RIDDER CHARLES BOOST Vervolg nieuws uit het buitenland Bondsdirecteur eregast bij Duitse collega's Weg met de woestijnen i 241 "Dondsdirecteur en voorzitter J. G. J. Bosman was eregast tijdens de jaarlijkse ledenvergadering van het Hauptverband Deutscher Filmthea ter e.V. op 26 juni, tijdens de dagen van het Berlijnse filmfestival. Hij heeft voor de vergadering een ex posé gegeven over de commerciële situatie van het filmbedrijf in Neder land, alsmede over de herstructurering van de Nederlandse bedrijfsorganisa tie. Bij de bestuursverkiezing werd dr. Wolfram Engelbrecht bij acclamatie tot president gekozen met als rechter hand vice-voorzitter Helmut Woeller. Dr. Engelbrecht sprak een rede uit over de stichting en de beginwerk- zaamheden van de Filmförderungsan- stalt. De H.D.F, keurde voorstellen goed om bekroningen voor korte films in te stellen teneinde op die manier de produktie van goede korte films te stimuleren en via deze weg een beter voorprogramma in de bioscoop te krijgen. De filmprijs „Goldenen Lein- wand" kreeg een uitbreiding. De discussie in de vergadering kreeg hierna aansluiting bij de altoos nog heftige debatten over de merites van het Berlijnse festival. Er werden har de noten gekraakt. Het woord film betekent in het filmbedrijf iets anders dan elders. Het woord wordt alleen in de retorische zin nog hetzelfde ge bruikt. Maar in werkelijkheid staat het allang voor twee totaal verschil lende begrippen. Het filmbedrijf moet, aldus dr. En gelbrecht kiezen voor een filmbeurs (Filmmesse), die voor het publiek in teressant en attrakrief is en waar werkelijk een filmforum tot stand komt. Het bedrijf moet afstand gaan nemen van manifestaties, die uiteindelijk in zijn nadeel uitvallen. Deze door Ber lijn uiterst dringend geworden kwes tie wordt in de daartoe geëigende verenigingsafdelingen nader onder de loep genomen. Dr. Engelbrecht sprak grote bezorgd heid uit over de ontwikkeling in de publiciteit, waarmee de z.g.n. „Sex- films" wordt begeleid. Hij deed na mens het bestuur van het Hauptver band een dringend beroep op de leden en via hen op de leveranciers om matiging en goede smaak in acht te nemen bij het annonceren van films met een inhoud, die op zichzelf accep tabel is. Maar helaas als veel gewaag der wordt gesuggereerd dan met de werkelijkheid overeenstemt. Dr. Engelbrecht was van mening, dat men ten onrechte in de veronderstel ling verkeerde hiermede het publiek te gerieven en veeleer het gevaar loopt een veel groter deel van dat publiek uit de bioscoop te weren. T|~~Viitsland is het vraagstuk van de spreiding van bioscooptheaters te lijf gegaan, met name in de „woestij nen" van de voorsteden. Daarbij wordt tevens de traditionele theater volgorde voor de vertoning van films op de helling gezet. Premières worden doorgaans in grote steden gedraaid en de vertoningen breiden zich daar rondom uit zoals de golfkring van een steentje, dat men in het water gooit. Daarbij strijden theaters van de in elkaar overvloeiende, maar bedrijfs matig van elkaar gescheiden satelliet steden om de rechten in hun stadsdeel en betalen zelfs sommen aan de ver huurder, opdat bepaalde films niet in een ander deel van de satellietenge meenschap zullen worden vertoond. De veranderde samenstelling en het gewijzigde gebruik van de steden, zo heeft men moeten constateren, heeft de binnensteden stil gemaakt. Rond een uur of acht wordt het gewoel in de city minder en concentreert zich in sub-centra, in de buitenwijken. Desondanks blijft men premières ge ven in soms volkomen uitgestor ven stadscentra, omdat niemand, aldus klagen de Duitsers, de lef heeft om met die oude vertrouwde metho den van vertonen te breken. Maar het gevolg is óók, dat wanneer de film eenmaal tot de drukke buiten wijken doordringt, het publiek meent met „een oudje" van doen te heb ben. Bij de kleinere en middelgrote thea ters is veel gemor tegen de grote thea ters, die de oude politiek blijven steu nen en hun stem om „buigen of bar sten" wordt steeds sterker. In het Bondsorgaan past een proficiat voor de filmcriticus Charles Boost. Aan de vooravond van de verjaardag van H.M. Koningin Juliana werd zijn benoeming bekend tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Zijn verdiensten voor film en het vormen van een oordeel daarover vonden in de onderscheiding een onderstreping.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1968 | | pagina 24