SOCIAAL BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR HET FILM-EN BIOSCOOPBEDRIJF GROOT VOETBALTREFFEN VRIJDAG 15 DECEMBER 1978 TUSCHINSKI - CITY VERKORT VERSLAG OVER HET JAAR 1977 ALGEMEEN Volgens het jaarverslag 1977 van het Bedrijfspensioenfonds voor het Film en Bioscoopbedrijf, dat onlangs is ver schenen, betaalden 139 ondernemin gen premie aan het fonds. Deze pre mie had betrekking op 791 werkne mers. 111 vroegere werknemers waren deel nemer in het fonds met vrijstelling van premiebetaling wegens invaliditeit. De premie bedroeg in het verslagjaar 11% van de pensioengrondslag. De pensioengrondslag is het vaste loon, zonder toeslagen, overwerkvergoedin gen, gratificaties e.d. De pensioengrondslag was in 1977 op jaarbasis hoogstens f38.800,— en in 1978 hoogstens f41.750,-. De werknemersbijdrage in de premie is 11% van 3/4%, de werkgeversbijdrage iVi van de pensioengrondslag. INKOMSTEN EN BELEGGINGEN Het fonds ontving in het verslagjaar ruim f 2.119.000,— aan premie en ruim f 2.676.000,— aan opbrengst uit beleggingen. Deze inkomsten uiter aard verminderd met betaalde pensioe nen en administratiekosten moeten worden gereserveerd om de latere ver schuldigde uitkeringen te kunnen be talen. Eind 1977 bedroeg het kapitaal van het fonds ruim 32 miljoen gulden. Het kapitaal wordt op verschillende manieren uitgezet. Het wordt belegd in huizen, hypotheken, onderhandse leningen en effecten. Het meeste geld werd belegd in 'leningen op schuld bekentenis', namelijk 84%; de rest in hypotheken (11%), effecten (3%) en vaste eigendommen (2%). Het gemiddeld rendement van deze beleggingen was in 1977 8,67%. Bij het berekenen van zijn verplichtingen de premiereserve gaat het fonds echter voor de veiligheid uit van de veronder stelling, dat het in de toekomst slechts 4% rente zal maken. Het verschil tus sen de werkelijke rente van 8,67% en de rekenrente van 4% is het zgn. 'over- rente' of rentewinst. Ook dit bedrag wordt toegevoegd aan de reserves en komt ten goede aan de verzekerden in de vorm van de toeslagen op hun pen sioenen. WELKE PENSIOENEN ZIJN VERZEKERD De deelneming in het fonds vangt voor een mannelijke werknemer aan als hij 23 jaar wordt. Voor vrouwelijke werk nemers bij de 30-jarige leeftijd. De pensioendatum voor mannen is 65 jaar, voor vrouwen 63 jaar. Het jaarlijks ouderdomspensioen dat een mannelijke deelnemer kan berei ken is 42% van de gemiddelde pen sioengrondslag waarover tijdens de deelneming in het fonds premie is betaald. Een jongeman die op 23-jarige leeftijd in de bedrijfstak gaat werken en die een weekloon heeft van f 350,— bouwt in 52 weken f 182,— aan jaarlijks pen sioen op (1% van 52 x f350,—). Als hij tot zijn pensioendatum deel nemer blijft en er geen wijziging komt in zijn loon dan is voor hem een ouder domspensioen verzekerd van 42 x f 182,- f. 7.644,-. Als hij overlijdt krijgt zijn weduwe een pensioen van 70% van dat bedrag of wel f 5.350,80: op het hoofdveld van het AJAX-STADION in Amsterdam, aanvang 14.00 uur TOEGANG VRIJ Nadere mededelingen in het volgende nummer Inlichtingen: 020 - 71 81 81, M. van Praag of B. Anthonisse heeft hij kinderen dan krijgt elk kind 14% van het ouderdomspensioen dus f 1.070,16 wezenpensioen per jaar. Voor een vrouw met een weekloon van f 350,—, die op 30-jarige leeftijd in de bedrijfstak gaat werken en tot haar 63ste jaar deelnemer in het fonds blijft, is als haar loon geen wijziging ondergaat, een pensioen verzekerd van 33 x f 182,- f6.006,- per jaar. Aan de vrouwelijke deelnemer wordt behalve dit pensioen nog een tijdelijk ouderdomspensioen verstrekt dat acn haar wordt uitgekeerd vanaf haar pen sioendatum (63 jaar) tot de AOW-uit- kering ingaat. Voor elk jaar dat zij in het film- en bioscoopbedrijf werkt, wordt een vast bedrag van dit tijdelijke pensioen opgebouwd. In 1977 was dat f 160,-en in 1978 f 164,-. Als het loon van een werknemer of werkneemster stijgt wordt de pensioen grondslag hoger, maar dat levert alleen voor de toekomstige dienstjaren meer pensioen op. De rechten die al opge bouwd zijn blijven achter. Het fonds tracht dit zoveel mogelijk op te vangen door elk jaar de reeds opgebouwde rechten met een percentage te verho gen. Op 1 januari van de jaren 1967 tot en met 1973 werden de rechten met 3% verhoogd, op 1 januari 1974 en 1975 met 4Vz en op 1 januari 1976, 1977 en 1978 met 5%. De reeds lopende pensioenen werden met de zelfde percentages verhoogd. De verzekerden krijgen de pensioenen naast de uitkeringen op grond van de algemene ouderdomswet en de alge mene weduwen- en wezenwet. LOPENDE UITKERINGEN Aan het einde van het verslagjaar had het fonds 587 gepensioneerden met ouderdomspensioen. Samen hadden ze recht op f 641.000,—jaarlijks pensioen. Er waren 235 weduwen met in totaal f 243.900,— aan weduwenpensioen. Verder hadden 21 kinderen recht op wezenpensioen tot een totaalbedrag van f 11.800,-. Het gemiddelde pensioenbedrag wordt beïnvloed door hen die slechts kort in de bedrijfstak werkten en dus maar een zeer gering pensioen konden op bouwen. HET BESTUUR Het fonds wordt bestuurd door ver tegenwoordigers van de werkgevers- en werknemersorganisaties die het fonds hebben opgericht. Op 31 december 1977 hadden voor de werkgevers zitting in het bestuur de heren: L.M.J. de Groot, H. Miedema (secretaris), P.J.N.R. Ooms, J.Th. van Taalingen, E.J. Verschueren, CA. Vos kuil en F.H.W. Weyschedé. Voor de werknemers waren dit de he ren: G.A.P. Bovendeert, Chr. Breijer, A. van der Kooy, L.H. Röttger (voor zitter), W.P. van Santé, D.J.H. Swart en J.J. van der Veer.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1978 | | pagina 10