De eerste ledenraad in vergadering bijeen op 10 januari 1939.
Het Bondsgebouw vlak
na het beëindigeen van de
oorlog aan de Heren
gracht te Amsterdam.
Maar nog een met gescheiden belan
gen. De filmverhuurders zagen niet
helemaal het nut van fusie met de
Bond van exploitanten. Op die laat-
sten lag het juk van de vermakelijk-
heidsbelasting en het gewicht van
de niet te eindigen strijd tegen onder
waardering.
De vereniging van verhuurders fu
seerde op 18 juli 1921 met de ex
ploitanten, toen in een reorganisatie
vergadering de bondsnaam werd ge
wijzigd in „Nederlandsche Bioscoop-
Bond"".
De twee handen werden één vuist.
tSöÉÜM&yysitP e bezoekersaantallen in
de theaters lieten geen
twijfel bestaan aan de
belangstelling voor de
zevende muze. De
overheid en vele intel
lectuelen huiverden bij iedere verto
ning, bevreesd voor wat zij noemden
„de morele en maatschappelijke ge
varen van de bioscoop".
Zij wilden de „suggestibel" geachte
massa „behoeden" voor „verval en
verderf' met plaatselijke filmcensuur,
hoge leeftijdsgrenzen en abnormaal
hoge vermakeiijkheidsbelasting.
De theaterexploitanten moesten gedo
gen, dat soms midden in voorstellin
gen de politie binnentrad om een film
te verbieden. Gedogen hoe zij van
autoritair-politieke zijde in geschrifte
werden neergesabeld naar het laagste
niveau.
Gezamenlijk ervaren van tegenstand
louterde de Bond.
Tegen de morele aanvallen stelde de
Bond een geleidelijke verwijdering van
die personen, die het bedrijf een slech
te dienst bewezen. Het Hoofdbestuur
maakte een taktisch gebruik van de
dit college opgedragen zorg voor de
waardigheid van het bedrijf.
Onbehoorlijk geachte reclamemetho
den werden aangepakt. Van stonde af
aan hadden sancties en boycot (tegen
wie van regel en orde niet wilde we
ten) succes.
e datum van 2 augus
tus 1923 is in dit ver
band van belang. Toen
werd de Commissie
van Geschillen inge
steld, waarmee de bond
een arbitrale rechtspraak tot voordeel
van de leden introduceerde. De later
ingestelde Raad van Beroep rondde
deze ruggegraat van de organisatie af.
In diezelfde tijd legde men de eerste
Bondsvoorwaarden vast, ter regeling
van het zakelijke verkeer tussen de
leden. De filmverhuurders kregen in
1923 hun eigen huis binnen de orga
nisatie in de Bedrijfsafdeling Filmver
huurders, zodat ook zij (gelijk gebeur
de bij de exploitanten) in eigen kring
overleg konden plegen over hun speci
fieke problematiek van import en ver
huur van films.
272