. Italiaanse en Amerikaanse films nemen nu elk ongeveer veertig procent van de totale bioscooprecettes in Italië voor hun rekening. De verwachting is, dat de Italiaanse filmindustrie in het pas begonnen jaar wat minder films zal produceren. Dit wordt echter niet als een ongunstige ontwikke ling gezien. Integendeel, in kringen van de Italiaanse filmindustrie is men van mening, dat de hoogconjunctuur, zoals die zich in de laatste jaren heeft ontwikkeld, het ge vaar van overproduktie in zich droeg, zo dat enige daling van de produktie als ge zond wordt beschouwd. De huishoudelijke commissie uit de Westduitse Bondsdag, die een belangrijke stem heeft bij de bepaling van de begro ting, heeft een dikke streep gehaald door het bedrag, dat was uitgetrokken voor de bevordering van de filmuitvoer door mid del van een subsidie aan de Export-Union der Deutschen Filmindustrie. Het beschik bare bedrag van 500.000 mark werd terug gebracht tot 300.000 mark en bovendien werd bepaald, dat hiervan vooorlopig slechts 150.000 mark zal worden vrijgege ven. De commissie wenst in het vrijgeven van de rest gekend te worden. Bij de beslissing van de huishoudelijke commissie schijnen de dalende kwaliteit van de Westduitse films en het hoge kos- tenpeil van de filmproduktie belangrijke motieven te zijn geweest. In de kringen van het Westduitse film bedrijf heeft de beslissing van de huishou delijke commissie uiteraard grote ontstem ming gewekt. De Export-Union zal nu genoodzaakt zijn om de plannen tot ver groting van de activiteiten in het buiten land, die in nauwe samenwerking met de ministeries van Buitenlandse Zaken en van Economische Zaken waren opgesteld, op te schorten. Deze plannen hielden onder meer in de instelling van kantoren in Scandina vië, Zuid-Afrika, India, Pakistan en Japan. De ontstemming over dit bericht is nog toegenomen, doordat vrijwel tezelfdertijd werd aangekondigd, dat de Franse rege ring heeft besloten om de vertegenwoordi ging van het filmbedrijf in de Westduitse Bondsrepubliek te versterken. Met het oog op de steeds nauwer wordende betrekkin gen tussen beide landen, met name ook op het gebied van de film, is bij de Franse ambassade in Bonn een nieuwe handels- attaché benoemd, die uitsluitend is belast met de verzorging van filmaangelegen- heden. Het dertiende Internationale Filmfestival te Berlijn zal dit jaar worden gehouden van 21 juni tot 2 juli. Volgens het regle ment van het festival zullen drie catego rieën films worden toegelaten: lange speel films, lange documentaire of culturele films en korte films. Elk land zal aan het festival mogen deelnemen met een hoofd film van minstens vijftienhonderd meter en een korte film van minder dan negen honderd meter. Bovendien behoudt het festivalbestuur zich het recht voor zelf films uit te nodi gen, die op grond van hun uitzonderlijke kwaliteiten het programma van het festival kunnen verrijken. Ook de uitgenodigde films zullen voor de prijzen in aanmerking kunnen komen. Ten hoogste zullen tijdens het festival 24 hoofdfilms in vertoning komen, dat wil zeggen twee films per dag. Tot het festi val zullen uitsluitend films worden toegela ten, die na 15 mei 1962 gereed zijn ge komen. Het festivalbestuur zal de gelegenheid scheppen om in het kader van het film festival voorstellingen met nieuwe films te organiseren teneinde de internationale uit wisseling van films te bevorderen. De sluitingsdatum voor de aanmelding van films is vastgesteld op 5 mei 1963. Het bestuur van de Biënnale te Venetië heeft besloten het reglement voor het in ternationale filmfestival, dat van 24 augus tus tot 7 september zal worden gehouden, ingrijpend te wijzigen, teneinde aldus de vertoning van minder geschikte films te voorkomen. Volgens de nieuwe bepalingen zal elk land in het algemeen slechts met één film aan het festival kunnen deelnemen en zal de inzending van films beperkt zijn tot landen, die jaarlijks minstens zeventig films van internationale betekenis vervaar digen. Dit houdt in, dat te Venetië slechts acht hoofdfilms zullen worden vertoond, in plaats van veertien, zoals in de afgelo pen jaren het geval was. Het festivalbe stuur behoudt zich het recht voor om films te weigeren, die naar zijn oordeel niet in overeenstemming zijn met de aard en de artistieke bedoelingen van het festi val. Behalve de nationale inzendingen zullen aan het festival een twintigtal films kun nen deelnemen, die daartoe door het festi valbestuur zijn uitgenodigd. Deze laatste films zullen echter buiten mededinging worden vertoond. Tijdens de 41ste Internationale Jaarbeurs te Milaan wordt van 12 tot 25 april de „MIFED" gehouden, de zogenaamde in ternationale markt voor films, televisie films en documentaires. De MIFED is op gezet in april 1960 en sedertdien twee keer per jaar gehouden in april en in oktober. De opzet van de MIFED is het bevorde ren van de contacten tussen filmprodu centen en filmverhuurders en het schep pen van een ontmoetingspunt voor hande laren in elke sector van de filmtechnische industrie. Naast de commerciële activiteit is er echter in het programma van de MIFED steeds ruimte gehouden voor bestudering van de problemen van de audio-visuele media door het houden van conferenties en congressen over de economische, cultu rele en wetenschappelijke aspecten van deze media. De belangstelling van de film- en bio scoopwereld voor de MIFED is in enkele jaren tijds aanzienlijk toegenomen. Ook tijdens de komende manifestatie verwacht men filmproducenten, filmverhuurders en handelaren in technische apparatuur uit alle delen van de wereld. 22

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1963 | | pagina 24