DE GEVOLGEN VAN 2 y2 JAAR NIEUWE
MULTIPLEXEN IN DUITSLAND
iéJk
GEPRESENTEERD OP HET CONGRES VAN DE DUITSE BIOSCOOPBOND IN WIESBADEN
Door drs. J.Ph. Wolff
Vorig jaar bestond het verreweg
belangrijkste programma-onder
deel van het congres van de
Duitse bioscoopbond uit de presenta
tie van de eerste statistische gegevens
over de effecten van de nieuwe multi-
plexen op het bezoek aan de in de om
geving daarvan gevestigde bioscopen
en op het totale bezoek. Doordat men
toen nog over niet meer dan ruim één
jaar ervaring beschikte, en doordat
twee belangrijke multiplexen toen nog
pas enkele maanden in bedrijf waren,
kon het bij die gelegenheid slechts
gaan om een eerste benadering.
Daarover, en ook over de tijdens het
congres gevoerde verhitte discussies
heb ik in FILM van mei '92 verslag ge
daan, waarbij tevens enige kritiek op
de toegepaste berekeningswijze naar
voren is gebracht.'
Ook in het programma van het dit jaar
niet meer in Baden-Baden maar in
Wiesbaden gehouden congres van de
Duitse bioscoopbond heeft de voor
dracht van Rolf Bahr, directeur van de
Filmförderungsanstalt, onder de titel
'Multiplexen en hun gevolgen. Naakte
getallen (na) 2 '/2 Öaar)" ae meeste
aandacht getrokken. Dat hij met deze
voordracht niet meer dan een fractie
van de reacties die hij vorig jaar van
diverse congresdeelnemers moest ver
duren, heeft opgeroepen, kwam niet al
leen door de (te) geringe tijd die deze
keer voor de voordrachten was gere
serveerd, maar ook doordat het nu
meer dan vorig jaar om feitelijkheden
leek te gaan, en doordat de grote om
vang van het thans gepresenteerde
statistische materiaal spontane reac
ties nauwelijks mogelijk heeft gemaakt.
Aangezien de structuur van het con
ventionele bioscooppark in Duitsland
veel overeenkomsten vertoont met die
in ons land, is een weergave van de ge
presenteerde gegevens en analyses
m.i. zeker op zijn plaats. Daarbij is er
naar gestreefd, het uitvoerige betoog
met de daarbij gepresenteerde enorme
hoeveelheid statistisch materiaal- tot
een beknopte weergave te verwerken,
en het daardoor toegankelijker te
maken. Enige kritische noten en aan
vullende analyses ontbreken evenwel
ook deze keer niet.
SAMENVATTING EN CONCLUSIES
Doordat alle tot nu toe geopende
nieuwe multiplexen in West-Duitsland
in 1992 volledig in bedrijf zijn geweest,
is een vergelijking tussen dat jaar en
het laatste geheel multiplexloze jaar
1989 het meest belangrijk. Door de
Filmförderungsanstalt zijn hierover
thans belangwekkende gegevens gepu
bliceerd. Daarbij is door de FFA te
recht rekening gehouden met de alge
mene ontwikkeling van het bioscoop
bezoek in West-Duitsland in 1991 en
1992. De op grond daarvan aange
brachte correcties zijn evenwel te ver
beteren, hetgeen in dit artikel is ge
beurd.
Zoals in mijn vorige artikel over dit on
derwerp' naar voren is gebracht,
hangt de juistheid van de berekening
van het netto-effect dat de nieuwe mul
tiplexen op het totale bioscoopbezoek
hebben, af van de juistheid van de toe
gepaste afbakening van invloedssferen
van de resp. nieuwe multiplexen.
