De Bondsvoorzitter wenst de echtgenotes van de ereleden geluk. Van rechts
naar links: de dames Gerschtanowitz, Blad en Smulders.
aan de orde komen, met grote liefde
voor het métier en met de wil om uit
de doolhof van tegengestelde belangen
die in onze organisatie samenkomen
als gevolg van haar verticale structuur,
te allen tijde de weg te kiezen die leidt
naar ons statutaire doel: de beharti
ging van de algemene belangen van
het Nederlandse film- en bioscoopbe
drijf. U hebt daarbij altijd de objectivi
teit in acht willen nemen; U hebt altijd
het compromis willen aanvaarden.
Wanneer ik de draden zie die U drieën
van jongsaf hebben verbonden, dan is
het nauwelijks meer toevallig te noe
men, dat U gelijktijdig het merendeel
van Uw Bondsfuncties neerlegt en dat
U gelijktijdig in deze vergadering voor
hetgeen U ten dienste van de Bond
hebt gedaan, wordt geëerd. Elk Uwer
is begiftigd met stijl en esprit. Elk
Uwer is omstreeks veertig jaar in het
Nederlandse film- en bioscoopbedrijf
werkzaam geweest. Elk Uwer heeft een
prachtige staat van dienst in onze or
ganisatie. Uw afscheid is tevens de af
sluiting van een tijdperk, ik zou bijna
willen zeggen van een regeringstijd
perk. Een jongere generatie die zich
nog moet waarmaken, staat klaar om
Uw taken over te nemen en bedrijf en
organisatie door een onzekere toe
komst te leiden. Mogen zij aan het
einde van hun carrière dezelfde lof en
waardering oogsten voor hun zakelijke
en organisatorische werkzaamheden
als U ten deel is gevallen."
C. J. Blad
„Ik zou mij thans speciaal willen rich
ten tot U, mijnheer Blad, die een in
drukwekkende hoeveelheid Bondsfunc
ties hebt vervuld. Als organisatieman
hebt U een grote reputatie, niet slechts
in de afdelingen van bioscoopexploi
tanten, maar ook in de overkoepelende
organen waarvan U hebt deel uitge
maakt. Omtrent aangelegenheden de
bioscoopexploitatie betreffende was U
een scherp onderhandelaar die echter
altijd tot een billijke oplossing bereid
was. Zij die U in de Commissie Nieuwe
Zaken en de Bondsarbitrage hebben
meegemaakt, hebben U leren kennen
als iemand met een wijs oordeel. U
bezat het vermogen om op onnavolg
bare wijze leiding te geven aan verga
deringen.
Uw verdiensten gedurende veertig jaar
in het film- en bioscoopbedrijf zijn ook
buiten onze kring niet ongemerkt ge
bleven. Wij verheugen ons met U over
de koninklijke onderscheiding die U
juist hedenochtend mocht ontvangen.
Wij feliciteren U met deze eervolle be
noeming van ganser harte."
Nadat deze is voorgelezen overhan
digt de heer Nijland onder hartelijk ap
plaus de oorkonde aan de heer Blad.
M. Gerschtanowitz
Vervolgens richt de Voorzitter zich
speciaal tot de heer M. Gerschtanowitz:
„Mijnheer Gerschtanowitz, de vooraan
staande plaats die U in onze bedrijfs
tak hebt ingenomen aan het hoofd van
ons grootste concern, Uw grote kennis
van zaken en Uw inzicht in de bedrijfs-
verhoudingen hebben U een zodanig
gezag, een zodanige autoriteit ver
leend, dat U direct en indirect een
uitermate grote invloed hebt uitge
oefend op de gang van zaken in onze
organisatie. Vooral na de herstructure
ring van de Bond hebt U bij het be
palen van het Bondsbeleid een uiterst
belangrijke rol gespeeld. Als voorzitter
van de Bedrijfsafdeling Bioscoopexploi
tanten hebt U de belangen der afde-
lingsleden op eminente wiize behartigd,
zonder daarbij redelijke verlangens van
de andere groeperingen te negeren. U
hebt in sterke mate oplossingen bevor
derd die voor onze bedrijven van grote
betekenis zijn. U had in onze vergade
ringen het gehoor, U wist op het juiste
moment het juiste woord te zeggen."
Ook aan de heer Gerschtanowitz wordt
onder applaus de oorkonde overhan
digd.
J. P. M. A. Smulders
Tenslotte richt de heer Nijland zich
speciaal tot de heer J. P. M. A. Smul
ders:
„Mijnheer Smulders, ook voor U geldt,
dat U in een grote hoeveelheid van
Bondsfuncties en op de hoogste posten
vaak een beslissende invloed hebt uit
geoefend op het Bondsbeleid. Ook
voor U geldt, dat U steeds krachtig op
de bres hebt gestaan voor de aan U
toevertrouwde belangen, in dit geval
de belangen van de leden-filmverhuur-
ders, wier voorzitter U bent geweest en
tot morgen nog zult zijn. Het spreekt
welhaast vanzelf, dat U als goed
Bondsman nooit star die belangen
hebt behartigd, doch steeds in het licht
van het streven tot voor allen aan
vaardbare oplossingen te geraken. Een-
tienjarig hoofdbestuurslidmaatschap
bewijst, dat U dat streven naar de me
ning van de Bondsleden naar volle te
vredenheid hebt verricht. Als lid van
tal van commissies hebt U eveneens
een groot aandeel gehad in een zo
goed mogelijke functionering van de
organisatie."
De heer Smulders neemt onder ap
plaus zijn oorkonde in ontvangst.
In zijn dankwoord verklaart de heer
C. J. Blad, dat de waarde van een
onderscheiding afhangt van de per
soon of instantie die hem toekent. Met
het oog daarop is spreker bijzonder
ingenomen met de beide onderschei
dingen die hij vandaag mocht ontvan
gen. Ook sprak de heer Blad zijn ver
trouwen uit in de ondernemingsgeest
van de jongere generatie in het film
en bioscoopbedrijf. Spreker toonde zich
zeer erkentelijk voor de steun die hij
in al zijn functies steeds van de zijde
van het Bondsbureau heeft onder
vonden.
De heer M. Gerschtanowitz noemt zijn
benoeming tot erelid een hoogtepunt
in zijn carrière en zijn leven. Hij wijst
op het unieke karakter van de Bios
coopbond, waarin, ondanks een aantal
op zichzelf vruchtbare belangentegen-