in het brandpunt van de projectie-techniek Technische ontwikkeling Pulserend 300 Hasso 4000 in - voorzetapparaat, zo als getoond tijdens de Photokina. \7an de talrijke grootbeeldprojectie- systemen, die sedert 1953 ook ons land hebben overstroomd en die in het begin veel verwarring stichtten, zijn er inmiddels niet meer dan vier overgebleven, te weten de wide screen-, cinemascope-, 70 mm- en 70 mm-cinerama-projectie. De betrekkelijke rust die ontstond toen het pleit voor deze systemen was beslecht, werd gebruikt om extra aan dacht te gaan schenken aan de licht en de geluids-technische kant van de projectie. Er kwamen vaste lichtbronnen in de vorm van Xenon- en pulserende gas ontladingslampen. Hoewel deze nieu we lichtbronnen aanvankelijk met grote reserve werden bekeken, is voor al de Xenonlamp thans duidelijk in opmars, ondanks de daaraan nog steeds klevende bezwaren van een minder regelmatige beeldverlichting dan die der aloude koolbooglampen. T^e pulserende lichtbronnen verto nen dit euvel weliswaar niet, in tegendeel, doch zij hebben weer het nadeel van een minder geschikte licht kleur, door het ontbreken van vol doende rood in het spectrum. Het ziet er naar uit, dat ondanks alle pogingen

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1968 | | pagina 37