FILMKOPIEEN EN DE
KWALITEITSPRESENTATIE DAARVAN
Mislukking van de financiering
Het thans volgende relaas heeft
betrekking op het meest trieste
stuk van Cinetones geschiede
nis. De uitgangspositie was
ogenschijnlijk goed: er was een
goed plan, dat de instemming
had van de Gemeente Amster
dam en van de Rijks Voorlich-
tings Dienst, er was overeen
stemming bereikt over de over
name door Cinetone van de be
nodigde Hilversumse laborato-
riumapparatuur tegen redelijke
kondities, en er was een goede
oplossing gevonden voor het
management.
Het zou te ver voeren, hier de af
wisseling van hoop en wanhoop
van de Raad van Beheer gedu
rende meer dan een jaar weer te
geven. Het heeft ook geen zin,
thans de beschuldigende vinger
te richten op tegenstrevers, ban
ken of instanties. Vast staat m.i.
echter wel, dat hetgeen ik eerder
over de onvolkomenheid van de
vermogensmarkt heb geschre
ven, hier van toepassing is, na
melijk dat vaak niet het beste
plan, maar het plan van een kapi
taalkrachtige (of kapitaalkracht
geachte) plannemaker de nodige
financiële middelen ter beschik
king krijgt.*
Het mislukken van de pogingen,
de nodige financiële middelen
aan te trekken, leidde eind 1986
tot surséance van betaling en in
januari daarop tot het faillisse
ment van de Stichting Cineto
ne. Hoewel de leden van de Raad
van Beheer de daarbij benodigde
handtekeningen uiteraard in een
treurige stemming hebben ge
plaatst, was er toen ook hoop,
want er was een onderneming
gevonden, die Cinetone wilde
overnemen en die het Plan Smit-
tenaar, zij het in enigszins gewij
zigde vorm, wilde realiseren.
De laatste fase
Tijdens de aan het faillissement
voorafgegane onderhandelingen
was in principe overeenstem
ming bereikt met Investerings
maatschappij Nederland, dat
deze na de koop van Cinetone uit
het faillissement zou zorgdragen
voor de investeringen, benodigd
voor de uitvoering van een va
riant van het oorspronkelijke
plan. De opzet kwam dermate
overeen met hetgeen de N.B.B,
steeds voor ogen had gestaan,
dat deze bereid was, met een, zij
het min of meer symbolisch be
drag in de nieuwe onderneming
deel te nemen.
Niet alleen van mij, maar ook van
iedere andere insider die ge
vraagd of ongevraagd advies
gaf, heeft de nieuwe leiding van
Cinetone toen te horen gekre
gen, dat een regeling ten aanzien
van een in het Cinetonegebouw
te vestigen filmlaboratorium de
hoogste prioriteit diende te krij
gen. Dit betekende f koop van Ci-
neco, f het starten van een kon-
kurrerend laboratorium in 1987.
Uiteraard zou de laatstge
noemde mogelijkheid een pe
riode van heftige prijskonkurren-
tie hebben betekend, maar dat
zou de partijen als alternatief
voor ogen hebben moeten ge
staan bij hun onderhandelingen
over de overname van Cineco.
Het is evenwel noch tot deze
overname, noch tot een konkur-
rerend laboratorium gekomen.
Hiermee was de hele opzet mis
lukt, ondanks de overweldi
gende belangstelling vanuit de
mediawereld en de blijvende
steun van de Gemeente Amster
dam, die bij de presentatie van
de nieuwe plannen nog steeds
bleken te bestaan.
Gezien de aldus ontstane situa
tie, is de beslissing van Investe
ringsmaatschappij Nederland
om het Cinetone-projekt weer af
te stoten, juist te achten. (Prettig
is, dat de N.B.B, daarbij zijn aan
vankelijke deelneming terugont
vangt.)
Nabeschouwing
Wat de Raad van Beheer door
geldgebrek niet is gelukt, is de
nieuwe eigenaar van Cinetone
mèt geld ook niet gelukt. Dat is
jammer, want het ging om een
goed plan waarvan de uitvoering
een belangrijke stimulans voor
het hele filmbedrijf in Nederland
zou hebben betekend. Het moge
duidelijk zijn, dat deze gng van
zaken niemand meer spijt dan de
leden van de vroegere Raad van
Beheer. Zij en alle betrokkenen
dienen echter niet uit het oog te
verliezen, dat de door de leden
van de N.B.B, feitelijk fonds
perdu gestorte gelden en de in
zet van vele achtereenvolgen- de
bestuurders gedurende veertig
jaar een positieve bijdrage aan
de Nederlandse filmproduktie
mogelijk hebben gemaakt.
