bedrijven met eigen personeel en tradities die zich daarnaast vooral richten op de gunst van de kijkers. Nu al is duidelijk dat het animo van de omroepen om hun 'vrije geld' te investeren in speelfilmprodukties klein is. De praktijk is dat hun geld eerder wordt besteed aan goed kope buitenlandse produkties en aan pro gramma's van eigen staf; de perspectieven voor de nationale filmindustrie zijn beperkt. De Raad constateert dat de totale omroepbe groting een bedrag van ruim 850 miljoen gul den bedraagt. Daarvan komt 1 miljoen als basisbedrag ten goede aan de filmproduktie. Dit bedrag is iets meer dan ééntiende pro cent van de bestedingen in Hilversum. Een schril contrast met de situatie elders in Europa. In Frankrijk bijvoorbeeld bedraagt dit basisbedrag 55 miljoen Franse francs; ■anderhalf procent van de omroepbegroting. Dit jaar zal door een wijziging in de Franse mediawet dit bedrag verhoogd worden tot 140 miljoen Franse francs, ofwel 3 a 4 procent van de omroepbudgetten. Ook in Zweden is de televisiebijdrage aan de speel filmindustrie substantieel. Net als in Frank rijk bestaat daar zowel een bijdrage per film als een jaarlijks basisbijdrage van de omroep aan de filmindustrie. De bezwaren van de Raad tegen het functio neren van het coproduktiefonds - officieel Stichting Beheer en Repartitie Kabelgelden - zijn al genoemd. De verwachting van uw Ministerie dat met dit fonds het percentage van het televisieaandeel in een filmproduktie zal stijgen tot 25% wordt door de Raad niet gedeeld. Er is geen sprake van adequate controle op de bestemming van het voor Nederlandse film geoormerkte geld in dit budget. Vormt in de relatie tussen speelfilm en televi sie de organisatie van de omroep een strui kelblok, de verhouding met video wordt ver stoord door een andere factor. Die wordt gevormd door het bestaan van een bloeiende handel in illegaal opgenomen audio-visuele programma's, c.q. speelfilms. Maatregelen tegen piraterij zijn tot nu toe vooral over gelaten aan de gedupeerde bedrijfstak, het bioscoopbedrijf. Het rapport Film en pu bliek toont echter aan hoe groot de omvang van de videoconsumptie van speelfilms in middels is: 22%. In dit marktsegment dat dus bijna éénvierde van de totale filmconsumptie beslaat, wordt het aantal illegale banden van speelfilms geschat op ten hoogste 56%. De schattingen over de gederfde inkomsten door deze illegale omzet lopen uiteen van 60 miljoen tot 140 miljoen gulden. Deze cijfers zijn afkomstig van het interimrapport Pira terij van auteursrechtelijk beschermde werken, dat de interdepartementale werk groep piraterij in 1985 het licht deed zien. In zijn reactie op dit rapport heeft de Raad al gewezen op de culturele en artistieke belan gen die aangetast worden door deze groot schalige schending van auteursrechten (KR- 85.1141/2). Nu de Raad u adviseert naar aanleiding van Film en publiek wil hij zijn pleit tegen piraterij hernieuwen, ditmaal voor het behoud van de Nederlandse speelfilm industrie. De Raad acht het dan ook van het allergrootste belang dat het bioscoopbedrijf in zijn bestrijding van piraterij gesteund wordt door het Ministerie van Justitie. Pas als de illegale handel krachtig wordt aangepakt, zal er werkelijk geïnvesteerd worden in video op een manier die ook ten goede komt aan de na tionale speelfilmindustrie. Op dit moment zijn de risico's voor investeerders te groot. De Raad wil een ander argument naar voren brengen dat pleit voor de bevordering van de speelfilm. Nederland behoort met België tot de dichtsbekabelde landen van Europa. 90% van alle Nederlanders kan één of meer bui tenlandse zenders ontvangen. De investering van de overheid in de technologische ontwik keling van het kabelnet is groot. De Raad stelt vast dat er schitterende voorwaarden voor de 'hard-ware' industrie zijn en worden gecre ëerd. De nationale 'soft-ware' industrie, de aanmaak van programma's die deze netten moeten vullen, blijft daarbij ver achter. De speelfilm is echter één van de meest popu laire programma's op televisie. Na journaal en actualiteiten (84%), zo laat Film en publiek zien, blijkt 63% van de televisie kijkers naar speelfilms. Van de videobezitters 10

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1986 | | pagina 12