Internationale bijeenkomsten rs^Sif Tijdens besprekingen te Cannes, die zijn gevoerd op 20 en 21 mei tussen ver tegenwoordigers van de verschillende takken van het Europese film- en bio scoopbedrijf, is een voorstel besproken voor het sluiten van een akkoord tussen het C.I.C.E. (Comité de 1'Industrie Ciné- matographique Européenne), waarin de filmproducenten, de filmverhuurders en de filmtechnische bedrijven uit de zes landen van de Europese Economische Gemeenschap zijn verenigd, en de Union Européenne du Spectacle Ciné- matographique (U.E.S.C.), die de bio scoopexploitanten uit de E.E.G.-landen omvat. In de inleiding tot deze overeenkomst, waarvoor het ontwerp door een kleine commissie was opgesteld, wordt ver klaard, dat het bioscoopbedrijf niet lan ger de uitzonderlijke fiscale last kan dragen, waaronder het dreigt te bezwij ken, onder de slechte economische om standigheden, waarin dit bedrijf is ko men te verkeren ten gevolge van een samenstel van factoren, in het bijzonder de aanzienlijke ontwikkeling van het gemotoriseerde verkeer en de enorme opkomst van de televisie. Aan de noodzakelijkheid om de re cettes, die het voortbestaan van het bioscoopbedrijf mogelijk moeten maken, te handhaven en te vergroten, zal slechts kunnen worden voldaan door middel van een economisch onafhankelijke Europese produktie van een voldoend aantal speelfilms van goede kwaliteit en een modern theaterpark. Teneinde dit te kunnen bewerkstelligen is een aantal maatregelen onmisbaar, waarvan de belangrijkste zijn de vol ledige afschaffing van de vermakelijk- heidsbelasting op bioscoopvoorstellingen en de heffing van een deel van de recet tes voor de vorming van een fonds ter financiering van de Europese film- produktie. In de ontwerp-overeenkomst, die in Cannes ter sprake kwam, zijn deze maat regelen nader uitgewerkt. Het ontwerp is een uitvloeisel van eerder gehouden be sprekingen, die in Parijs plaatsvonden. Op de vergadering in Cannes kon de overeenkomst echter niet worden goed gekeurd, aangezien de tekst strijdig was met het plan van de Belgische regering om over te gaan tot afschaffing van de vermakelijkheidsbelasting. De besprekingen in Cannes werden na mens de Nederlandsche Bioscoop-Bond bijgewoond door de heren Joh. Miede- ma, Bondsvoorzitter, C. S. Roem, Voor zitter van de Bedrijfsafdeling Filmver huurders en van de Bedrijfsafdeling Filmfabrikanten en Filmproducenten, en J. G. J. Bosman, Bondsdirecteur. Op 22 mei vergaderde in Cannes het Bureau International du Cinéma (B.I.C.), de overkoepelende organisatie van de verschillende internationale organisaties van het film- en bioscoopbedrijf. Tij dens deze vergadering is een voorstel be sproken om over te gaan tot een inter nationale actie tegen de vermakelijk heidsbelasting. Op deze vergadering pleitten de ver tegenwoordigers van de internationale exploitantenorganisatie Union Internatio nale de 1'Exploitation Cinématographique (U.I.E.C.) voor de vervaardiging van een speciaal bioscoopjournaal, gewijd aan het protest van het B.I.C. tegen de vermake lijkheidsbelasting. Grote instemming van de zijde van alle vertegenwoordigde landen ontmoette voorts een plan om over te gaan tot de sluiting van alle Europese bio scooptheaters gedurende één dag en op Een werkfoto van de werkzaamheden voor de korte film „Maasvaart'die Jan Wiegel voor Profilti lieeft gemaakt over de economische ont wikkeling van de Maas. De film is vertoond op het in ternationale filmfes tival te San Sebas- tian, dat deze maand is gehouden. „Maas vaart" kreeg in San Sebastian de filmprijs van de Raad van Europa in de cate gorie korte films. 78

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1963 | | pagina 12