Cassette-ontwikkelingen (III)
Er wordt nu eerlang weer een nieuw
medium aan het bestaande pakket
toegevoegd, waarvan het onverzadig
bare publiek al dan niet op grote
schaal gebruik kan gaan maken. Of
het dit doet zal in de eerste plaats
afhangen van de prijs en het ziet er
naar uit, dat deze prijs vooralsnog aan
de stevige kant zal liggen, dat wil
zeggen in de orde van ƒ1.500,a
5.000,voor de nodige apparatuur.
Daarbij komen dan nog de kosten
voor de cassettes, die men in de toe
komst zal kunnen kopen, of eventueel
huren.
Met deze inleiding wil zeker niet wor
den beweerd, dat het voor onze be
drijfstak allemaal niets te betekenen
zou hebben. Wel zijn wij van oordeel
dat er geen redenen zijn om te ver
onderstellen, dat de aanwezige ont-
spanningsmedia, waaronder dus ook
de bioscoop, nu plotseling hun be
staansrecht zouden gaan verliezen.
Verre van dat.
Alle aangekondigde en dikwijls aan
geprezen, voor velen mogelijk hoogst
interessante nieuwtjes op cassettege
bied, blijven voorlopig beperkt tot
„kostbaar huiskamer-kastje-kijken"
iets wat naast de ontspanning en ont
wikkeling buitenshuis bestaanbaar is,
maar ons inziens niet als een vervan
ging kan worden gezien. De ervarin
gen met de in het begin genoemde
media heeft dit tot dusverre wel duide
lijk gemaakt. Als een meer recent
voorbeeld kan nog worden aange
haald de Pay-Television, die in Enge
land bij gebrek aan voldoende belang
stelling van de kant van het publiek
schipbreuk heeft geleden en in de
Verenigde Staten, voorzover ons be
kend, een kwijnend bestaan lijdt. Bij
dit systeem wordt de televisie-ontvan
ger met een soort keuze-automaat uit
gerust, waarin men geld moet depo
neren om dan een bepaald program
ma naar keuze te kunnen zien. Uiter
aard is zulk een keuze beperkt, maar
men behoeft dan ook, behoudens een
geringe maandelijkse aansluitingsbij
drage, niets in apparatuur te investe
ren en men heeft weinig of geen sto
ringsrisico's.
Het is een feit dat de techniek, spe
ciaal op elektronisch gebied, in een
duizelingwekkend tempo voortraast
en eigenlijk door niets en niemand
valt te stuiten. In dit licht bezien is het
zeker niet ondenkbaar, ja zelfs waar
schijnlijk, dat in een niet te verre toe
komst allerlei elektronische vindingen
ook in het film- en bioscoopbedrijf, in
nog sterkere mate dan thans reeds
min of meer geruisloos is gebeurd,
zullen doordringen. De video-tape, de
magnetische beeld-geluidsband, die
onder andere bij de televisie al ge
meengoed is geworden, is daarvan
een van de meest voor de hand lig-
10
gende voorbeelden in de produktie-
sector en aan de exploitatiekant zal
men mogelijk gaan werken met de
zelfde band of misschien met hologra-
fie als nieuw projectiemiddel met be
hulp van laserstralen.
Juist deze 2 methoden, alsmede die
waarbij een bepaald soort film wordt
gebruikt, vormen gedrieën de onder
grond van de huidige cassette-ont
wikkeling.
Wij zullen in deze en volgende pu-
blikaties de reeds bestaande en nog
in bewerking zijnde methoden aan
een wat nadere beschouwing onder
werpen, teneinde onze lezers zo goed
mogelijk op de hoogte te houden met
de ontwikkelingen op dit gebied.
HET EVR-SYSTEEM
Wij noemen dit Electronic Video Re-
cording systeem het eerst, omdat dit
volgens de berichten al spoedig aan
de markt zou zijn. Elsevier van 21 fe
bruari schrijft hierover onder andere:
,,De sterk monopolistische initiatieven
van het EVR-partnership, de vorig jaar
in Londen opgerichte produktie-maat-
schappij voor TV-cassettes, zullen dit
weekeinde in Amsterdam vaster vor
men aannemen. Te beginnen op don
derdag 19 februari zullen vertegen
woordigers van zes Europese mam
moet-uitgeverijen, waaronder het Ver
enigd Nederlands Uitgeversbedrijf
(VNU), om één tafel plaatsnemen om
gedachten uit te wisselen en beslissin
gen te nemen betreffende hun onder
linge samenwerking. De buitenlandse
deelnemers representeren de Duitse
krantenmagnaat Axel Springer, de
Franse bedrijven Hachette en Bonnier,
de Zwitserse uitgeverij Edision Ren
contre en de Italiaanse firma Manda-
dori." Voorts wordt vermeld dat ook
een directielid van Philips Nederland
uitgenodigd zou zijn om te zijner tijd
een bespreking bij te wonen.
