„Confrontatie met het bedrijfsbeleid" Openingswoord voorzitter J. G. J. Bosman „Het is het Hoofdbestuur een vreugde en een voorrecht vandaag niet minder dan 350 collega's, eigenaren en lei ders van zaken, deels met hun echt genotes en medewerkers een welkom te mogen toeroepen. Uw massale op komst stempelt dit eerste Bondscon gres tot de grootste huishoudelijke bijeenkomst in de 53-jarige geschie denis van ons samengaan als bedrijfs- genoten. Met bijzondere voldoening zie ik in uw midden onze ereleden met hun dames, de heren Miedema, Roem en Van Willigen. Een hartelijk applaus voor hen is dacht ik op zijn plaats. Ik begroet voorts: de heer Wirtz, Prof. De Lange en de heren Van Heyst en Van 't Vlie, die zich, het zij met erkentelijkheid gememoreerd, bereid hebben verklaard, de vraag stukken die ons bezighouden met het gezag van hun deskundigheid op een ander en breder terrein dan het onze in te leiden. Dank ook aan onze doctorandi Hofman en Voskuil en hun forumdeelnemers voor hun medewer king en dank tenslotte aan het lid van ons presidium, tevens voorzitter van de Bedrijfsafdeling Bioscoopexploitan ten, de heer Nijland, voor het feit, dat hij het voorzitterschap zowel van de ochtend- als van de middagzitting op zich heeft willen nemen. Met het houden van dit eerste congres wendt het Hoofdbestuur een van de zes middelen aan, welke artikel 3 van de nieuwe Bondsstatuten met name vermeldt als dienstig aan het eerste statutaire doel van onze organisatie: De behartiging en de bevordering van de belangen van het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf. Het is goed gezien de belangstel ling bewijst dit dat buiten de formele sfeer, waarin zich de besluitvorming voltrekt in onze afdelingen, die naar de aard van hun bedrijven zijn ge vormd, een mogelijkheid is openge houden van een gezamenlijke retraite. Een gelegenheid tot bezinning dus, waarbij wij los van ons gebruikelijke reglementaire werk zonder keurslijf van bepalingen en procedurevormen, zonder op de vingers gekeken te wor den door de vele outsiders, waarmee wij soms meer dan ons lief is rekening hebben te houden, onze problemen en moeilijkheden op tafel kunnen leg gen en ons bedrijf en onszelf aan een kritisch onderzoek kunnen onderwer pen; ons ook kunnen doen informeren omtrent mogelijkheden, en misschien ook onmogelijkheden, van correcties of oplossingen. Bovendien is zo'n dag een ontmoetingspunt, waarbij wij el kaar weer eens treffen als een grote bedrijfsfamilie, iets waaraan naar wij menen beluisterd te hebben, bepaal delijk behoefte bestaat. Het programma, dames en heren, dat u vandaag te verwerken krijgt, bevat uiteraard een keuze uit de veelheid van vraagstukken, waarvoor ons be drijf zich in een wezenlijk en in adem benemend tempo veranderende sa menleving geplaatst ziet. Ik weet zeer wel, dat velen van u zich met een andere problematiek bezig houden dan hier aan de orde is. Voor vele ouderen vooral, voor exploitanten van navertoningstheaters en van buurt- theaters voorzover ze er nog zijn en voor menig exploitant in kleinere provincieplaatsen, is er twijfel gerezen aan. de toekomstmogelijkheden van de bioscoop, bezorgdheid zelfs om de bestaansmogelijkheden in de naaste toekomst. Teruggang in bezoek teruggang in recette toeneming van lasten moeilijkheden met personeel naast de t.v. de motorisering, de mobiliteit van het publiek, die enerzijds de stad doet ontvluchten op weekends, ander zijds zuigkracht uitoefent vanuit de periferie der grotere steden naar de uitgaanscentra, een te groot aanbod voorts van oninteressante films schaarste aan succesfilms het ne gatieve deel van de pers dat het pu bliek niet meer informeert, maar bij voorkeur de undergroundexploitaties propageert, ongeacht kwaliteit, onge acht het feit, dat zij een fractie uit maken van de professionele voorstel lingen ergernis over het feit, dat men in dezelfde kranten een vermogen spendeert aan advertenties ergernis ook over het feit, dat dezelfde pers hun concurrent, de t.v., pousseert met pagina's nieuws ergernis ook over de steun welke diezelfde t.v. in een geprivilegieerde en gemonopoliseerde positie van overheidswege ontvangt. Evenzovele factoren, die menigeen onder ons onzeker maken en de nei ging bij sommigen doen ontstaan om de vervangingswaarde van hun pan den te realiseren ten koste van de produktiebron, waarbij dan het gemis aan geschikte opvolging mede een rol speelt. Deze onzekerheid wordt ver groot door de revolutionaire verande ringen in de produktiecentra. Stars en regisseurs bieden geen garanties meer; het zogenaamde standaardpro- dukt bestaat niet meer en het aanbod van materiaal in series en in golven van dezelfde soort wordt gevoeld als een plaag. Het produkt wordt opge deeld in seksgolven, voorlichtingsgol- ven, criminaliteits- en geweldsgolven, die de noodzakelijke differentiatie in de programmering verschralen en door een cumulatief effect anti-recla me opleveren in het advertentiebeeld. Ziehier, dames en heren, een beknop te schets van de crisissfeer, waarbij de een zich meer, de ander zich min der betrokken voelt. Zij beperkt zich uiteraard niet tot ons land, maar raakt

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1970 | | pagina 5