FILMWEEK ARNHEM
Na afloop van de Achtste Internationale Filmweek te Arnhem
heeft het Hoofdbestuur van de Nederlandse Bioscoopbond
een onderzoek doen instellen ter beantwoording van de
vraag hoe deze Filmweek door de Arnhemse bevolking ge
zien en gewaardeerd werd. Het onderzoek werd uitgevoerd
door het Instituut voor Psychologisch Marktonderzoek, uiter
aard met medewerking van het Bondsbureau.
Het onderzoek is niet uitgevoerd omdat de Filmweek geen
publiek succes geweest zou zijn, integendeel: de bezoek
cijfers stemmen tot volle tevredenheid. In dit verband is het
interessant een overzicht te geven van het aantal bioscoop
bezoekers tijdens de Filmweek, die van 7 tot 13 oktober 1971
is gehouden.
De premièrevoorstellingen van films in Rembrandt en Saskia
trokken circa 7000 bezoekers, terwijl de filmreprises die in
de overige drie Arnhemse bioscopen zijn vertoond door 0500
personen zijn bezocht. Voorstellingen voor de jeugd werden
door 3500 kinderen bijgewoond. „Open doek" trok 2000 en
Cineclub 750 belangstellenden. Het totale bezoek bedroeg
dus bijna 22.000, hetgeen betekent, dat het normale weekge-
middelde van het bioscoopbezoek in Arnhem met 10.000
werd overschreden. Hierbij moet in aanmerking worden ge
nomen, dat deze filmmanifestatie niet alleen tal van bezoekers
uit de wijde omgeving van Arnhem aantrekt, doch boven
dien zeer velen van daarbuiten, die de Filmweek bijwonen
uit hoofde van beroep, bedrijf, functie of zuiver als cinefiel.
In het kader van het onderzoek door het I.P.M. werden 90
inwoners van Arnhem aan huis geïnterviewd. In deze steek
proef waren de jongeren oververtegenwoordigd, echter niet
zo sterk als dat in het Nederlandse bioscooppubliek het ge
val is. Van deze 90 personen kunnen er 32 beschouwd wor
den als regelmatige bioscoopbezoekers. Dit bioscooppubliek
bevat relatief weinig ouderen.
De voornaamste uitkomsten van het onderzoek kunnen
puntsgewijs als volgt worden samengevat.
(1) In de maand vóór de Filmweek en in de drie weken tus
sen de Filmweek en het moment van ondervraging, blijkt ruim
de helft van de ondervraagden in de bioscoop te zijn ge
weest. Waarschijnlijk zagen velen van deze respondenten de
vlak voor respectievelijk vlak na de Filmweek in Arnhem uit
gebrachte films „Wat zien ik" en „Blue Movie". Overigens
meent een aantal respondenten abusievelijk dat deze films
tijdens de Filmweek in première waren gegaan.
Tijdens zijn werkbezoek aan het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf op 28 maart 1972 verrichtte Minister P. Engels de officiële opening
van het kleurenlaboratorium van de CV. Cineco. Op de foto van links naar rechts: de Minister, de heer J. van der Kooy, chef van het
kleurenlaboratorium, en de heer 1. G. J. Bosman, Voorzitter van de Nederlandse Bioscoopbond.