Verder schrijft Elsevier ten geleide
van haar artikel: „Vanaf voorjaar 1971
zal het voor elke televisiebezitter mo
gelijk zijn geheel of gedeeltelijk zijn
eigen TV-programma samen te stellen.
Dan verschijnt namelijk de EVR-cas-
sette op de markt, een soort film die
met behulp van de afspeelapparatuur
in de TV-ontvanger kan worden afge
draaid. Een nieuw communicatieme
dium dus
Bij de EVR-cassette wordt gebruik ge
maakt van een 8,75 mm brede film,
waarop twee beelden-rijen naast el
kaar zijn vastgelegd. Dit vastleggen
geschiedt niet langs de bekende fo
tografische weg, maar op speciaal
zeer fijnkorrelig llford-materiaal, met
behulp van een uiterst dunne elektro-
nenstraal, die elk beeldje „schrijft",
zoals dat ook op Uw TV-ontvanger
met ieder beeld gebeurt. Hier is echter
alles veel kleiner. De afmetingen van
elk beeld zijn namelijk slechts 2,5 x
3,25 mm! Toch zijn ook hier 625 beeld
lijnen aanwezig, hetgeen de kwaliteit
van het te reproduceren beeld ten
goede komt.
Het bandtransport geschiedt continu,
zoals dat ook gebeurt met de geluids
band van een bandrecorder, waardoor
de film geen perforatiegaatjes be
hoeft te hebben. De film is voorzien
van 2 smalle magnetische geluidsspo
ren langs de randen, die een dus
danige verhoging vormen dat het
beeldgedeelte van de film „vrij
draagt", dat wil zeggen dat in opge
rolde toestand de windingen elkaar
met het beeld niet kunnen raken.
Beeldbeschadiging wordt daardoor tot
een minimum beperkt.
Bij de ontwikkelingen tot dusverre be
vindt zich de EVR-film in een cassette
met een diameter van 18,5 cm, waar
van de vertoningsduur bij een loop
snelheid van 12,7 cm per sec. circa
30 minuten per spoor is, respectieve
lijk 60 minuten voor de beide beeld-
sporen. Het inleggen, alsmede het
terugspoelen verloopt geheel automa
tisch.
De beeld- zowel als de geluidsweer
gave zouden volgens de demonstra
ties die reeds in Parijs en New York
hebben plaatsgevonden, bijzonder
goed zijn.
Bij de weergave wordt het raster
beeld elektronisch afgetast en na de
nodige zeer technische manipulaties
via een eenvoudige aansluitkabel naar
de antenne-ingang van een willekeu
rige TV-ontvanger geleid. (Zie afbeel
ding 3.)
Het systeem wordt voorlopig alleen
voor zwart/wit-reproduktie gemaakt,
aangezien voor kleurenweergave an
dere apparatuur nodig is, die volgens
de berichten niet vóór 1972 beschik
baar zal komen.
De kosten van de zwart/wit-afspeler
zullen vermoedelijk ƒ1.600,a
2.000,gaan bedragen en een cas
sette zal ongeveer 55,kosten. Een
en ander zou slechts mogelijk zijn bij
massa-produktie!
MET SUPER 8-FILM
Reeds in de loop van dit jaar zal
Nordmende een TV-meubel op de
markt brengen, waarin een 16-mm-
scanner is ondergebracht. (Zie afbeel
dingen 1 en 2.)
Men kan in dit apparaat een super 8
mm-film inleggen, die vervolgens elek
tronisch wordt afgetast en op het 63
cm TV-scherm een kleurenreproduktie
te zien zal geven. De aftastapparatuur,
compleet met correctiemogelijkheden,
is zeer gecompliceerd en kostbaar,
zodat de prijs van dit TV-meubel waar
schijnlijk zal komen te liggen tussen
4.500,— en 5.000,—.
Een cassette-systeem is dit dus niet,
maar er wordt wel hetzelfde doel mee
beoogd. Het voordeel is dat alle be
staande super 8 mm-films hierop ge
bruikt kunnen worden, zowel in zwart/
wit als in kleur.