AUGUSTUS 1930 - EXPLOSIEVE KENNISMAKING De formule voor een Europees media-instituut, zoals wij dit als alternatief voorstellen, moet luiden: Zoveel mogelijk gemeenschappelijkheid, met afgepaste speel ruimte voor de lidstaten. Het instituut zou voorstellen moeten doen, de lidstaten zouden de vrijheid moeten hebben over deze voorstellen te beslissen en hoe ze te realiseren. Zo zouden bijv. Nederland en Frankrijk aanbevelingen kunnen maken op grond van de voorstellen van het instituut, terwijl andere staten - bijv. Groot-Brittannië en Duitsland - de voorstellen bindend kunnen beschouwen in de zin van de overeenkomstige wetten. Tevens zou dit instituut aanbevelingen moeten doen voor de jeugdbescherming op de televisie, vooral voor programma's die in geheel Europa te ontvangen zijn. Bovendien zou het instituut aan bevelingen kunnen uitbrengen voor exploitatiebeperkingen van andere media, bijv. met het oog op de Duitse wet op de versprei ding van geschriften die een negatieve invloed hebben op de jeugd, en met het oog op het Duitse strafrecht (hier de 131 en 184 van het Wetboek van Strafrecht). Ook hier zouden de lidstaten zelf kunnen beslissen, of zij de aanbeveling accepteren of niet. Voor het realiseren van een goed functionerende jeugdbescher ming is het minder belangrijk dat de regelingen ter bescherming van de jeugd in Europa op een zoveel mogelijk beschermingsge- orinteerd of liberaal niveau doorgezet worden, maar is het veel be langrijker dat deze regelingen door de mensen in Europa als zinvolle bestanddelen en richtlijnen van de mediamarkt worden gezien en geaccepteerd. Een Europees media-instituut is daarom minder op wettelijke bevoegdheden aangewezen, dan op zakelijke bevoegdheid en acceptatie door de uitvoerende macht (bestuursli chamen) en de bevolking van de lidstaten. Joachim H. von Gottberg (Standiger Vertreter der obersten Landesjugendbehórden bei der F.S.K.) Wiesbaden/Rijswijk maart 1992. CorC.N.Crans (Secretaris-Direkteur v.d. N.F.K.) In augustus 1930 gebeurde het (voor mij op de 21e) dat we ken nis maakten met Mariene Dietrich in 'Der Blaue Engel'. Oud nieuws: De film was kort te voren in Duitsland door Josef von Sternberg voltooid, en in Nederland zag men het voordeel van snelle import in. Vroegere aktiviteiten van Mariene in naar schatting vier films, en toch geen figuratie, waren vrijwel onopgemerkt gebleven. Maar nu sloeg zij in als een bom, een sexbom, al was dat woord toen nog niet in zwang. Die eerste knal heeft mijn generatie mogen beleven. Niet iedereen nam haar dat in dank af. In die jaren leefde er nog een flink percentage Nederlanders voor wie de bioscoop - en ei genlijk iedere vorm van amusement, op de lantaarnplaatjes van de zending na - aan de weg naar de hel gelegen waren. Toch was ook menig geroutineerd bioscoopganger verward door de feitelijke hoerigheid van de hoofdrolspeelster die niettemin, dank zij haar talent, kans zag niet ordinair te worden. Mariene werd 'von Kopf bis Fuss' de verpersoonlijking van de ver leidelijkheid. In mijn ogen bereikte zij daarin het toppunt in 'Seven Sinners' van Tay Garnett uit 1940, die pas na de oorlog hier op dook en die nu vrijwel vergeten is, zoals zo vaak juist de inte ressantste films, ook van anderen, in de herdenkingsparades ont breken. (Ik denk daarbij o.a. aan 'The Great Gabbo' met Erich von Stroheim, maar hier geldt natuurlijk altijd ook de persoonlijke smaak). Niet alleen waren het acteren en het uiterlijk van La Dietrich het aankijken waard, zoals bekend zong zij ook in bijna al haar films, hoewel zij nauwelijks stem had. Het was de geladenheid van haar voordracht die overtuigde. Wie kent nog de niet zo hoog aangesla gen 'Song of Songs'? De kunstenaar die naar zijn model zoekt, krijgt van een vriend te horen 'Did you try the gutter?'