RUIM 50 JAAR WEEKBLAD
VOOR DE CINEMATOGRAFIE
NIEUW WEEKBLAD VOOR
DE CINEMATOGRAFIE
Het is zeker op zijn plaats om in de nieuwe Bondsuitgave FILM stil te
staan bij de geschiedenis an het Weekblad voor de Cinematografie
dat zoveel jaren lang elke week weer zorgde voor nieuws uit de
branche.
Meer dan vijftig jaar lang heeft het weekblad alle branchegenoten be
reikt en dit dankzij het initiatief van een man die in 1922 een visie
had op het hele bedrijf waarin hij duidelijk die behoefte aan een vak
blad voor het bioscoopbedrijf voelde, nl. Pier Westerbaan.
L.S.
lsTE JAARGANG No 1
5 OCTOBER 1922
VERSCHIJNT VRIJDAGS
IIIIDaDaDDaaaOllDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDIlDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDDaDDIlDaDOaDOflDDDaDDDD
Hoofd-Redacteur-Directeur: PIER WESTERBAAN
BUREAU: VR EEWIJ KS TR A AT 11. LEIDEN TELEFOON INT. 2135
C=i§£) ABONNEMENTSPRIJS:
Voor bioscoopdirecties en haar
1.75 per 3 maanden. - Vo
de hier genoemden 4.— pei
Voor het buitenland verhoogd r
gcemployecrden
ir anderen dan
hunenlandsch
Pi§£> ADVERTENTIEPRIJS: @gi^l
Per regel 30 cent. Voor grootere annonces
en contracten tarieven op aanvrage.
Voor dienstbetrekkingen 1.50 per vakje
van 10 regels of gedeelte daarvan.
POSTCHÈQUE EN GIRODIENST No 78722
DaaDaDDDDDQDDDDaDDDDDDOaQDDDDDDPDaDQaDDDDaDaDaDDaDaDDDDDODaaaDDDapgDDaDDDDDDDaPDnDDDDDa
Het is gewoonte, dat de verschijning
van een nieuw blad met eenige regelen
den toekomstigen lezer kenbaar wordt
gemaakt, dat verteld wordt, wat met
de uitgave wordt beoogd en hoe zal
worden getracht dit doel te bereiken.
Bij de verschijning van dit vakblad
op het gebied der cinematografie zullen
we met die gewoonte niet breken.
In de kringen van de betrokkenen
bij het bioscooptheater- en filmwezen
zijn we niet onbekend. En uit dien
hoofde weten we ook, hoe in die kringen
wordt gedacht, welke verlangens daar
leven.
Daarmede hebben we gemeend reke
ning te moeten houden en de ver
schijning van dü blad is voor een
aanzienlijk deel een bij ons opgewekt
verlangen om een weekblad saam te
stellen, waarin wordt beantwoord aan
de eischen uit de kringen der be
trokkenen.
Een dergelijk plan uit te voeren is
voorwaar geen gemakkelijke taak, we
ontveinzen ons dit geen oogenblik, en
we hebben rijpelijk overwogen of 't
mogelijk was te slagen. Naar alle zijden
hebben we onze voelhorens uitgestoken
en we mochten al dadelijk overal veel
sympathie vinden.
Die gevoelens deden ons goed en
we zijn er zeer dankbaar voor. Vooral
voor den steun, dien ons de filmver
huurkantoren toezegden, een steun
die we behoeven dat niel te ver
bloemen beslist noodzakelijk is om
in ons voornemen te kunnen slagen.
We willen thans trachten ons blad
die plaats te doen innemen in het
filmbedrijf in ons land, die het als
onmisbaar stempelt voor allen, die bij
dit bedrijf betrokken zijn.
En die plaats kunnen we onsdit
gevoelen we volkomen slechts ver
overen door een uiterst verzorgden
inhoud.
Reeds dit nummer geeft aan in welke
richting we zullen gaan. De tijd van
voorbereiding is niet lang geweest, maar
de richting die we willen inslaan, zal
ieder duidelijk zijn bij het nagaan van
den inhoud van dit nummer.
In de eerste plaats zal dit orgaan
den strijd voeren voor de erkenning
en de waardeering. waarop de cinema
tografie aanspraak heeft. In weinige
jaren heeft ze een ontwikkelingsgang
doorgemaakt, die verbazingwekkend is.
En wanneer haar tegenstanders meenen
dat ze alle recht hebben om op film
en bioscoop de meest scherpe critiek
uit te oefenen, dan vergelen ze daarbij
één ding, namelijk dat het ontwikke
lingsproces zich zoo snel heeft afge
speeld. Op dien grond kan men juist
niet anders dan de grootste waardeering
voor het filmwezen koesteren.
Verder willen we pogen om alle
belanghebbenden bij bioscooptheater
en film bijeen te brengen en te houden,
omdat door hechte organisatie men tot
de mooiste resultaten komt, zooals
in ons land reeds eenige malen op de
meest doorslaande wijze is gebleken.
