in dit
hÊ?
n
NEDERLANDSE FILMKEURING
GEÏNSTALLEERD
1
ES B Jf
IrR
Tweewekelijkse
uitgave van de
Nederlandse Bioscoopbond,
nummer 15
7 juli 1977
Redactie en administratie:
Postbus 5048, Amsterdam.
Tel: 020-799261
Hoofdredacteur
J.Th. van Taalingen
Eindredacteur:
Bart Eldering
Advertenties:
drukkerijPoortpers b.v.
Torensteeg 3Amsterdam
Tel: 020 -231485
Nederlandse Filmkeuring
geïnstalleerd
pagina 1
Nieuwe bioscopen
pagina 4
Produktie
pagina 6
Arbitrage
pagina 7
Staatssecretaris W. Meijer van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk
Werk heeft vrijdag 24 juni 1977, in de Schepelzaal aan het Haagse
Binnenhof de Nederlandse Filmkeuring geïnstalleerd. Dit college, be
staande uit 20 vrouwen en evenveel mannen, beoordeelt vanaf 5 juli,
volgens de Wet op de filmvertoningen, films op hun toelaatbaarheid
voor jeugdige personen. De leeftijdsgrenzen waarop deze keuring zich
richt, zijn 12 en 16 jaar. De filmkeuring voor volwassenen is daarmee
afgeschaft en er is tevens een einde gekomen aan het preventief toe
zicht door de burgemeester op vertoningen die in strijd zijn met de
zedelijkheid. Dit doordat in de nieuwe wet een bepaling is opgeno
men waarbij de Bioscoopwet wordt ingetrokken.
■fel, IJjyj»
53-
1
^25
FILM
Bij de voorplaat
ZJC.H. Prins Bernhard in gesprek met
regisseur Richard Attenborough
bij de galapremière van
'Een brug te ver'
Ik wil graag beginnen met het uitspre
ken van een woord van welkom. In de
eerste plaats aan de leden van de Ne
derlandse Filmkeuring. Immers, Uw in
stallatie vandaag vormt de directe aan
leiding tot deze bijeenkomst.
Een bijzonder welkom wil ik ook rich
ten tot mijn collega's leden van de
beide Kamers der Staten-Generaal
en in het bijzonder tot de indieners en
verdedigers van het initiatief-voorstel
van wet ten behoeve van de filmkeu
ring, de heer Voogd en mevrouw Haas-
Berger. Niet voor niets vindt deze in
stallatie vandaag plaats in het gebouw
van de Tweede Kamer, want dit is de
omgeving waarbinnen de gedachte
voor deze benadering van de film is ge
groeid en haar uiteindelijke vorm heeft
gekregen.
Na de eerste doorlopende filmvoorstel
ling in Nederland in de theaterzaal van
het Kurhaus in Scheveningen daar
werden 12 filmpjes van de gebroeders
Lumière vertoond werd de film al
spoedig een medium dat zich in een
grote populariteit mocht verheugen
van vooral de minder aanzienlijken on
der de Nederlandse bevolking. Een po
pulariteit, welke door sommigen toen-
dertijd nogal als bedenkelijk werd be
oordeeld. Zodanig zelfs dat de mjnister
van Binnenlandse Zaken in 1913 een
circulaire rondzond, waarin hij wijst
op de mogelijkheid om door plaatselij
ke verordeningen 'paal en perk te stel
len aan het geven van bedenkelijke,
sensationele voorstellingen die tot mis
daad prikkelen, de toeschouwer ver
trouwd maken met immorele toestan
den, of op andere wijze verderfelijke
invloed uitoefenen
Tien jaar later in 1923 volgde de
oprichting van 'De Vereniging van Ne
derlandse Gemeenten voor Gemeen
schappelijke Filmkeuring op Katho
lieke Grondslag'. Dit leidde tot de
inmiddels in 1967 verdwenen Ka
tholieke Filmcentrale. En op 14 mei
1926 is de filmkeuring in Nederland
compleet. Op die dag verschijnt in het
Staatsblad de 'Wet tot bestrijding van
de zedelijke en maatschappelijke geva
ren van de bioscoop
Dit systeem van filmkeuring zou tot
het midden van de jaren zestig onge
wijzigd in stand blijven.
In 1966 volgt dan de installatie van de
z.g. commissie Witte door de toenmali
ge minister van Binnenlandse Zaken
Smallenbroek. Deze commissie krijgt
tot opdracht advies uit te brengen over
de vraag welke wijzigingen in het be
staande systeem der filmkeuring dien
den te worden aangebracht. Op 7 fe
bruari 1969 brengt de commissie haar
rapport uit. Daarin adviseert zij tot af
schaffing van de filmkeuring voor vol-
Staatssecretaris W. Meijer, tijdt
rns
het uitspreken
van zijn installatierede
mk
i*8
*|wg# m* ■ËMf^^i ■HmUI
,^L—^_^KK^^^
:«5Ë^R6Lr '- ^SbHB^^B ^^bsm
