in dit
VERGADERING
BONDSRAAD
Tweewekelijkse
uitgave van de
Nederlandse Bioscoophond,
nummer 11
12 mei 1977
Redactie en administratie
Postbus 5048, Amsterdam.
Tel: 020 - 799261
Hoofdredacteur:
J.Th. van Taalingen
Eindredacteur
Bart Eldering
Advertenties:
drukkerij Poortpers b.v.
Torensteeg 3, Amsterdam
Tel: 020-231485
Vergadering Bondsraad
pagina 1—5
Opdrachtfilm 1977
pagina 6
Bondsnieuws
pagina 7
Cannes 1977
pagina 8
De jaarlijkse vergadering van de Bondsraad vond plaats op maandag
2 mei 1977 in het Hilton Hotel te Amsterdam. De Bondsvoorzitter,
de heer J. Nijland, opende de vergadering des middags om 2.15 uur
met de volgende toespraak:
Dames en Heren,
Ik heet u hartelijk welkom op deze jaarlijkse vergadering van de
Bondsraad. In het bijzonder begroet ik de ereleden, de heren Blad,
Bosman en Miedema.
Sinds de vorige vergadering is de samenstelling van de Bondsraad na
genoeg onveranderd gebleven. De enige wijziging die is opgetreden,
betreft echter wel een zeer belangrijke, te weten de vervanging van de
voorzitter der Bedrijfsafdeling Filmverhuurders, de heer W. Hemel
raad, door de heer P. Silvius. De heer Hemelraad heeft met het oog
op zijn huidige gezondheidstoestand besloten zijn functie ter be
schikking te stellen. Ik zal daarop bij punt 13a van de agenda nog
nader terugkomen. Wat de heer Silvius betreft, wij kennen hem vol
doende om te weten, dat hij een waardig voorzitter van zijn afdeling
zal zijn en als lid van het Presidium een belangrijke positieve inbreng
zal hebben ten dienste van het algemeen bedrijfsbelang. Voorts heet
ik ah nieuw lid van de Bondsraad welkom de heer W.J.A. van Roos
malen. Ik ben ervan overtuigd, dat u uw taak in de Bondsraad op
bekwame wijze zult vervullen.
RESULTATEN
FILM
Bij de voorplaat:
Marina de Graaf, die een van de
hoofdrollen speelt in de
nieuwe speelfilm tiet Debuut'.
Deze Van Heyningen/Solleveld-
produktie, onder regie van
Nouchka van Brakel
gaat 18 mei a.s. in première.
De Bondsvoorzitterde heer J. Nijland tijdens het uitspreken van zijn rede
Dames en heren, u kent uiteraard de
bedrijfsuitkomsten van de bedrijfstak
in zijn totaliteit over 1976. Het bios
coopbezoek is in ons land6,4%gedaald
ten opzichte van 1975. Er zijn tal van
factoren voor deze daling verantwoor
delijk. De vele zeer warme dagen heb
ben natuurlijk hun invloed doen gel
den, doch er is ook nog een ander bij
zonder belangrijk aspect, dat wil zeg
gen de mate waarin commercieel inte
ressante films voorhanden zijn geweest.
De top-20 heeft in 1976 31,5% van de
totale bioscoopomzet uitgemaakt, in
1975 was dit aantal 35,6%. Wij weten
allen, dat de gemiddelde film qua om
zet in betekenis afneemt. Dit impli
ceert, dat het jaarbeeld sterker wordt
bepaald door de resultaten van een ge
ring aantal films dan in het verleden
het geval was.
Het is de afhankelijkheid van het
bioscoopbedrijf van externe factoren
die een prognose op langere termijn
moeilijk maakt. Ik meen, dat de cijfers
van de laatste jaren in hoofdzaak dui
den op een evenwichtssituatie met van
jaar tot jaar wisselende uitkomsten,
waarbij de balans in het algemeen de
neiging heeft iets meer naar de plus
kant uit te slaan dan naar de minkant.
Wij mogen verwachten, dat de nieuw
bouw van bioscopen en de vernieu-