Vergadering Ledenraad Prijs toop nlmjournalistiek Gebrek aan begrip Miedema, verscheidene andere Hoofdbestuursleden, leden van de Commissie van Geschillen, Commissie Nieuwe Zaken, Bedrijfsafdeling Filmverhuurders en Afdeling Am sterdam, alsmede Directeur en Adjunct-Directeur van de Nederlandsche Bioscoop-Bond. Namens de N.V. Para- mount Films waren aanwezig de Commissaris, de heer T. J. Bennet, de heer P. Silvius en het verdere personeel van Paramount. De heer Joh. Miedema voerde in de aula het woord en schetste de verdiensten van de overledene in zijn ver schillende functies. De zoon van de heer Wijsmulier dankte voor de belangstelling. Op 23 september ging onverwacht heen in de leeftijd van 77 jaar de heer J. K. Egberts, exploitant van het City Theater te Uithuizen, die in 1939 tezamen met zijn voor malige compagnon, de heer H. Bisschop, het City Theater te Uithuizen oprichtte. De crematie van zijn stoffelijk overschot vond overeen komstig de wens van de overledene in alle stilte plaats. Hoofdbestuur noch Afdelingsbestuur waren daardoor in de gelegenheid wijlen de heer Egberts de laatste eer te bewijzen. Aan de familie Egberts werd een schriftelijke betuiging van medeleven gezonden. Op 6 oktober overleed, 73 jaar oud, te Eindhoven de bij de oudere leden zeker nog wel bekende heer Louis Daniels (D. Grimmelikhuysen). Hij stichtte omstreeks 1927-1928 de Pandora Bioscoop te Schiedam (thans genaamd Mono- pole Theater), welke zaak hij later tot in 1953 voortzette met wijlen de heer J. W. de Groot. Daarna trok hij zich uit het bedrijf terug. Het Hoofdbestuur heeft de familie Grimmelikhuysen schriftelijk gecondoleerd met haar verlies. De Afdeling Nederland van de Confédération Internatio nale des Cinémas dArt et d'Essai (de C.I.C.A.E.), waarbij zestien filmkunsttheaters in ons land zijn aangesloten, heeft besloten een prijs van vijfhonderd gulden beschikbaar te stellen op het gebied van de filmjournalistiek. Jaarlijks zal deze prijs worden uitgereikt aan die publicist, die zich gedurende het afgelopen jaar bijzonder heeft onder scheiden bij het aankweken van begrip en het verhogen van de belangstelling voor de filmkunst. De prijs zal de naam dragen: Graadt van Roggenprijs, naar de Rotterdamse film criticus mr C. J. Graadt van Roggen (1904- 1933). In de jury hebben zitting genomen mr D. Bijdendijk, A. C. P. Seyffert en A. Rijnhoudt. In Zutphen is men op een wat merkwaardige wijze om gesprongen met de film „Wederzijds", een documentaire over het leven van Koningin Wilhelmina, die de regisseur Gerard Rutten voor N.V. City Film heeft gemaakt. In de afgelopen weken zijn met deze film overal in het land drukbezochte voorstellingen gegeven voor de schooljeugd, die in klasse- verband naar de bioscoop ging. „Wederzijds" is door de Commissie Filmkeuring voor Schoolverenigingen, die werkt onder auspiciën van het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, ge schikt bevonden voor leerlingen vanaf de eerste klas ulo en vglo. Door het bezoeken van de speciale filmvoorstellingen wordt de schooljeugd geconfronteerd met gebeurtenissen uit een recent verleden, waarvan de geschiedenisboekjes nauwelijks verhalen. Maar in Zutphen ziet men de zaak anders. Daar heeft men een Commissie voor esthetische vorming van de school jeugd. Deze commissie heeft „Wederzijds" eveneens aan een beoordeling onderworpen. Zij achtte de film slechts geschikt voor de jeugd van ulo en lycea vanaf de derde klas, omdat er wat veel in wordt geschoten. Ook was de commissie van mening, dat de oudere jeugd na op school grondig te zijn voorbereid maar in eigen tijd naar „Wederzijds" moest gaan. In Zutphen acht men de normen, die de landelijke Commissie Filmkeuring voor Schoolver enigingen stelt, blijkbaar nog niet hoog genoeg; tot schade van de jeugd en van het geschiedenisonderwijs. Het ontbreekt in ons land hier en daar toch nog wel aan begrip voor de film. Het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Bioscoop-Bond heeft een aantal voorstellen aanhangig gemaakt bij de Ledenraad, die dit college in zijn vergadering van 25 november a.s. in be handeling zal nemen. Het eerste voorstel van het Hoofdbestuur betreft de vast stelling van een nieuw Bedrijfsbesluit ter zake van de Film vertoning overeenkomstig de tekst van het op 27 november 1962 vastgestelde bedrijfsbesluit van die naam (reglementenuitgave no. 2 e), met dien verstande, dat de laatste zin van artikel 6 als volgt wordt gewijzigd: „Het besluit treedt in werking op 1 januari 1964 en is van kracht tot 1 januari 1965". Het Bedrijfsbesluit Filmvertoning, zo blijkt uit een toe lichting van het Hoofdbestuur, heeft in het afgelopen jaar wederom beantwoord aan zijn doel de vertoning van een excessief aantal speelfilms in een vertoningsweek te voorkomen. Nochtans heeft het, naar is gebleken, de leden-bioscoop- exploitanten voldoende ruimte gelaten voor afwisseling der programma's in een speelweek. Dit kan mede worden afgeleid uit het feit, dat ook in 1963 betrekkelijk weinig dispensatie- verzoeken bij het Hoofdbestuur zijn ingediend. Het Hoofd bestuur stelt daarom voor het besluit wederom met een jaar te verlengen. In de tweede plaats stelt het Hoofdbestuur voor een nieuw Bedrijfsbesluit inzake de Programmering vast te stellen over eenkomstig de tekst van het op 27 november 1962 vastgestelde bedrijfsbesluit van die naam (reglementenuitgave no. 4 e), met dien verstande, dat in de artikelen 1, 2 en 7 het jaar 1963 wordt veranderd in 1964. De toelichting op het voorstel van het Hoofdbestuur luidt: Het Bedrijfsbesluit Programmering beoogt een gevarieerde samenstelling der bioscoopprogramma's naar land van herkomst te bevorderen. Daar het besluit in 1963 weer op bevredigende wijze heeft gewerkt, stelt het Hoofdbestuur voor het voor 1964 te prolongeren. Het derde voorstel behelst wijziging van artikel 3, Ie lid, van de Algemene Voorwaarden van Verhuur en Huur van Films (reglementenuitgave no. 10). De bestaande tekst luidt: „De vertoningsweek vangt steeds aan des vrijdags en eindigt de daarop volgende donderdag, tenzij anders is overeengekomen". De voorgestelde nieuwe tekst luidt: „De vertoningsweek vangt steeds aan des donderdags en eindigt de daarop volgende woensdag, tenzij anders is overeengekomen". 143

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1963 | | pagina 46