Staatsprijs Filmkunst 1965
Van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen is bericht ontvangen dat de Staatsprijs 1965 dit
jaar tijdens de Filmweek in Arnhem (14 tot en met 19 juni)
zal worden uitgereikt.
Om te kunnen meedingen naar de Staatsprijs 1965 ter
grootte van 5.000,dient het onderstaande reglement in
acht te worden genomen.
1. Voor toekenning van de prijs komen in aanmerking
films, waaronder begrepen teken- en poppenfilms, die
op 16 of 35 mm formaat zijn vervaardigd in de periode
van 15 juli 1963 tot en met 15 mei 1965.
2. De staatssecretaris wint over de toekenning van de prijs
het oordeel in van een door hem te benoemen jury,
bestaande uit tenminste drie en ten hoogste vijf leden.
Desgewenst kan de jury deskundigen op bepaalde
terreinen raadplegen.
3a. Een ieder, die voor de prijs in aanmerking wenst te
komen, dient daarvan vóór 15 mei 1965 kennis te geven
aan het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen, onderafdeling Film, Nieuwe Uitleg 1, 's-Gra-
venhage onder overlegging van de volgende gegevens:
titel van de film;
naam, voornamen en adres van de vervaardiger(s);
lijst van medewerkers aan de film;
datum van eerste vertoning van de film aan pers en
publiek;
vertoningsduur.
b. Kopieën van de aangemelde films dienen uiterlijk 15
mei 1965 te worden ingeleverd bij het Hoofd van de
onderafdeling Film van het Ministerie van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen, Nieuwe Uitleg 1, 's-Gra-
venhage.
De filmdozen behoren het opschrift „Staatsprijs voor
Filmkunst 1965" te dragen en duidelijk aan te geven
de titel van de film en het adres, waarnaar de film
moet worden teruggezonden.
c. Aanmeldingen van films die niet in overeenstemming
zijn met de voorwaarden van dit reglement, worden
terzijde gelegd.
d. De inzenders dienen van Nederlandse nationaliteit te
zijn.
4. De prijs wordt toegekend aan degene, die als de meest
verantwoordelijke persoon voor het vervaardigen van
de film moet worden aangemerkt. Wanneer de jury
niet kan uitmaken, wie artistiek de meest verantwoor
delijke persoon in de vorengemelde zin is, kan zij voor
stellen de prijs toe te kennen aan de film en het geld
bedrag ter beschikking te stellen van degenen, die naar
haar oordeel gezamenlijk als de voornaamste vervaar
digers van de film worden beschouwd.
5a. Wanneer daartoe naar het oordeel van de jury aan
leiding bestaat, kan toekenning van de prijs achterwege
blijven.
b. De prijs mag niet worden gesplitst.
c. De jury kan voorstellen doen tot het toekennen van
een of meer eervolle vermeldingen.
6. Buiten beschouwing blijven:
a. films, die vóór de in artikel 1 aangegeven periode zijn
voltooid;
b. films, waaraan een of meer juryleden hebben mede
gewerkt;
c. films, die in strijd zijn met een of meer bepalingen
van de auteurswet 1912;
d. films met een vertoningsduur van minder dan 5 of
meer dan 60 minuten;
e. films, die niet als Nederlandse films kunnen worden
beschouwd.
7. Na ontvangst van het juryrapport beslist de staats
secretaris over het al of niet toekennen van de prijs.
Hij zal niet van het voorstel van de jury afwijken dan
na overleg met de jury.
Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd.
8. De uitreiking van de prijs vindt tijdens de in juni
1965 in Arnhem te houden filmweek plaats.
9. In gevallen, waarin dit reglement niet voorziet, beslist
de staatssecretaris, gehoord het advies van de jury.
Bob Kommer Studio's CV. vervaar
digde in opdracht van het ingenieurs
bureau Dorr-Oliver N.V. een film over
de verwerking van huisvuil tot waarde
vol produkt. „De Kringloop"zoals de
film is getiteld, werd gemaakt naar een
idee van G. E. A. Schroth. De opname
leiding berustte bij H.A.H. Kwakernaat.