PERSONEELSPROBLEEM
Reeds jarenlang tobben wij in het bioscoopbedrijf met personeelsverloop en personeelstekort. Ver
betering van de arbeidsvoorwaarden was voor ons in de jaren 1955 een probaat middel om goed
personeel aan te trekken of vast te houden. De ongunstige economische omstandigheden leggen het
bioscoopbedrijf echter beperkingen op van dien aard, dat dit middel niet meer voldoende gehan
teerd kan worden. De verbetering van de arbeidsvoorwaarden van de laatste jaren is nauwelijks vol
doende om te voorkomen, dat er in het bioscoopbedrijf ten opzichte van het bedrijfsleven in het
algemeen een te grote achterstand ontstaat.
Er zijn andere bedrijfstakken, ook buiten Nederland, die met hetzelfde probleem kampen. Blijkens
een rapport van het Britse organisatiebureau Osmond Turner, waarvan melding is gemaakt in het
weekblad Ariadne, heeft een groot aantal supermarkten in Engeland een enorm personeelsverloop,
wel tot 100 per jaar toe. Dat heeft zulk een ongunstige invloed op de klanten, dat de winstmoge
lijkheden er door worden aangetast. Als middelen om in deze situatie verbetering te brengen beveelt
het Engelse rapport onder andere scherpere selectie van het personeel aan en het pleit bovendien
voor het in dienst nemen van vrouwen van middelbare leeftijd op part-time basis, extra betalingen
voor de avonduren en voor werk op zaterdag, alsmede een bonusregeling.
Misschien dat men ook in het bioscoopbedrijf van deze aanbevelingen profijt kan trekken. Het in
dienst nemen van vrouwen van middelbare leeftijd, die slechts een deel van de week in de bioscoop
werken als caissière of ouvreuse, verdient zeker overweging. Of vrouwen ook voor het cabinewerk
kunnen worden aangetrokken is een vraag, die de meeste bioscoopondernemers ontkennend
zullen beantwoorden. Wij zijn het daarmede niet geheel eens. De ervaringen met de zeer wei
nige dames, die in ons land als bioscoopoperateur fungeren of hebben gefungeerd, zijn immers uit
stekend. Heel wat vrouwen zijn zeker in staat een practijkcertificaat te behalen. Aan handigheid en
accuratesse ontbreekt het de meeste vrouwen ook niet.
ERETEKENS VOOR TROUWE PLICHTSVERVULLING
14
Krachtens ter zake door het Hoofdbestuur van de Nederlandsche Bioscoop-Bond genomen
besluiten werden van 6 oktober 1965 t/m 4 januari 1966 de volgende onderscheidingen
voor trouwe plichtsvervulling uitgereikt:
d.s.: gouden speld met diamant g.s.: gouden speld
z.s.: zilveren speld d.b.: gouden brochette met diamant
g.b.: gouden brochette z.b.: zilveren brochette
AMSTERDAM
Firma Barnstijn/van Ewijk: z.s.: J. B. Engel, G. J. Heitlager; z.b.: C. M. Kuiper-v.d. Velde.
Stichting Nederlandse Filmstudio: z.s.: C. Vink, J. van Os, H. Greven, R. H. J. Habes,
J. J. Ch. Spierings, N. G. Roodhart, M. Bron, D. Buys; z.b.: C. C. Hart-Coltof, E. Roth.
N.V. Joop Geesink's Filmproductie „Dollywood": z.s.: F. D. K. Bosch.
Maatschappij Tuschinski N.V.: g.s.: C. A. Chr. Vick; z.b.: B. M. Koopal-Klaassen, P. W.
van der Dungen-Kortlevers.
ARNHEM
N.V. Astra Film Mij.: z.s.: H. J. Scherrenburg.
DRIEBERGEN
N.V. Gofilex: g.s.: P. C. Govaers.
EINDHOVEN
N.V. Utrechtse Mij. tot Expl. v. Bioscooptheaters: g.s.: G. Alberts
's-GRAVENHAGE
N.V. Nationale Bioscoop Ondernemingen: d.s.: H. G. Hoogerwerf; z.s.: J. Groeneveld.
Scala Theater N.V.: d.s.: F. Back.
's-HERTOGENBOSCH
Firma Top Martens: g.s.: E. J. Boonstra; z.s. A. Doomernik, H. P. Vorselaars.
HILVERSUM
N.V. Cinecentrum: z.s. G. Visscher, B. van Vonno, C. E. Polderman; z.b.: M. Raaphorst.