GRETA GARBO Het enige actuele feit, dat ik kan aanvoeren als excuus dat ik me aan een zo weinig actueel onderwerp waag, is dat "Garbo, her sto ry" door Antoni Gronowicz recent, nl. in januari 1992, in Amsterdam in de ramsj terecht kwam, nadat het toch ook vrij kort geleden, t.w. in 1990, bij Simon and Schuster te New York was verschenen. De auteur was al overleden toen het boek uitkwam, en Garbo ge lukkig ook. Het is aannemelijk, dat men het uitgeven zo lang uitge steld had. Ik zie deze levensgeschiedenis als een grote roddel, waarmee iemand zijn eer zou kunnen verliezen, zoals Katharina Blum. Niet dat Garbo een lallen idol' zou kunnen lijken omdat zij, volgens Gronowicz, solo-, homo- en hetero-sexueel aktief zou zijn geweest. Integendeel, dat brengt haar menselijke proporties bij. Maar de manier waarop de details ons worden opgedrongen, ge tuigt niet bepaald van goede smaak. De carrière van Greta Gustafsson, van reklamemodel tot en met 'two-taced woman', is overbekend. Vooral John Bainbridge heeft ons met "Garbo, the inside story" uitvoerig ingelicht. Zijn boek ver scheen te New York in 1955, toen Greta pas 50 jaar was, en hij ook in Zweden haar tijdgenoten nog kon interviewen en documen ten in kon zien. Bainbridge en Gronowicz vertellen exact dezelfde feiten in chronologische volgorde. Het grote verschil is, dat "The inside story" een degelijke biografie is door een sympathisant en "Her story" een 'vie romancée' door een voyeur. De familie Gustafsson wordt door Gronowicz niet gespaard: De vader was constant dronken, de moeder sloeg hem en ook haar kinderen met een stok, en pleegde overspel met de pastor. En: Greta werd als verkoopster bij het warenhuis PUB ontslagen we gens herhaalde diefstallen. Bainbridge spreekt daarentegen van een document, waarmee zij verklaarde ontslag te nemen, daar zij bij een filmonderneming in dienst trad. De riskante verhaaltrant van een 'vie romancée' roept dikwijls de ironische vraag op: "Ben je er zelf bij geweest?" Gronowicz geeft daartoe temeer aanleiding door van het tweede hoofdstuk af in de ik-vorm te schrijven, alsof Greta zelf hem het relaas woordelijk zo verteld heeft. Zij zou daarmee begonnen zijn in 1938, toen zij bei den in het chalet van Paderwwski aan het Meer van Genève ver bleven. Waarschijnlijk is te verifiëren dat hij haar daar inderdaad heeft ontmoet, maar hij doet het voorkomen alsof hij een jaar of twintig later nog met zijn heldin in discussie was over al of niet publiceren. Wie zijn werkstuk leest (maar ik beveel het niet aan) zal op veel ongeloofwaardigs stuiten. Is het bijvoorbeeld aan te nemen dat Garbo, na het afbreken van haar filmcarrière, heeft gezegd: "En nu ga ik aan mijn legende werken"? In de NRC van 19 maart 1938 stond een verslag door W.H.Mooring van een ontmoeting met Greta Garbo, die hij volko men normaal en vriendelijk in de omgang noemde. Mooring merkte op, dat Garbo in natura nog mooier was dan op het doek. Zo'n zelfde verklaring heb ik eens gelezen van een mede-passa gier op een overtocht naar Zweden: "Haar ogen zijn in werkelijk heid nog stralender". De heel aparte, nobele schoonheid van Garbo, dat is waarover je niet uitgedacht raakt. Die heeft haar tot een idool gemaakt meer dan haar spel, hoe zichtbaar zij daarop ook haar best deed. Tegen Mooring zei ze: "Ik ben geen groot actrice" en er zijn en waren ze ker grotere, waaronder ook heel mooie. Het is natuurlijk waar, dat Greta's gebit en wenkbrauwen werden bijgewerkt, en dat er met haar kapsels en kostuums geëxperimen teerd werd (dat laatste niet altijd even gelukkig), maar het grond- materiaal was uniek. Het was echter niet alleen bewondering waardoor het opdringeri ge publiek in Göteborg, Stockholm, Californië, New York, Italië en waar niet haar tot een kluizenaar en dus een zonderling maakte. Ik vermoed dat het niet eens om apeliefde gaat, maar om de sensatie van het benaderen, een soort hebberigheid. Daaraan kwam na haar laatste film geen einde. In "What a way to go" uit 1964 zagen we hoe één van Shirley MacLaine's mannen door bewonderaars onder de voet gelopen werd. Dat was maar een komedie, maar als we lezen over de let terlijke achtervolgingen die Garbo te verduren had, dan krijgen we de griezelige zekerheid, dat zo'n lot voor haar niet uitgesloten was. In "Vie Privée" uit 1961 gaf Brigitte Bardot meer serieus weer wat een be roemdheid wordt aangedaan. En in 1981 demonstreerde Raymond Depardon met 'Reporters' hoe beluste fotografen omspringen met een alledaagse man, om dat Charles de Gaulle zijn vader was. Nee, het gold geen aanstellerij, haar buitengewone uitstraling werd Garbo's tragedie. Het waren overwe gend melodrama's, waarin 'die göttliche Garbo' schitterde, en die zijn nu geda teerd. Toch zullen ze te zien blijven, zo lang er hervertonin gen van films plaats vinden. Greta Garbo 28

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1992 | | pagina 29