Gelukt Veel bewogene Tegenstelling Jonge Belgen Uewonnen dent Bloemlezing «ezond inci „De derde dag van de internationale filmweek 1967 zal de geschiedenis ingaan als een veel bewogene. Niet alleen door de prettige verrassing die de Nederlandse speelfilm van Eric Terpstra „De verloedering van de Swieps" opleverde, maar nog meer door de nogal ongecoördineerde bun deling van diverse manifestaties en het officiële bezwaarschrift, dat Ne derlandse persvertegenwoordigers per telegram indienden tegen de onder scheiding van Peter Creutzbergs film „Corsow", met de Staatsprijs 1967. Het begon allemaal vrij rustig met een uitgebreid ontbijt op een zon overgoten terras van hotel „Groot Warnsborn", waar de Tsjechische sterren Vlastimil Brodsky en Jana Brejchova uit de film „Sla noot een vrouw, zelfs niet met een bloem", zich ontpopten als zeer eenvoudige hartelijke lieden, die nu niet bepaald verzot zijn op onze nieuwe haring, maar volkomen bereid bleken onge dwongen en zeer geanimeerd te dis cussiëren «jver film en toneel in hun land." Een aangename verrassing tenslotte ivas de nieuwe Nederlandse film ,,De verloedering van de Swieps", waarin regisseur Eric Terpstra het vrijwel als filmscenario geschreven boe'.c van Heere Heeresma voortref felijk, in filmbeelden had weten te vangen. Ramses Shaffy in de dank bare rol van de profiteur Manuel, duidelijker getekend dan in het boek, revancheert zich voor zijn optreden in de film „Liefdesbekentenissen" maar wordt toch overvleugeld doo: Wies Andersen en Hetty Verhoogt, die geweldige prestaties leveren als het door Manuel uitgebuite echtpaar Sw ep." MILO IN HET BINNENHOF „In de morgenuren hebben we ken nis kunnen maken met het werk van jonge Belgische cineasten. Uiteraard zullen de vertoonde films wel een keurcollectie zijn geweest uit de to tale productie, want er waren voor treffelijke kortfilms bij die in niets onderdoen in vergelijking met het werk van de Nederlandse cineasten die van tijd tot tijd ook met uitschie ters voor het voetlicht komen. Doch afgezien nog van de produkten, het feit dat er een morgen was ingeruimd speciaal voor de Belgische jonge buren wijst op een goede wil tot sa menwerking want ook de Nederlandse cineasten hebben gelegenheid gehad hun werk in Brussel te tonen en zo was dit een boeiende tegenprestatie." H. STEGGERDA IN DE ROTTERDAMMER ,,De Tsjechische film van Zdenek Podskalsky „Sla nooit een vrouw, zelfs niet met een bloem" vormde wel een grote tegenstelling tot de film van Godard. De thans 44-jarige regisseur, die studeerde aan de filmhogeschool te Praag, heeft met deze film een co- medie gecreëerd die klinkt als een klok. Ongecompliceerd, lichtvoetig en met een leuke naïviteit spoedt dit ver haal zich naar een kostelijk slot." DE ROTTERDAMMER „Toen we dinsdag na de vertoning van Godards Deux ou trois choses, diep onder de indruk, de grote zaal van het Rembrandttheater uitschui- felden, hoorden we een middelbare dame tot een middelbare heer zeggen: „Nou, de kranten zullen het wel weer een mooie film vinden". Een opmer king om over na te denken. Een op merking waar we ook aan dachten toen we bij en na het zien van Erik Terpstra's De verloedering van de Swieps het tevreden gevoel kregen van: mooi, het is gelukt, het is een film om over naar huis te schrijven. Er zijn de laatste tijd meer Neder landse films gemaakt waarover we waarderend en dus met plezier schre ven. Het publiek bleek echter dit ple zier niet altijd te delen. Zeker waar het onze vaderlandse filmerij betreft blijkt dat publiek de mening en arg waan van de geciteerde dame te delen. Een droeve zaak, waarvan de criticus zich naar onze mening toch maar niet al te veel moet aantrekken." A. C. VAN DIIK IN DE NIEUWE ROTTER- DAMSCHE COURANT ,.In de avondvoorstelling heeft Arn hem zich zonder restrictie gewonnen gegeven voor de Tsjechische film „Sla nooit een vrouw, zelfs niet met een bloem", van Zdenek Podskalsky. Men ontlaadde zijn vreugde over deze komedie in herhaald applaus, c'at stormachtig van karakter werd na afloop, ter ere van de beide hoofd- rolspalers Jana Brejchova en Vlasti mil Brodsky, die de filmweek bijwo nen." JEA KIERS IN HET VRIJE VOLK boeiender afficheprestaties, bewijst een bloemlezing uit werk dat voor een desbetreffende prijsvraag is in gestuurd door (goeddeels middelbare) Nederlandse scholieren. Hun bijdra gen waarvan men hierbij een paar bekroonde voorbeelden ziet han gen ook in de Korenbeurs. Als het Nederlandse importeurs op een idee brengt, zullen de prijsvraag-organisa toren (Filmweek Arnhem, samen met het Nederlandse Filminstituut) al iets bereikt hebben van wat hun voor ogen moet hebben gezweefd toen zij hun initiatief namen." JAN BLOKKER IN HET ALG. HANDELSBLAD „Dat er in Nederland best talent is en zelfs zeer jong talent voor „De uitreiking van de Staatsprijs Filmkunst '67, vanavond in het Arn hems Rembrandt Theater, dreigt een minder vrolijke aangelegenheid te worden dan we in vorige jaren ge wend zijn geweest, en dat is dan te wijten aan het journalistentelegram waarin de bekroning van Corsow (Curacao) bij voorbaat werd betreurd. Het zou overdreven zijn te stellen (wat gesteld is) dat het incident een domper heeft gezet op de hele Film week tenslotte is daarin die staats prijsuitreiking niet anders dan een traditioneel ornament, en de WeeK is al lang vitaal en geanimeerd genoeg bleken om tegen een stootje te kun nen. Dat „incident" is er nu, het is misschien jammer dat het er is, maar het is in geen geval onoverkomenlijk; het heeft zelf iets gezonds. Gezond, omdat het als het ware de breuk rati ficeert tussen twee soorten filmma- ken: die van het isolement, het pro vincialisme en die van, laten we het maar even wulps noemen „de wereld". Eerste tekenen van die breuk doen zich, men weet het, vijf, zes jaar geleden voor. Er begint dan iets te verschuiven in de Nederlandse filmverhoudingen, en het gerommel kondigt zich vooral aan in de produk- tie van korte films. Na een gebruikelijke periode van ne geren, bagatelliseren en afdempen, is men dat gerommel vervolgens sterk gaan aanmoedigen in de pers, bij de overheid en niet het laatst in de Filmweek Arnhem die er, gelet op uitspraken van de heer Bosman, één van haar initiatiefnemers, terecht prat op gaat dat ze veel heeft gedaan om het „klimaat" te vernieuwen, en die haar zesde jaargang geheel in het teken van de Jeugd begint met een discussie tussen jonge cineasten en leden van het bioscoopbedrijf." JAN BLOKKER IN HET ALGEMEEN HANDELSBLAD

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1967 | | pagina 27