in dit
VRIJSPRAAK VOOR HET HOF
Tweewekelijkse
uitgave van de
Nederlandse Bioscoopbond
nummer 13
29 juni 1978
Redactie en administratie:
Postbus 5048, Amsterdam.
Tel: 020-79 92 61
Ho ofdredac teur:
J.Th. van Taalingen
Eindredacteur:
Bart Eldering
Advertenties:
drukkerij Poortpers b.v.
Torensteeg 3Amsterdam
Tel: 020-23 14 85
Vrijspraak voor het hof
pagina 1
Produktie
pagina 2
Afscheid Anton Koolhaas
pagina 5
Produktie
pagina 6
Bondsnieuws
pagina 7
Premières
pagina 8
Op donderdag 22 juni jl. deed het Gerechtshof te Amsterdam uit
spraak inzake het door onze organisatie aangespannen proefproces
betreffende de film 'Deep throat'.
Onderstaand laten wij deze uitspraak integraal volgen:
IN NAAM DER KONINGIN
HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Vijfde Kamer, recht
doende in hoger beroep in strafzaken;
GEZIEN het vonnis door de Arrondissementsrechtbank te Amster
dam, Vijfde Kamer, rechtdoende in strafzaken, op 2 februari 1978 in
eerste aanleg gewezen in de zaak parketnummer:
tegen: de vennootschap onder firma: 'FIRMA FLORA THEATER',
kantoorhoudende te Amsterdam aan de Marnixstraat 404; waarbij
deze van het haar tenlastegelegde is vrijgesproken;
GELET op het door de Officier van Justitie tegen voormeld vonnis
ingesteld hoger beroep; aan verdachte in persoon betekend op 1
maart 19 78;
GEZIEN de dagvaarding, vanwege de Procureur-Generaal bij dit
Hof uitgereikt;
GELET op het onderzoek ter terechtzitting in beide instanties;
GEHOORD de vordering van de Procureur-Generaal;
GELE'T op de door en namens verdachte voor het Hof gevoerde
verdediging;
OVERWEGENDE dat het Hof zich met het vonnis, waarvan be
roep, verenigt, met dien verstande dat het Hof de gronden, waarop de
Rechtbank niet wettig en overtuigend bewezen heeft geacht hetgeen
aan verdachte primair en subsidiair telaste is gelegd en verdachte
daarvan heeft vrijgesproken terzijde stelt en dat het Hof deze beslis
sing doet steunen op de navolgende overwegingen;
OVERWEGENDE dat niet is komen vast te staan, dat verdachte de
in de telastelegging nader omschreven film 'Deep Throat' heeft ver
spreid, dan wel openlijk heeft ten toon gesteld;
dat van het verspreiden van genoemde film niets is gebleken, zijnde
bij het onderzoek ter terechtzitting immers geen feiten of omstandig
heden naar voren gekomen, erop duidende dat verdachte over meer
dan één exemplaar van die film kon beschikken en zich met de ver
spreiding van die exemplaren heeft bezig gehouden;
dat voorts niet kan worden gezegd, dat verdachte genoemde film
openlijk heeft ten toon gesteld in de betekenis welke naar het norma
le spraakgebruik aan die woorden toekomt, omdat een film —derhal
ve ook voormelde film bestaat uit een reeks beelden, die tezamen
een bewegend beeld laten zien dat zich wel leent voor een vertoning,
doch anders dan een geschrift, afbeelding of voorwerp, genoemd in
artikel 240 van het Wetboek van Strafrecht niet voor het 'ten toon
stellen', waarbij men één zelfde object gedurende enige tijd kan blij
ven bezichtigen;
FILM
Bij de voorplaat:
In een notedop de werkwijze bij de
totstandkoming van de nieuwe
familiefilm 'Pinkeltje'