Zeven keer Erie Johnston -j* nu de bedrijfssituatie moeilijker wordt, getrouwelijk en nauwkeurig na te leven. Dat het Hoofdbestuur juist gehandeld heeft moge blijken uit de ernstige waarschuwingen, die de laatste weken in de Duitse pers, onder de indruk van een aantal déconfitures in het Duitse produktie- en verhuurbedrijf, waarin een groot aantal exploitanten zijn meegesleept, zijn gelanceerd. In het bijzonder richten deze zich tegen de conditionnering door filmverhuurders van vooruitbetalingen bij het afsluiten van hun produkt en tegen de consequenties van deze vooruitbetalingen als zodanig. De hoogte van deze voor uitbetalingen speelt daar reeds een rol in de concurrentie men biedt namelijk lustig tegen elkaar op zonder dat nochtans ingeval van déconfitures het recht op het af gesloten produkt verzekerd bleek te zijn. Voorts is op 30 juli j.1. in het Belgische staatsblad een wet verschenen, in de vakantie bij wijze van hamerstuk door de Kamer gehaald, een zogenaamde kaderwet, waarbij de minister van Economische Zaken gemachtigd wordt bij maatregel van algemeen bestuur maximum-filmhuurprijzen, alsmede maximum-garanties vast te stellen en de verhuur van films in the blind te reglementeren. Op overtredingen staan geldboetes en gevangenisstraf tot drie maanden toe met de kans op verdubbeling bij herhaling binnen vijf jaar. Ook kunnen films in beslag worden genomen en verbeurd worden verklaard, ongeacht of zij eigendom van de ver huurder zijn, dat wil dus zeggen met volledige negatie van de auteursrechtelijke kanten van deze gehele aangelegen heid. Het enige, dat aan deze wet ontbreekt, is de leverings- dwang Het ligt voor de hand, dat deze wet met weerzin door het gehele internationale filmbedrijf is ontvangen. Zij is de consequentie van de volledige chaos, waaraan het Belgische film- en bioscoopbedrijf bij gebrek aan organisatie ten prooi is. Pogingen gedurende de laatste jaren ondernomen om tot een redelijke overeenkomst te geraken op het stuk van de verhuur- en huurvoorwaarden voor films zijn op niets uitgelopen. Laat deze Belgische wet, waartegen in E.E.G.-verband krachtig wordt geopponeerd en welker effect uiteraard volledig afhangt van de uit te vervaar digen algemene maatregel van bestuur en van de functio nering van de daarin voorziene uitvoeringorganen, de heil zame betekenis van het op orde stellen van eigen zaken nog eens goed onderstrepen. Een goede, krachtige bedrijfs organisatie bewijst zelfs na bijna een halve eeuw trouwe dienst haar recht van bestaan, nu het moeilijker wordt dan ooit. Zij leeft echter voorzover de reglementen worden nageleefd! slaan in het buitenland, in het bijzonder op het gebied van de korte film, al jarenlang een uitstekend figuur. Het feit, dat in het Bondsorgaan een vaste rubriek vrijwel ononderbroken melding maakt van prijzen, die op buiten landse festivals en andere filmische manifestaties zijn be haald, spreekt in dit opzicht boekdelen. Het loont de moeite om eens na te gaan, welke resul taten de filmers in de afgelopen jaren alleen al in Berlijn hebben behaald. Tijdens de festivals, die te Berlijn de laatste zes jaren hebben plaats gevonden, wist ons land in totaal niet minder dan zeven bekroningen op zijn naam te schrijven: In 1958 werd een Gouden Beer toegekend aan Bert Haanstra's „Glas". Een jaar later kon Herman van der Horst in Berlijn een Gouden Beer in ontvangst nemen voor zijn „Prijs de Zee". Opnieuw een Gouden Beer verwierf Van der Horst zich in 1960 met zijn lange documentaire „Faja Lobbi". In 1961 sleepte ons land twee prijzen in de wacht: een Zilveren Beer voor de speelfilm „Makkers, staakt uw wild geraas" van Fons Rademakers en een Zilveren Beer voor de documentaire „De lage lan- aen" van George Sluizer. Vorig jaar was het Jan Vrijman, die in Berlijn met een Gouden Beer bekroond werd voor „De werkelijkheid van Karel Appel". De reeks werd dit jaar althans voorlopig voortgezet met een Gouden Beer voor „Bouwspelement". De Berlinale leverde ons land in zes jaar tijd vijf keer goud en twee keer zilver op! Het is voor een klein land als het onze met zijn bescheiden filmproduktie ongetwijfeld een formidabele prestatie, in het bijzonder wanneer met de grote omvang van de wereldfilmproduktie in zijn overwegingen betrekt. Er is daarom alle reden om de Nederlandse filmers en dit jaar speciaal de heer Huguenot van der Linden met dit verheugende succes van harte geluk te wensen. Wij zijn bovendien niet pedant, wanneer wij van mening zijn, dat al deze glorie glans verleent aan ons gehele bedrijf. dat zich met zijn nationale produktie nauw verbonden weet. Wij durven, de trofeeën van Cannes, Venetië, San Fran- cisco en vele andere, meer secundaire internationale film evenementen mede in aanmerking genomen, zelfs gewagen van een cultureel vlagvertoon, dat het hele land aangaat. Met de bekroning van Charles Huguenot van der Lindens „Bouwspelement", de fascinerende filmim- pressie van het bouwen in al zijn facetten, heeft de Neder landse filmwereld te Berlijn nieuwe lauweren toegevoegd aan een indrukwekkende reeks. De Nederlandse cineasten Op 22 augustus is na een kortstondige ernstige ziekte op 67-jarige leeftijd overleden de heer Eric Johnston, President van de Motion Picture Association of America. Het presidium van dit orgaan betekent de organisatorische leiding van de produktie en distributie van een artikel, dat niet alleen in de maatschappelijke ontwikkeling van Ameri ka van de grootste betekenis was, maar gedurende lange tijd het op één na grootste onderdeel uitmaakte in het ex portpakket van dat land, te belangrijker als informatie medium voor zijn „way of living". Zijn distributiekanalen omspannen de gehele aardbol en liggen zo ver op de con currerende landen voor, dat zij mede diensten verrichten 102

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1963 | | pagina 4