Met dank voor de goede en prettige samenwerking in 1 wenst 'TITRA" en haar medewerkers alle relaties; PRETTIGE FEESTDAGEN EN EEN GOED EN GELUKKIG 1989. definitieve einde kwam toen "Swiss Tour" werd geprodu ceerd: een lovestory met Si- mone Signoret en een Engelse matroos boven op de Matter- horn. Vanwege de te kleine thuismarkt zijn Zwitserse filmmakers nu op coprodukties aangewezen, en het grote probleem is om daarbij als regisseur geen concessies te doen aan de coproduktiepart- ners. Tulpen in de besneeuwde bergen van Zwitserland blijft een idioot gezicht, aldus Imhoof. Fonds Rademakers, speciaal overgekomen uit Rome waar een nieuwe produktie wordt voorbe reid, sprak niet over tulpen. In een uiterst bloemrijk betoog brak hij een lans voor het voort bestaan van nationale steun- fondsen voor de produktie van films in de verschillende Euro pese landen. Door een aktie van de Europese Commissie tegen de filmfondsen van Denemar ken, Italië en Griekenland, om dat deze fondsen zouden discri mineren ten opzichte van film makers uit andere lidstaten van de E.G. is grote verontrusting ontstaan. Hoe kan de nationale filmindustrie overeind blijven als nationale produktie-subsidies niet langer voor het grootste deel voor de stimulering van de eigen filmindustrie kunnen wor den gebruikt? De eenzijdige economische be nadering van de Europese Com missie bergt het gevaar in zich dat op termijn juist die films wor den ondersteund die vanwege hun onduidelijk, zogenaamd Eu ropees karakter, het publiek al leen maar vervreemden. Herkenbare kwaliteit en Euro pese verscheidenheid zouden volgens Rademakers bevorderd moeten worden, en het voortbe staan van de nationale produk- tiefondsen is daarvoor een be langrijke voorwaarde. FORUMDISCUSSIE Dat niet iedereen het op alle pun ten met elkaar eens was bleek wel uit de uiterst boeiende fo rumdiscussie, die onder leiding van W.L. Brugsma de eerste se- minardag afsloot. Fred Gronich, senior vice-president van de Mo- tion Picture Export Association of America vertegenwoordigde de Amerikaanse filmproducen ten, en zette in een helder be toog uiteen hoe naar zijn mening de huidige problemen dienen te worden aangepakt. Frans Afman, adviseur van de Raad van Bestuur van de Credit Lyonnais Bank Nederland, ver schafte de aanwezigen een blik in de keuken van een van de grootste financiers van, voorna melijk Amerikaanse, filmproduk- ties. Evenals Gronich onder streepte hij het belang van een nationale filmindustrie. Ten slotte is dat in Nederland de ba kermat geweest voor akteurs als Rutger Hauer, Jeroen Krabbé en René Soutendijk, maar ook voor cameralieden als Theo van der Sande en Jan de Bont en een re gisseur als Paul Verhoeven, die nu allen internationaal grote be kendheid genieten. Martin Lindskog, president van Esselte Entertainment, het me- dia-concern dat onder andere verantwoordelijk is voor Filmnet, wees op het feit dat subsidiëring van filmproduktie het gevaar in zich bergt dat te weinig het be lang van een voldoende groot publiek bij de produktie van een film wordt meegewogen. Mat- thijs van Heijningen, filmprodu cent en vierde forumdeelnemer, bestreed die stelling, maar liet ook duidelijk merken als produ cent liever niet afhankelijk te zijn van overheidsbemoeienis. Op vallend was dat alle sprekers het erover eens waren dat films in de toekomst alleen dan een vol doende groot publiek zullen kun nen bereiken wanneer zij naast de oorspronkelijke taal ook in een engelstalige versie worden geproduceerd. Alle lezers van het blad Film kan ik aanbevelen het verslag van de gevoerde discussie nog eens na te lezen. BERGMAN EN BERLUSCONI Voordat de deelnemers aan het seminar op de tweede dag zich voor de discussie in verschil lende werkgroepen terugtrok ken, namen nog twee buiten landse sprekers het woord. Joern Donner voorzitter van het Finse Filmfonds, confronteerde de aanwezigen met een uiterst pessimistische visie op moge lijke Europese ontwikkelingen. De vraag leek hem gerechtvaar-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1988 | | pagina 8