Een loopje met het recht In zijn rubriek in De Telegraaf'Leo Derksen Op Zicht' heeft deze scribent enige malen het onderwerp 'Het recht moet zijn loop hebben' behandeld. In een op 14 mei geplaatst artikel (nummer 4 in de serie) bepleit Leo Derksen een verscherpte aanpak van de handel in hard drugs. Het ligt uiteraard niet op onze weg met betrekking tot dit aspect een standpunt in te nemen. Waarom be steden wij dan aandacht aan Derk- sens artikel? Wel, omdat hij hierin de bestrijding van de video-piraterij betrekt op een wijze die niet getuigt van inzicht in het vraagstuk van de piraterij in het algemeen en van vi deo-piraterij in het bijzonder. De video-piraterij vindt hij maar een liefelijke bezigheid vergeleken met de handel in drugs. En dus is het flauwekul, dat justitie en politie in samenwerking mét auteursrechtheb benden aan de video-piraterij zoveel aandacht schenken, zodanig zelfs dat het aantal ambtenaren hetwelk zich met de opsporing hiervan zal bezighouden, de komende maanden flink zal worden uitgebreid. De teneur van het artikel is duidelijk: zet die extra mankracht maar in voor het bestrijden van de handel in hard drugs. Hiervoor is volgens Derksen des te meer reden, omdat de organisaties van auteursrecht hebbenden, die bij de bestrijding van de video-piraterij betrokken zijn, immers commerciële oogmer ken hebben en justitie en politie zich dus voor een commercieel kar retje laten spannen. Laten wij voor opstellen, dat, als er sprake is van het inzetten van extra mankracht, dit geschiedt door de bewuste orga nisaties van auteursrechthebbenden, verenigd in de Stichting Video Vei lig: Motion Picture Association of America, N.O.S., Buma/Stemra, Ne derlandse Bioscoopbond, Neder landse Vereniging van Videoprodu centen en -Distributeurs en de Ne derlandse Vereniging van Producen ten en Importeurs van Beeld- en Ge luidsdragers. Justitie en politie be steden binnen het kader van de be schikbaarheid van mankracht aan dacht aan de video-piraterij, die een vorm van diefstal is, waarmede alleen al in ons land enige honder den miljoenen guldens per jaar zijn gemoeid. De genoemde organisaties hebben natuurlijk commerciële bedoelin gen, maar zelfs Leo Derksen zal toch niet willen bepleiten, dat dief stal tot bedragen van honderden miljoenen guldens geen zorg is van justitie en politie vanaf het moment dat er commerciële oogmerken in het geding zijn. (Wij komen op dit aspect nog terug.) De omstandigheid, dat de grote Amerikaanse filmproduktiemaat- schappijen zich zo krachtig tegen de video-piraterij opstellen hier en elders in de wereld is tekenend voor de enorme belangen die op het spel staan. De schade die zij onder vinden van deze diefstal, beloopt in de miljarden. Video-piraterij is niet een amateuristische bezigheid van aardige mensen, maar pure misda digheid. Niet voor niets wordt door jusitie en politie over de gehele wereld krachtig opgetreden tegen de illegale vervaardiging en exploi tatie van videocassettes; niet voor niets worden overal de straf maat regelen tegen video-piraterij ver scherpt of zijn aanpassingen van de strafwetgeving in voorbereiding. Laten wij het anders zeggen: als er geen paal en perk wordt gesteld aan de enorme diefstal die men wat vriendelijk video-piraterij noemt, dan is de exploitatie van film- en te levisieprogramma's over een aantal jaren nauwelijks meer interessant. Met name het voortbestaan van het medium film en de werkgelegenheid van al diegenen die bij de produktie en exploitatie van de film betrok ken zijn, staan op het spel. Derksen heeft ook nog een heel leuke oplossing voor het vraagstuk van de video-piraterij. Misschien, zo schrijft hij, kunnen we de Auteurs wet wijzigen, in die zin dat het ver tonen van illegaal gekopieerde films is toegestaan, zolang dat binnenska mers gebeurt. Deze gedachte getuigt van een zeer bijzonder juridisch ge voel. Als men de Auteurswet op deze wijze verandert, dan betekent zulks een sanctionering van de vi deopiraterij met alle noodlottige ge volgen voor het medium film waar op wij hiervoor de aandacht vesti gen. Wij hebben de Auteurswet al tijd een heel gecompliceerde wet ge vonden. De heer Derksen geeft ech ter de oplossing aan die deze lastige wet overbodig maakt: je zorgt er eenvoudig voor dat er geen werken meer overblijven die de bescher ming van de Autuerswet behoeven. Immers, consequent doorredene rend zou men ook de witte gram mofoonplaat, die binnenskamers wordt beluisterd, moeten accepte ren. De grammofoonplatenindustrie gaat aldus vanzelf ten onder en de grammofoonplaat is een stuk histo rie geworden. Laten we vooral ook de dagbladen niet vergeten. De Telegraaf, die 's ochtends verschijnt, wordt 's mid dags illegaal gedrukt en 's avonds als 'het Nieuws van de Vorige Dag' aan de simpele lezer binnenskamers te gen een laag prijsje aangeboden. Het betekent wel het einde van de dag bladindustrie en de journalistieke werkzaamheid van Leo Derksen, maar dat moet je voor een vereen voudiging van de wetgeving over hebben. Voor de auteur van boeken Derk sen zou dan nog werk kunnen over blijven, ware het niet, dat boeken, die immers binnenskamers plegen te worden gelezen, eveneens vrijelijk illegaal zouden kunnen worden ge kopieerd. Dus geen auteursrechten meer voor de auteur Derksen, wiens laatste werk dan ook zal luiden 'De kater van Oom Leo'. Met andere au teursrechtelijk beschermde werken zou het dezelfde trieste kant op gaan. Het is dan misschien toch maar beter, dat de Auteurswet en de hierin neergelegde bescherming van de commerciële belangen van componisten, schrijvers, filmmakers en andere auteurs blijft bestaan! Wij zijn het met Derksen eens, dat het recht zijn loop moet hebben. Dit betekent echter niet, dat je een loopje met het recht kan nemen. vT

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1983 | | pagina 4