Op grond hiervan hebben we ons dan
ook in verbinding gesteld met den Bond
en daarmee onderhandelingen gevoerd.
Dan zijn er nog andere eischen,
waaraan een vakblad op het gebied
der cinematografie moet voldoen. Een
dezer, niet de minst belangrijke, is dat
het blad technische voorlichting ver
schaft. En op dit punt zijn we zeer
gelukkig geslaagd. We hebben namelijk
de heer W. H. Idzerda, ex-privaat-
docent van de Technische Hoogeschool
te Delft, bereid gevonden de leiding
op zich te nemen van de technische
rubriek. Op populaire wijze zal de
heer Idzerda hier den technischen kant
van het bedrijf bezien en in z'n rubriek
hoopt hij die aangelegenheden te be
handelen, die voor de technici van
belang zijn. Wanneer van die zijde nu
maar de noodige belangstelling wordt
getoond, wanneer van dien kant wen-
schen en verlangens worden kenbaar
gemaakt, dan is de heer Idzerda zeker
de richting in te slaan, die de meest
begeerde is.
De allereerste pagina 'Westerbaan
Pier Westerbaan werd in 1885 in Bols-
ward geboren, waar hij op 19-jarige
leeftijd in 1904 als volontair-journalist
in dienst kwam van de Bolswaardse
Courant. Dit was het begin van zijn
journalistieke loopbaan. In 1906 trok
hij als redacteur-verslaggever naar Am
sterdam en kwam in dienst van de Te
legraaf van welk blad hij in Bolsward al
correspondent was. Via Alkmaar en
Middelburg kwam hij tenslotte in 1912
bij het Leids Dagblad, aan welke krant
hij tot 1918 verbonden was. In dat jaar
benoemde A.W. Sijthoff hem tot
hoofdredacteur van het Weekblad Ci
nema en Theater en in 1920 tot redac
teur van Kunst en Amusement.
Dit betekende dus het afscheid van de
dagbladjournalistiek en de eerste stap
op het gebied waaraan hij zijn hele ver
dere leven zou wijden, het film- en bio
scoopbedrijf. Om zich volkomen vrij
te kunnen ontplooien, maakte hij zich
los en liet op 6 oktober 1922 het eers
te nummer verschijnen van het door
hem zelf uitgegeven en geredigeerde
filmweekblad 'Nieuw Weekblad voor
de Cinematografie
Zijn streven naar volkomen zelfstan
digheid vond zijn bekroning, toen hij
in maart 1925 een drukkerij in de
Nieuwe Molstraat in Den Haag over
nam, die later, in 1932, verhuisde naar
de Vaillantlaan.
Door zijn veelzijdige belangstelling en
ongeremde activiteit werd Pier Wester
baan weldra een begrip voor iedereen
die op enigerlei wijze met de film te
maken had. Hij beschouwde alle bij
het bedrijf betrokkenen als één grote
familie, onderhield met zeer velen een
persoonlijk contact en stelde zijn blad
graag ter beschikking als communica
tiemedium. Er kon in Nederland niets
op filmgebied gebeuren of hij deed er
verslag van, meestal vanuit eigen erva
ring. Ook veel van wat zich in het bui
tenland afspeelde, en zeker wanneer
dit van belang was voor het Nederlands
bedrijf, werd door hem gesignaleerd.
De basis van zijn in omvang spoedig
groeiende uitgave werd gevormd door
de advertenties. De grote diversiteit
van importeurs en verhuurders ver
schafte hem een rijk geschakeerd ad
vertentiepakket en het is hierom al
leen al zo boeiend om de jaargangen
door te bladeren. Men vindt er niet al
leen een praktisch volledige inventa
ris van alle geïmporteerde films en pro-
dukten van eigen bodem, maar krijgt
tevens een indruk van het bioscoopre
pertoire, het spel van aanbod, distri
butie, successen en mislukkingen.
Daarbij valt ook de stijl op van de re
clame zoals die zich in de loop der ja
ren heeft ontwikkeld, terwijl de zake
lijke gegevens een bron van informa
tie vormen voor wie het verleden inte
resseert.
Westerbaan zelf schreef in veertig jaren
duizenden pagina's vol met zakelijke
verslagen en nieuws, maar liet daar
naast ook velen aan het woord die hun
mening of standpunt wilden kenbaar
maken. Dat verleent aan de geschied
schrijving weer een extra kleurig as
pect naast de persoonlijke mededelin
gen in de vorm van familieberichten
en de jaarlijkse pagina's nieuwjaars
wensen, waarin verhuurders en exploi
tanten zich manifesteerden. Wat er in
de redactionele kolommen aan de orde
kwam, levert een complete afspiegeling
op van alles wat er zich in het vader
landse filmwereldje afspeelde: ope-
openingen, restauratie en sluiting van
theaters, mutaties in de bewindvoerin
gen, vestiging van en koersveranderin-