Waar een verliezer is, is, zoals
men sinds Pyrrhus weet, niet al
tijd een winnaar. Kijkt men alleen
naar hetfilmlaboratorium, dan is
te konstateren, dat er thans een
goed lopend Cineco-laborato-
rium is, en dat is voor de be
drijfstak op zich zelf een goede
zaak. Beziet men het echter in
ruimer verband, dat wil zeggen
in het kader van de facilitaire sek-
tor, dan kan men vaststellen, dat
van de grote plannen van Cineto
nes tegenstrevers nauwelijks
iets terecht gekomen is. Er is een
tijd geweest, waarin de direkteur
van Meta Media niet met grote
nauwkeurigheid over de toe
komst van de audiovisuele sek-
tor en de grootse rol van zijn
concern daarbij wist te vertellen.
Thans is weliswaar niet Cineco,
maar zijn wel de meeste andere
onderdelen van dat eens zo be
langrijke concern in alle richtin
gen verstrooid. Wanneer er, in
plaats van een laboratorium-oor
log te voeren, konstruktief zou
zijn doorgegaan met de destijds
gevoerde besprekingen overeen
inbreng van Cineco en een deel
neming van Meta Media in het
agglomeratieprojekt, dan zou
dat projekt nu ten voordele van
alle betrokkenen met sukses zijn
bekroond.
Drs. J.Ph.WoIff**
zie mijn artikel "In de luwte" in FILM
van januari 1988. blz. 4
De heer J. Nijland staat geheel achter
de vermelding van feiten en de geuite
standpunten in dit artikel.
Op de Kontaktmiddag van 7 juni
j.l. werd het rapport "FILMKO
PIEEN EN DE KWALITEITSPRE
SENTATIE DAARVAN" gepresen
teerd, samengesteld en geschre
ven door de Projektgroep
Dienstverlening. H. BERG, lid
van de Technische Commissie
van de N.B.B, gaf een korte inlei
ding. Het rapport handelt over
de kwaliteit van de filmkopieën,
welke in de Nederlandse biosko
pen worden vertoond, niet alleen
de kopieën van de hoofdfilm,
maar ook die van trailers, voor-
films, reklamefilms, enz. Het pu
bliek heeft recht op een kwaliteit
presentatie van het door hen ge
kozen bioskoopprogramma. Een
verantwoorde kwaliteitspresen
tatie is een voorwaarde vooreen
tevreden konsument.
H.Berg: "Is het dan zo slecht ge
steld met de presentatie van
onze films in de bioskoop? Het
antwoord is afhankelijk van de
maatstaven, die men aanvaardt
bij de beoordeling van hetgeen
goed en hetgeen slecht ge
noemd moet worden. Leg uw
oor te luisteren; geef uw ogen de
kost! Want helaas....hier en daar
mankeert er nogal wat aan de
presentatie. Ondeskundige be
diening van de projektieappara-
tuur, onzorgvuldige behandeling
van het filmmateriaal; het zijn
problemen waar men internatio
naal mee kampt!"
Wij kennen de problemen van
bekabeling en de beregening en
vooral de vervuiling van de film
kopieën (zie elders in FILM: HET
VUILSYNDROOM). De vervui
ling welke het onmogelijk maakt
een optimale Dolby-stereo-weer-
gave te realiseren. De kopieën
missen hun kleine en grote on
derhoudsbeurten. In het ge
ruchtmakende artikel (zie mei
nummer FILM) "Optimaliseren
van beeld- en geluidsoverdracht
in de bioskopen" stelt de schrij
ver, H.RZoller, dat 35mm-film
nog altijd een ongeëvenaarde
beeld- kwaliteit geeft en dat niet
voor niets High Definition Televi-
sion probeert die kwaliteit te be
naderen!
Het rapport FILMKOPIEEN EN
DE KWALITEITSPRESENTATIE
DAARVAN beoogt (wederom) de
voorzet te geven aan alle betrok
ken partijen, zowel de bioskoop
exploitanten als de filmverhuur
ders, gezamenlijk te komen tot
een optimale kwaliteitspresenta
tie.
H.Berg: "Het is absoluut noodza
kelijk dat die presentatie tot
stand komt en het is zeer zeker
niet de bedoeling om middels dit
rapport een bepaalde partij de
zwarte Piet toe te spelen. Het
starten van een diskussie is het
primaire doel!"
Degenen, die dit rapport nog
niet ontvangen hebben, kunnen
dit opvragen bij het Bondsburo.
29