9 butie als zijn Hollywoodse tegenhanger. Vele industriële films zijn in gebreke gebleven om aan de verwachtingen van de opdrachtgevers te beantwoorden, niet vanwege hun kwa liteit, maar omdat de film in onvoldoende mate de desbetref fende doelgroep heeft bereikt. Ik geloof niet, dat het nodig is om in dit gezelschap van experts lang stil te staan bij de technische aspecten van dit festival. Het lijkt mij integendeel onverstandig, dat hier te doen. Ik wil mij dan ook beperken tot de opmerking, dat ik hoop, dat het festival zijn werkterrein geleidelijk ook zal uitbreiden tot andere audiovisuele hulpmiddelen. Ik heb begrepen dat in het kader van het festivalprogramma door de Afdeling Filmproduktie van de Bioscoopbond een aantal discussies wordt georganiseerd inzake mogelijke veranderingen in de opzet van toekomstige festivals. Ik ge loof dat dit goed is en ben er zeker van, dat de daarvoor in aanmerking komende lichamen van de Raad van Europese Industriële Federaties uit deze discussies voortkomende sug gesties gaarne in overweging zullen nemen. Voor wat mij persoonlijk betreft hecht ik grote waarde aan een van de vier doelstellingen van het festival, namelijk die waarin sprake is van het verklaren van de positie van de industrie in een vrije maatschappij en van haar sociale pro blematiek. In vele landen maakt de particuliere onderneming heden ten dage een moeilijke tijd door. De wind van de kritiek is sterk en de golven van de politiek lopen hoog op. De eisen die aan particuliere ondernemingen worden gesteld, zijn talrijk en dikwijls onderling onverenigbaar. Naar mijn mening komt dit voort uit het feit, dat de industrie nogal eens in gebreke blijft om het publiek in voldoende mate voorlichting te geven over haar bedoelingen en activiteiten. Het is in haar eigen belang, maar ook in het belang van de maatschappij als ge heel, dat de industrie hier iets aan doet. De industriële film vormt een van de middelen tot opinievorming en het festival is een middel om deze ontwikkeling te stimuleren. Aanstonds gaan wij een film zien met de zeer symbolische ti tel „Light". Het is de film die tijdens het vorige festival in Barcelona de grote prijs won. Het is toevallig een Nederland se film, gemaakt in opdracht van Philips; mede daarom is het een zeer geschikte start voor dit festival in Amsterdam. Ech ter, de symbolische betekenis van het vertonen van een film die de titel „Light" draagt, is in mijn gedachten het licht van de opinievorming over de rol die de industrie in de gemeen schap moet spelen. Zij zal haar positie in een veranderende maatschappij, zoals de regels van het festival aangeven, speciaal duidelijk moeten maken aan de jongere generatie. William McCurdy, een van de Vice-Presidenten van de wel bekende Amerikaanse Sears, Roebuck Company, besprak dit probleem onlangs in een brief aan zijn zoon, die juist was afgestudeerd. Deze brief werd terecht gepubliceerd. Na eerst een zeldzaam begrip te hebben getoond voor de problematiek van de jongere generatie en na om enige cle mentie te hebben gevraagd voor de oudere generatie, be sluit hij zijn brief als volgt: „Boven alles hoep ik, dat je het systeem van het particuliere bedrijfsleven niet zult vernietigen. Ik hoop eerder, dat je het zult begrijpen, het zult waarderen en het zult leren koeste ren. Want, als je dat niet doet, mijn zcon, dan voorspel ik je dat over 20 jaar, jij ook een zoon zult hebben die naar school gaat tijdens een andere generatiekloof. En jij zult dan jouw generatie tegen de zijne moeten verdedigen. En hij zal dan zeggen, dat jouw generatie is gebleken een stel sociologi sche doordrijvers te zijn, die de achtergebleven erfgenamen waren van een economische Tuin van Eden en die noch het gezonde verzend noch de kracht hadden om dit bezit te behouden." Het is met deze wijze uitspraak die ik gaarne aan het festival opdraag, dat ik het 13e Internationale Industriële Filmfesti val voor geopend verklaar." Er zijn vervolgens 5 dagen lang in twee zalen tegelijk de reeds genoemde 119 films vertoond, waarvan ongeveer de helft op 16 mm formaat. De belangstelling van de kant van het „publiek" was redelijk groot te noemen en bestond uit een steeds wisselend getal van 250 a 300 kijkers, waarvan Werkopname uit Light" ongeveer de he!ft buitenlanders. In de zeven categorieën die het festival kent, waarvan er drie van toepassing zijn op films bestemd voor een breed pu bliek en vier op films met een meer gespecialiseerd karakter, zijn tenslotte door de internationale jury, onder voorzitter schap van de heer L. C. A. van Kuijk (Hoogovens N.V.), 20 prijzen toegekend. Afhankelijk van het aantal films dat per categorie wordt aangemeld, zijn er steeds maximaal vier prij zen per categorie, waaronder een eerste, een tweede en eventueel twee derde prijzen. De categorieprijzen bestonden dit jaar uit zogenaamde Makkumer borden met inscripties. Daarnaast kent het festival nog twee „Grands Prix", die uit de eersteprijs winnaars in beide genoemde hoofdgroepen worden toegekend. Deze prijzen bestonden dit jaar uit het festivalvignet in zilver, geplaatst op een kunstig bewerkt blok versteend hout. Tenslotte was er nog een speciale prijs toegekend door het Internationale distributieorgaan Infor Film. Aan de Nederlandse inzending vielen niet minder dan drie prijzen ten deel, te weten: 1. Een eerste prijs in de categorie F voor de film „Make the difference", vervaardigd door Carillon Audiovisual Media te Amsterdam in opdracht van de KLM en onder regie van Han Mook. 2. Een tweede prijs in de categorie B ging naar de film „Blik op staal", vervaardigd door Cinecentrum Groep in Hil versum in samenwerking met de filmdienst van de Hoog ovens, welk bedrijf de opdrachtgever van de film was. Als regisseur trap op Charles Huguenot van der Linden. 3. Een derde prijs in de categorie C voor de film „1 1 2", vervaardigd door Toonder Studio's N.V. te Neclerhorst den Berg in opdracht van de N.V. Philips Glocilampenfabrieken en onder regie van Per Lygum. De Grote Prijzen van het festival gingen dit jaar naar Duits land en Engeland, voor respectievelijk de films „Au Auto" en „A pretty good arrangement". De prijs van Infor Film werd toegekend aan de eerste prijswinnaar in de categorie C, de Deense film „Sit down, sit Danish". Laatstgenoemde film had betrekking op de moderne Deense meubelindustrie. Het festival als geheel kan een succes worden genoemd. Eigenlijk is er geen sprake van een festival in de gebruike lijke betekenis van het woord, maar zoals het voorwoord in de catalogus van de vertoonde films het zegt, een gebeur tenis die de vele facetten van het bedrijfsleven in West- Europa weerspiegelt. Het is een internationaal trefpunt voor mensen, die zich bezighouden met kennis en informatie overdracht in en vanuit het bedrijfsleven via het medium film. Het is een zakelijk gebeuren, dat veel overeenkomst vertoont met jaar- of vakbeurzen en weinig gemeen heeft met de bekende festivals van bijvoorbeeld Cannes en Ve netië. Tijdens de slotbijeenkomst werd aangekondigd, dat het fes tival 1973 reeds in juni zal plaatsvinden in Biarritz in Frank rijk, en het festival 1974 in het najaar te Helsinki, Finland.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1972 | | pagina 9