Naarmate ook buiten de op deze wijze
aangenomen regio's gevestigde biosco
pen zuigkracht van de nieuwe multi
plexen ondervinden, is het berekende
netto-effect te hoog. Gelukkig is thans
besloten tot het houden van enquêtes
die daarover informatie kunnen ople
veren. Die enquêtes zijn ook noodzake
lijk voor het verkrijgen van inzicht in
de samenstelling van het publiek van
de nieuwe multiplexen, hetgeen zowel
van belang is voor de marketing als
voor het maken van lange termijn
prognoses.
Vast staat, dat de nieuwe multiplexen
veel en ook veel additioneel bezoek
trekken. Eventuele correcties wegens
mogelijke onderschattingen van de in
vloedssferen buiten beschouwing la
tend, is berekend dat het bezoek in de
vijf multiplex-regio's in 1992 62,5
hoger is geweest dan het zonder de
nieuwe multiplexen zou zijn geweest.
Mogelijke correcties kunnen dat per
centage aanzienlijk lager doen uitval
len, doch zelfs bij rigoureuze herbere
keningen zal het nog steeds om enkele
tientallen procenten gaan.
Het effect van de nieuwe multiplexen
op het bezoek aan de in de omgeving
daarvan gevestigde bioscopen is met
grotere zekerheid te berekenen dan
het veroorzaakte additionele bezoek.
Door de Filmförderungsanstalt is te
recht opgemerkt dat het hier om de
continuïteit bedreigende dalingen
gaat. Uit de gegevens in Tabel 3 van dit
artikel en de daarop aansluitende be
spreking van de effecten per regio
volgt de verwachting dat het tot dus
verre geringe aantal sluitingen binnen
kort gevolgd zal worden door een slui-
tingsgolf. Gegeven de omstandigheid
dat de meeste multiplexen in 1991
slechts gedeeltelijk, resp. nog nauwe
lijks in bedrijf zijn geweest, en gezien
de correcties op het door de FFA ge
presenteerde cijfermateriaal, is er on
voldoende grond voor de conclusie
van de FFA, dat de daling van het be
zoek aan de bioscopen in de multiplex-
regio's in het tweede jaar groter is dan
in het eerste.
Het onmiskenbare feit dat de nieuwe
multiplexen veel bezoekers trekken,
betekent niet dat het ook om renda
bele investeringen gaat. Gegevens hier
over zijn nog niet gepubliceerd, maar
informele informaties over exploitatie
verliezen en over temporisering van
verdere investeringsbeslissingen lijken
er op te wijzen dat de rendabiliteit op
zijn minst lager is dan was verwacht.
NETTO-EFFECT VAN DE NIEUWE
MULTIPLEXEN OP HET BEZOEK
Zoals bij eerdere gelegenheden al is
aangegeven, wordt de openbaarma
king van uitkomsten van statistische
analyses in Duitsland door wettelijke
bepalingen beperkt. Het 'Daten-
schutzgesetz' verbiedt niet alleen de
ongeautoriseerde publicatie van gege
vens betreffende individuele onderne
mingen, maar ook publicatie van gege
vens waarvoor wèl toestemming is ver
kregen, doch met behulp waarvan an
dere, niet vrijgegeven data te bereke
nen zijn. Vooral het laatstgenoemde is
te betreuren, als men bedenkt dat
daardoor van de toestemming tot pu
blicatie van Neue Constantin Film voor
de resultaten in de regio Keulen geen
gebruik kan worden gemaakt door de
weigering van UCI, gegevens over
diens multiplexen vrij te geven.3
De in het hiernavolgende genoemde
gegevens hebben steeds betrekking op
de "oude Bundeslanderdus op de
BRD vóór de inlijving van de voorma
lige DDR. De reden daarvan is, dat de
wijzigingen van het bioscooppark en
de sterk verhoogde entreeprijzen in de
"nieuwe Bundeslander" de gegevens
betreffende heel Duitsland zodanig
beïnvloeden, dat een vergelijking met
de toestand zonder nieuwe multi
plexen alleen voor de oorspronkelijke
BRD mogelijk is. Een andere belang-