BIOSCOOPRECLAME OCHTEND JAARVERGADERING BEDRIJFSAFDELING FILMVERHUURDERS BUITENGEWONE LEDENVERGADERING BEDRIJFSAFDELING FILMVERHUURDERS JAARLIJKSE VERGADERING BEDRIJFSAFDELING FILMPRODUKTIE JAARVERGADERING BEDRIJFSAFDELING BIOSCOOPEXPLOITANTEN Onder auspiciën van de Contact-Com missie van de Nederlandse Vereniging van Bioscoopreclame-Exploitanten en de Bond van Adverteerders werd op 19 april, aanvangend om tien uur, een filmochtend gehouden in Cinema Oscar (Cultureel Centrum) te Amstelveen, tijdens welke vertoond werden de re clamefilms welke sedert de vorige manifestatie in de bioscopen zijn en/of worden vertoond. Deze jaarlijkse vertoning geschiedt ten behoeve van een aantal leden van de Bond van Adverteerders die daarvoor geïnteresseerd zijn en de leden van de Vereniging. Zij zou worden geopend door de heer A. van Heijst van de Unilever, voor zitter der Contact-Commissie, maar aangezien deze door ziekte was ver hinderd, werd hij vervangen door de heer J.Ph. van der Linden (Advies bureau Jac. Duits B.V. te Dordrecht) Voorzitter der Vereniging, die ook de sluiting verrichtte. Zoals steeds was de opkomst zeer be vredigend en werd de koffiepresenta- tie na afloop in de foyer van het Cul tureel Centrum benut voor een geani meerde gedachtenwisseling over het gebodene en het versterken van zake lijke contacten. Behalve de bekende ondernemers op het gebied van tabaksartikelen, bier, andere alcoholica, en frisdranken, wa ren onder andere vertegenwoordigd: Duyvis, Ennia-groep, Hema, P.T.T., Rab o-Bank en Ned. Zuivelbureau. Uit het vertoonde bleek duidelijk dat bioscoopreclamefilms in het algemeen van een dergelijke kwaliteit zijn, dat zij een onderhoudend element in het totale bioscoopprogrammavormen. De Bedrijfsafdeling Filmverhuurders van de Bond hield jaar jaarlijkse leden vergadering op 29 maart 1977 onder leiding van de vice-voorzitter, de heer AJ.J. Duyvestein, zulks bij ontstente nis van de heer W. Hemelraad, die al geruime tijd onder medische behande ling is. De financiële jaarstukken, alsmede het jaarverslag over 1976 werden goedge keurd; het laatste met inachtneming van enkele aanvullingen. De periodiek aftredende bestuursle den, de heren J. Arkenbout, AJ.J. Duyvestein, P.J.N.R. Ooms en P. Sil- vius, werden bij enkele kandidaatstel ling herbenoemd. Er werd tevens besloten bij de Bonds raad een niet-bindende aanbeveling in te dienen tot herbenoeming van de periodiek aftredende leden van het Hoofdbestuur, de heren P.J.N.R. Ooms en P. Silvius. Op 20 april werd een buitengewone ledenvergadering van de Bedrijfsafde ling Filmverhuurders gehouden, waarin mededeling werd gedaan van het feit, dat de heer W. Hemelraad om gezond heidsredenen in het belang van een goede functionering der bedrijfsafde ling en het herstellen van een volledige vertegenwoordiging in het Hoofdbe stuur had besloten tussentijds af te treden als bestuurslid. Uit dien hoofde moest, zoals al eerder per circulaire aangekondigd, een nieuwe buitenge wone ledenvergadering op 29 april worden gehouden ter voorziening in de hiervoor bedoelde vacature van lid en van Voorzitter van het afdelings bestuur. Verder werden de voorstellen aan en stukken voor de Bondsraad met het oog op de jaarvergadering van 2 mei besproken. De ledenvergadering kon zich met al deze voorstellen verenigen, doch be sloot tot het indienen van een amen dement op de wijzigingsvoorstellen van het Algemeen Bedrijfsreglement, als mede, daarop aansluitend, tot indie ning van een verzoek tot wijziging van het Reglement op de Filmvertoning, gezien de bezwaren die bij de film-, verhuurders bestaan tegen het door- koppelen van filmvertoningen in meer dan twee bioscopen in één complex. In de op 29 april gehouden buitenge wone ledenvergadering werd de heer Drs. W.J.A. van- Roosmalen bij enkele kandidaatstelling gekozen als bestuurs lid in de hiervoor bedoelde tussentijdse vacature-W. Hemelraad. Vervolgens werd uit het nieuwe-bestuur als Voorzitter gekozen de heer P. Sil vius, die daarmede qualitate qua lid van het Bondspresidium werd. Tenslotte werd besloten tot het indie nen bij de Bondsraad van een niet-bin dende aanbeveling tot benoeming van een lid van het Hoofdbestuur in de vacature-Hemelraad en wel ten behoe ve van de heer R. Wijsmuller. De jaarlijkse ledenvergadering van de Bedrijfsafdeling Filmproduktie is .ge houden op 31 maart. De jaarstukken zijn ongewijzigd goedgekeurd en de aftredende bestuursleden, de heren Y. Brusse, vice-voorzitter en C. Tref fers zijn bij enkele kandidaatstelling herbenoemd. In de plaats van de heer G.J.J.M. Raucamp werd de heer J.A.M. Burcksen tot bestuurslid ge kozen. Het Afdelingsbesluit Omzetgegevens werd voor onbepaalde tijd verlengd en de bijdragen in het Afdelingsfonds zijn voor 1977, met inachtneming van een trendcorrectie ten opzichte van 1976, vastgesteld. Er is uitvoering van gedachten gewis seld omtrent een aantal bestuursmede delingen, onder andere betrekking heb bende op een mogelijke CAO voor het filmproduktiebedrijf, de filmverzeke ringen, het RVD-contract voor B-films en het overleg met Economische Za ken op het terrein van de av-media. De jaarlijkse vergadering van de Exploi- tantenraad vond plaats op dinsdag 19 april 1977 op het Bondsbureau te Am sterdam. De voorzitter, de heer J. van Willigen, herdacht in zijn openings woord de bedrijfsgenoten die in het af gelopen jaar overleden waren, waarop de vergadering een ogenblik stilte be trachtte. Vervolgens vond behandeling van de jaarstukken plaats, welke door de ver gadering werden goedgekeurd. De he ren J. van Willigen, Mr. P.A. Meerburg en Drs. J.Ph. Wolf f, die als bestuursle den aan de beurt waren voor periodiek aftreden, werden allen bij acclamatie herbenoemd. De heer Van Willigen werd met algemene stemmen herbe noemd tot voorzitter van de Bedrijfsaf deling. De Exploitantenraad stemde voorts in met de voorstellen van het Hoofdbestuur tot wijziging van het Al gemeen Bedrijfsreglement en enige an dere reglementen. Tenslotte stond de vergadering uitvoe rig stil bij de negatieve publiciteit over het bioscoopbedrijf gedurende de laat ste maanden. Hoewel de toon van deze berichtgeving niet altijd even fair werd geacht, was de Raad van mening, dat de kritiek deels wel degelijk terecht was, zodat daaraan zeker niet voorbij kan worden gegaan. Over mogelijke verbeteringen zal men zich intern in tensief beraden.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1977 | | pagina 15