w
I
Bioscoopwet en bedrijf
Bioscoopwet en bedrijf
Al dertig jaar
De grote vraag
m
Opnieuw kwam de bedrijfsorganisa
tie in actie via uitvoerige adressen
aan Minister en Kamer, die blijkens
het kort voor de bezetting versche
nen Voorlopig Verslag veel aandacht
aan onze bezwaren heeft geschonken
en het ontwerp met zeer gemengde
gevoelens ontving.
Tnmiddels is het voornemen om tot
„technische herziening" van de
Wet te geraken bijna dertig jaar oud.
Het vraagstuk van de technische her
ziening (dat liefst twee ministeriële ad
viescommissies heeft nodig gehad, na
melijk de Commissie Sassen en de
Commissie Witte, welke laatste we
derom twee en een half jaar werk
zaam is) is na driekwart eeuw film
en bioscoop van heel wat wijder strek
king dan de wetstechniek of het ver
sleten nakeuringsgedoe, waarvoor het
Kamerlid Verhoef in 1962 bij amen
dement een oplossing heeft willen be
werkstelligen.
Wij zien daarom met grote belang
stelling uit naar de bevindingen en
conclusies van de Commissie Witte,
al doen sommige uitlatingen tijdens
de recente commissoriale behandeling
in de Kamer van Binnenlandse Zaken
vermoeden, dat de satrapen van de
considerans van de Wet en van de
gemeentelijke nakeuring nog altijd op
hun post zijn.
T"\e grote vraag, die wezenlijk aan
de orde is, is of men wil inzien
en erkennen, dat door het bewegen
de beeld aan de mogelijkheid tot
het overbrengen van gedachten een
nieuwe dimensie is toegevoegd, die
niets anders betekent dan een tech
nische uitwerking van wat door de
drukkunst en fotografie is voorbe
reid.
Men zou kunnen stellen, dat de
bioscoopwetgeving is ontstaan uit
negatie van het nieuwe medium en
uit dezelfde behoefte, die enige eeu
wen tevoren de beperking ten aan
zien van de drukpers deed ingeven.
Met name is de vraag gewettigd of
men bij de beoordeling van het
huidige stelsel van de wet niet ter
dege in aanmerking moet nemen
de essentie van het medium „the
medium is the message" en daar
uit de consequenties moet trekken.
Al met al is in vijftig jaar wissel
werking tussen de ontwikkeling van
het wettelijk toezicht op film en bio
scoop en de werkzaamheid terzake
van de Bioscoopbond de conclusie ge
wettigd, dat al moge daarbij de be
hartiging van het bedrijfsbelang voor
op hebben gestaan, juist vanuit dit
belang het neveneffekt is ontstaan
van afzwakking en beperking van de
paternalistische benadering hetzij door
overheid hetzij institutioneel van het
nieuwe medium, waardoor een pu
bliek belang is gediend en mogelijk
de weg is geopend naar een liberali
satieproces, dat in de behoeften van
medium en kijkers voorziet.
Jolijt in afwachting van het begin van een jeugdmatinee. Ni't kan men zich amper
voorstellen, dat er ooit absolute toegangsverboden voor kinderen hebben bestaan.
•vWÊ