hele regio, kan het resultaat van 147 in
1992 bepaald mager worden genoemd.
In 1992 is immers het zeer luxueuze
Cinedom (geopend dec'91) het hele
jaar in bedrijf geweest. Hoewel nauw
keurige gegevens niet mogen worden
vrijgegeven, is het algemeen bekend
dat het ca. 20 km. buiten Keulen gele
gen multiplex in Hürth sterker achter
uit is gegaan dan het landelijk gemid
delde. De trekkracht van twee nieuwe
multiplexen in de zelfde regio in aan
merking nemend, is de gecorrigeerde
index van 71 van de 'Umfeldkinos' in
1992 nog redelijk te noemen.
Opgemerkt zij echter, dat er van de 58
Umfeldkinos' toch 12 een index van 50
of minder hebben behaald.
Regio Hannover
Gezien het feit dat Cinemaxx (geopend
in maart '91) in 1991 niet en in 1992
wel volledig in bedrijf is geweest, is de
stijging van de index van 133 naar 138
gering te noemen.
Dat deze ontwikkeling sterk ten koste
van de overige bioscopen is gegaan,
blijkt wel uit de omstandigheid dat er
van de 41 'Umfeldkinos' 25 in 1992 een
index van 50 of minder hebben gehad.
Het bezoek aan Cinemaxx was in 1991
1.273.073 tegen 1.274.719 in de over
eenkomstige tien maanden van 1992
(t.a.p. Bijlage 11).
Regio Gelsenkirchen
Het moge duidelijk zijn dat het effect
van een nieuw multiplex op het totale
bezoek in de regio niet onafhankelijk is
van de bioscoopdichtheid van die
regio. (Het markantste voorbeeld daar
van is het eerste multiplex in het Ver.
Koninkrijk, dat in het toen bioscoop-
loze Milton Keynes werd gevestigd.)
De grote stijging van het bezoek in
deze regio moet dan ook in dit licht
worden gezien. Aangezien het nieuwe
multiplex in maart '91 is geopend, be
tekent de stijging van de index van
1991 naar 1992 van 162 naar 181 niet
eens een pas op de plaats. Die vaststel
ling heeft evenwel betrekking op de
hele regio inclusief het multiplex; van
de in 1991 nog bestaande tien
Umfeldkinos' zijn er al vier gesloten,
en de zes overgebleven bioscopen
hadden in 1992 alle een index van 60 of
minder.
Regio Bochum
De stijging van het totale bezoek is in
deze regio zeer groot. Het relatief ge
ringe (maar absoluut toch grote) be-
zoekersverlies van de 'Umfeldkinos'
van 22 in 1992 t.o.v. 1989 komt ook
tot uiting in het feit dat er van de 23
Umfeldkinos' slechts twee een index
van 50 of minder hadden.
Regio Essen
Het in dec'91 geopende multiplex
(16 zalen) behaalde in 1992 1.448.473
bezoekers en een bruto-recette van
DM 14.951.942,- (t.a.p. Bijlage 11). De
daling van het bezoek aan de andere
bioscopen is groot: van (gecorri
geerde) index 117 naar 69 betekent
een daling van 41 in één jaar. Van de
49 'Umfeldkinos' hadden er in 1992 dan
ook al 24 een index van 50 of minder.
Hoewel er tot ultimo '92 pas twee bio
scopen zijn gesloten, is het zeker niet
denkbeeldig dat de in mijn vorige arti
kel aangehaalde voorspelling van een
exploitant uit Essen dat de helft van de
bioscopen in die stad binnen twee jaar
zal zijn gesloten4, min of meer zal uit
komen.
