13
een kwartje meer of minder mits
de prijs redelijk blijft natuurlijk en
is naar mijn mening zeer gevoelig voor
een uitvoerige display van de con-
sumptie-artikelen: alles wat je te koop
hebt zoveel mogelijk uitstallen. Deze
display is overigens zeer belangrijk;
ik kom er nog op terug.
Men hoort soms het bezwaar, dat de
flesjes en de verpakking van ijsjes en
snoepgoed de zaal in een vuilnisbelt
veranderen. Een extra reclameplaatje
(nog vóór de ijsreclame) kan, als het in
elke voorstelling herhaald wordt, op
den duur gaan helpen. Misschien kan
de Bond centraal zo'n dia laten ont
werpen en beschikbaar stellen. Verder
zou bij het buffet een soortgelijk ver
zoek kunnen worden opgehangen
op veel plaatsen gebeurt dat al. Dan
moeten er wel goede prullebakken bij
de zaalingang geplaatst worden. Psy
chologisch is het aardig deze bakken
tijdens de pauze demonstratief te
plaatsen.
VERPACHTEN
Tien tot vijftien procent van de recette
is een heel bedrag. Het is de moeite
waard hier alles uit te halen wat erin
zit. Men kan dit aan een ander over
laten, door de exploitatie van de buf
fetten te verpachten. Zo waren al in
1917 de buffetten van Cinema De Munt
en het Rozentheater verpacht aan ene
Jacq. Pijtak Sr. Deze maakte er werk
van, want zijn consumptielijst (afge
drukt in het Bondsorgaan van juni
1970) omvatte maar liefst 27 verschil
lende drankjes, variërend van melk en
koffie tot warme punch, madeira en
elixer d'Anvers.
Het verpachten van de buffetexploita
tie heeft het voordeel, dat de bioscoop
ondernemer geen extra personeel
hoeft aan te trekken en dat hij van wat
administratieve rompslomp bevrijd is.
Het grootste nadeel is wel, dat een
belangrijk deel van de zo vitale
service-verlening aan derden wordt
toevertrouwd, uit handen wordt gege
ven. Dat zal meestal wel goed gaan,
maar toch: daar schuilt een gevaar in
en de controle is moeilijk. Als het mis
gaat, kijkt men er de bioscoopexploi
tant op aan, en niet de pachter.
Verder lijkt het me ook niet voor de
hand te liggen, dat een winstgevend
stuk exploitatie zomaar wordt afge
staan, tenzij natuurlijk de marge tussen
het rendement en de pachtsom relatief
klein is.
In niet al te grote bioscopen kan de
buffetverkoop zonder moeite worden
gerealiseerd door het reeds aanwezige
personeel, bijvoorbeeld de cassière of
de ouvreuse. Het is daarbij van belang,
dat de verkoop zo efficiënt mogelijk
kan geschieden: het assortiment onder
handbereik, zelfbediening waar moge
lijk (bijvoorbeeld ten aanzien van sui
ker en melk voor de koffie, glazen of
rietjes voor de frisdranken), voldoende
wisselgeld bij de hand en een duidelijke
prijslijst (óók bij de reclame-dia's).
Zoals gezegd is een duidelijke uitstal
ling van het assortiment sterk verkoop
bevorderend. Van groot belang is ook
bij de verkoop van frisdranken en bier,
dat deze dranken goed gekoeld zijn.
Een lauw glas bier is niet bepaald
smakelijk. En verkoopt u koffie, laat
deze dan niet te lang staan. De vers
heid gaat vrij snel verloren.
Erg belangrijk is de plaats van het
buffet; ik kom daar straks nog op
terug.
Op een gegeven moment kan de buffet-
omzet zo aanzienlijk worden, dat er
apart personeel voor moet worden
aangetrokken, leder moet voor zich
uitmaken wanneer de grens bereikt is.
Er zijn moeilijk limieten te geven die
algemeen geldig zijn. Het kost echter
vrij weinig moeite om op dit gebied
eens te experimenteren met een tijde
lijke free-lance medewerker.
Een andere mogelijkheid is het plaat
sen van automaten. Op dit gebied is er
tegenwoordig volop keus: er zijn auto
maten voor snoepgoed, voor frisdrank,
voor koffie.
Persoonlijk zou ik niet graag zien, dat
de horeca-functie van de bioscoop ge
heel aan automaten wordt toever
trouwd; dat zou, in letterlijke zin, een
stuk ,,ont-menselijking" van onze ser
viceverlening betekenen. Als aanvul
ling op ons servicepakket kunnen auto
maten echter een zeer nuttige functie
vervullen.
PRIJSVASTSTELLING
Een ander punt is de prijsvaststelling.
In pure horecazaken kan de consump
tieprijs die aan de klant gevraagd moet
worden vrij gemakkelijk en exact ge
calculeerd worden. Daarbij wordt reke
ning gehouden met de inkoopprijs, de
vaste lasten aan personeel, huur, in
ventaris en onderhoud, het rentever-
lies door voorraadvorming, de gemid
delde omzet en het minimale rende
ment een en ander mede afhankelijk
van het type horecagelegenheid dat