. En inderdaad, zij is in de goot te recht gekomen, wat haar er niet van weerhoudt meeslepend te zingen. Begin mei is Mariene Dietrich in Parijs stilletjes heengegaan en we weten dat geen krant dat onvermeld kon laten. De roem van de 90-jarige was niet vergeten. Haar biografische gegevens werden opgehaald. Voor het grootste deel waren die echter al te vinden in het juninummer 1934 van Filmliga', waarin L.J.Jordaan een lang essay aan de actrice wijdde. En in het julinummer volgde een ge lijkwaardig stuk over Greta Garbo. De vergelijking tussen de twee sterren lag voor de hand, daar zij als 't ware nek-aan-nek draaf den. Jordaan schreef, dat "zij concurrenten zijn die elkaar schijnen te verdragen, ja zelfs in evenwicht houden". En wij renden een paar maal per jaar naar de theaters om ze beurtelings te bewonde ren. Zij moeten zich ervan bewust zijn geweest, dat zij rivalen waren, maar nijd is mij nooit ter ore gekomen. Zij hadden hun leeftijd ge meen (Dietrich verzweeg dat zij circa vijf jaar ouder was dan Garbo) en hun Europese achtergrond met een bescheiden carrière tot aan de ontdekking door een invloedrijk regisseur, die ze naar Hollywood haalde, waar zij door de schoonheidsmangel op sukses geprogrammeerd werden. Verder gaat de vergelijking niet op, daar hun genres van uiterlijk en repertoire te zeer uiteenliepen. Jordaan wijst er op dat Greta ei genlijk nooit de juiste regisseur vond, terwijl Mariene het voordeel had van een getalenteerd en van haar bezeten cineast als Von Sternberg. Dietrich kreeg m.i. ook intelligentere scenario's met betere dialogen. Het was de moeite waard om de tekst van 'Blonde Venus' te ont houden. Hoe natuurlijk was de Duitse achtergrond van het zange- resje uit de buurt van Heidelberg daarin verwerkt met 'Leise zieht mir durchs Gemüt' op de speeldoos. En het neuriën van 'Ein Mannlein steht im Walde' als Helen met haar zoontje op de bok van een wagen vlucht. Ze markeert de volmaakte tippelaarster, als ze zich daarna (ter wille van het kind) laat vangen door de verlief de private-eye. Onnavolgbaar is de manier, waarop zij hoont "What a brains", als deze stamelt "So, you are Helen...". Ach, er is te veel te memoreren: Marlene's mooie rollen in Desire' en 'The Garden of Allah' (met Charles Boyer nog in zijn dromerige periode) en de geste waarmee zij afscheid neemt van Adolphe Menjou in Morocco'. Dat kan een spelleider niet voordoen! Na 1977 gaf Mariene Dietrich nog acte de présence door haar rol in 'Just a gigoio', een interview-film van Maximilian Schell en een gedeeltelijke autobiografie 'Nehmt nur mein Leben'. Zij vertelde, dat zij weinig geld had. Hopelijk stierf zij toch niet 'in kommervolle omstandigheden', al zien we ook hier een verschil met La Garbo, die haar miljoenen bijtijds bedongen en belegd had. Jacqueline Wijchers DE STICHTING OPENLUCHTBIOSCOOP organiseert van dins dag 18 augustus t/m zaterdag 29 augustus op het Rotterdamse Schouwburgplein PLEINBIOSCOOP 92. Tijdens dit evenement worden tien speelfilms vertoond op een scherm van 12 x 18 meter. De voorstellingen beginnen om 21.30 uur en zijn gratis toegankelijk. Voor nadere informatie betreffende het programma: 015 - 14.34.54 22

Historie Film- en Bioscoopbranche

Film | 1992 | | pagina 22