VERGELIJKING MET ENGELAND
Zoals algemeen bekend is, heeft de
vestiging van multiplexen in het
Verenigd Koninkrijk geleid tot een sub
stantiële stijging van het bioscoopbe
zoek, dat in geen land zo sterk was ge
daald als daar. Gezien het grote aantal
nieuwe multiplexen in het VK, mag
worden aangenomen dat de investerin
gen daarin gemiddeld redelijk renda
bel zijn geweest. Dat is niet verwon
derlijk, aangezien het VK vóór de vesti
ging van de multiplexen in internatio
nale filmkringen bekend stond als een
"bioscoopwoestijn"5. Vast staat, dat
met name de in Duitsland gevestigde
nieuwe multiplexen hun ontstaan in
belangrijke mate te danken hebben
aan de Britse successen. Gezien de re
latief hoge bioscoopdichtheid en de
gemiddeld goede kwaliteit van het bio
scooppark in West-Duitsland, heeft
men voor Duitsland voor veel hogere
investeringen per complex gekozen
dan in het VK. Dit heeft tot dermate
grote kwaliteitsverschillen geleid, dat
volgens de directeur van de
Filmförderungsanstalt, Rolf Bahr, geen
enkel Brits multiplex deze kwalificatie
verdient indien van de daarvoor in
Duitsland geldende criteria wordt uit
gegaan. Zeker niet ondenkbaar is, dat
het Britse succes zich weliswaar qua
bezoek in Duitsland herhaalt, maar
door de veel hogere investeringen niet
qua exploitatieresultaat.
In een land waar de publicatie van be
zoekcijfers wettelijk aan banden is ge
legd, zijn publicaties over exploitatie
resultaten uiteraard ondenkbaar. Van
een zeer goed geïnformeerde zegsman
heb ik evenwel vernomen dat Cinedom
in Keulen ondanks de hoge bezoekcij
fers thans een verlies van minstens
twee miljoen DM per jaar heeft. Gezien
de sterke achteruitgang van de con
ventionele bioscopen in die stad, zou
dat betekenen dat vrijwel elke bio
scoopexploitatie in Keulen met verlies
werkt. Dat zou natuurlijk een trieste si
tuatie zijn. Een verwijzing naar mijn
beschouwing over een wijze van be
groten die enigszins neerkomt op ver-
dringingsconcurrentie veroorzakende
dumping6, lijkt hier niet misplaatst.
Inmiddels lijkt het er op, dat de
Amerikaanse plannen voor multi
plexen in andere delen van West-
Duitsland zijn getemporiseerd, het
geen in overeenstemming is met de
open brief die UCI vorig jaar aan de
filmverhuurders in Duitsland heeft ge
schreven".
Te hopen is, dat het in FILM van
dec'92 aangekondigde onderzoek door
London Economics ook op het gebied
van de nieuwe multiplexen nieuwe in
zichten zal verschaffen, en dat daarvan
dan ook gebruik zal worden gemaakt
bij de beleidsvorming in grote onder
nemingen.
Noten
1. "Voor het eerst gegevens over de
effecten van de nieuwe multiplexen in
Duitsland. Het congres van de Duitse
bioscoopbond in Baden-Baden" (FILM,
mei 1992)
Aangezien van de oorspronkelijke Duitse
publicatie buiten Duitsland, Oostenrijk
en Zwitserland nauwelijks kennis kon
worden genomen, en omdat zowel een
samenvatting van de commentaren als
de kritiek op de berekeningswijze even
eens van belang werden geacht voor bij
deze materie betrokkenen in andere
landen, is een Engelse versie van mijn
artikel door Media Salles in de daarbij
aangesloten landen verspreid.
2. Rolf Bahr, "Cinemaxe, Multiplexe und die
Folgen" (Filmförderungsanstalt, Berlijn,
maart 1993). Deze tekst is, iets anders in
gedeeld en slechts met een klein deel van
het statistisch materiaal, opgenomen in:
"Dokumentation Europaischer Film-
theaterkongress" onder de veelzeggende
titel "Von Treffern und Betroffenen"
("Over treffers en gedupeerden").
3. Dat UCI van begin af aan een negatieve
houding met betrekking tot informatie
verstrekking heeft aangenomen, is al ver
meld in: "Het Filmtheater-Seminar 1990 in
Baden-Baden, Nieuws over multi- en meg-
acomplexen" (FILM, mei 1990); "De
nieuwe multiplexen: Trend en bedreiging
in de jaren '90. Verslag van het Deutsche
Filmtheater Kongress 1991" (FILM, mei
1991); en in het in noot 1 genoemde
artikel.
4. Het in noot 1 genoemde artikel, blz. 9
5. "Het gevaar van ongefundeerde op
brengstverwachtingen" (FILM, juni 1990),
blz. 7
6. "De ontwikkeling van de concurrentie in
het filmbedrijf in Nederland" (FILM, mei
1993), blz. 7
7. "UNIC-nieuws" (FILM, juli '92), blz. 5