In het hol van de leeuw
door Hans Beerekamp
PERSONALIA
RECTIFICATIE
Wie herinnert zich nog Lex
Werkheim of Pim de Miranda?
De perschefs van respectieve
lijk City en Tuschinski zouden zich in
hun graf omdraaien, als ze wisten hoe
zich de werkrelatie tussen het filmbe
drijf en de filmpers de laatste jaren
ontwikkeld heeft.
Zoals alles stak ook deze aangelegen
heid vroeger veel simpeler in elkaar.
Er waren een dozijn of iets meer film
journalisten, van wie de recensies ge
acht werden enige invloed uit te oefe
nen op het bioscoopbezoek. Die in
vloed werd nu eens overschat, dan
weer onderschat, maar op een paar ge
heide krakers in het genre James Bond
na, bestond er wel een zekere relatie
tussen toonzetting en aantal centime
ters van de recensie (om over kop en
foto nog maar te zwijgen) enerzijds en
de toeloop naar de film anderzijds.
Ome Lex Werkheim en Pim 'lekker
hapje' de Miranda deden er alles aan
om de dames en heren van de filmkri
tiek een prettig gevoel te verschaffen,
wanneer ze in de showroom van de
Hobbemastraat of de Sarphatikade
aanschoven. Geen regelrechte beïn
vloeding natuurlijk ("Kijk zelf maar, ik
vind het wel een aardige film", verder
ging dat niet), maar de randvoorwaar
den voor een gunstige vorm van 'free
publicity' werden altijd goed verzorgd:
een gezellig praatje bij de in- en uit
loop van de persvoorstelling, kopje
koffie, koekje erbij, ruime keuze uit
veel verschillende foto's, dikke pers
map, en heel veel persoonlijke aan
dacht voor hun pappenheimers.
In principe bestaat dit systeem nog
steeds: persvoorstelling, mapje, foto's,
koffie en glimlach. Maar het principe
begint te rafelen, naarmate het woord
'marketing' de plaats inneemt van 'pu
bliciteit'. Er zijn nog steeds perschefs
die hun vak verstaan en begrijpen dat
een behoorlijk geïllustreerde dag- of
weekbladkritiek, en zeker een fors in
terview, onbetaalbare gratis kolom
men zijn. Maar bij sommige filialen van
de grote Amerikaanse filmmaatschap
pijen lijkt men er de neus voor op te
halen. Televisie, ja, uiteraard, ik weet
het, daarvoor buigen wij inktkoelies
nederig het hoofd. Het is nog maar de
vraag of het tegen betaling plaatsen
van reklameborden op de tram, het
kopen van STER-zendtijd of het ver
vaardigen van dure displays, als het
hoofdkantoor dat zo ordonneert, een
even efficiënte besteding van het mar-
keting-budget vormt als een prettige
relatie met de filmpers. Sommige dis
tributiekantoren (met name een niet
nader te noemen bedrijf onder vrou
welijke leiding, en het is niet
Cinemien) nemen doorgaans niet eens
meer de moeite een medewerker naar
persvoorstellingen te sturen. Als je
geluk hebt, is er een stapel mapjes
neergeplempt die de onvolprezen
Ursula van de al even onvolprezen
Cinema dan onder de aanwezigen uit
deelt. Zonder haar laconieke warmte
zou het een stuk rommeliger en onge
zelliger zijn in de persfoyer.
Toch werken er minstens twee mensen
op de publiciteitsafdeling van voor
noemd kantoor. Eén heb ik een keer
gesproken, een ander zie je soms
schichtig voorbij schieten; als ik lang
nadenk, kan ik me haar naam en ge
zicht voor de geest halen.
Welke films dat kantoor de komende
maanden uit zal brengen, kan ik voor
een deel raden door Variety te lezen;
data en details, laat staan publiciteit
die de recensie te buiten gaat, is in
mijn krant dus weinig waarschijnlijk.
Bijna alle distributeurs zijn overge
stapt van een grote stapel van hon
derd verschillende foto's naar kant-en-
klare mapjes met dezelfde drie of vier
motieven voor iedereen. Eerlijk is eer
lijk, we kunnen moeilijk verschil gaan
maken tussen die ruim honderd KNF-
leden. En zo verschijnen in alle kran
ten steevast dezelfde plaatjes.
Nog moeilijker is het om een foto te
bemachtigen van een film die uitslui
tend op video uitgebracht wordt. De
publiciteitsafdelingen van de videover
huurders (weer de enkele goede uit
zondering daargelaten) bestaan voor
mij uit namen onder een fax of mailing.
Als je ze belt (en te pakken krijgt),
slaan ze steil achterover, als je mee
deelt dat de beschikbaarheid van een
zwart-wit-foto de kans op publikatie
vergroot. Een kleurendia wil nog wel
eens lukken, maar met dit soort excen
trieke verzoeken als zwart-wit-publici-
teitsmateriaal kan een modern video-
bedrijf natuurlijk moeilijk rekening
houden. Ik begrijp het, ja, Amerika hè?
De inhoud van de mailings spreekt
boekdelen: het bevoorraden van de vi
deotheekhouders met ballonnetjes,
balpennen en andere aardige hebbe
dingetjes is natuurlijk van onschat
baarder belang dan een gratis, met een
royale foto verluchtigd vierkolomsarti-
kel in een landelijk dagblad.
Misschien is het iets om eens
een marketing-adviesburo een dik on
derzoeksrapport over te laten
schrijven.
Tijdens de bestuursvergadering van
de Nederlandse Vereniging van
Filmverhuurders op 15 juli jl. is MAX
VAN PRAAG (U.I.P.) afgetreden als
voorzitter van de vereniging. Vice-
voorzitter PAUL ZONDERLAND (Buena
Vista) neemt voorlopig de honneurs
waar.
Mr.HANS J.POS
(Shooting Star Film-
company) is be
noemd tot bestuurs
lid van de STICH
TING voor ONDER
ZOEK t.b.v. de FILM
VERTONING.
Het interim bestuur van het NFF
(Stg.Nederlands Fonds voor de Film),
het 'nieuwe filmfonds', heeft RYCLEF
RIENSTRA benoemd tot direkteur van
het fondsbureau. De heer Rienstra
is thans secretaris-generaal van
Eurimages.
ANNETTE FORSTER is benoemd tot lid
van de Afdeling Film van de RAAD
VOOR DE KUNST. Wie in de functie van
voorzitter Sonja de Leeuw zal opvolgen
is nog onbekend.
FRANCA PELSTER is voor een periode
van drie jaar herkozen als bestuurs
lid/penningmeester van EURO AIM.
Mevrouw Pelster was de afgelopen
jaren ook reeds aktief als consultant en
Nederlandse 'antenne' voor Euro Aim.
op het artikel "De gevolgen van
21/2 jaar nieuwe multiplexen in
Duitsland" door drs. J.Ph.Wolff in
FILM, juni 1993.
Tabel 1, eerste kolom: 1990 en 1991
moet zijn: 1991 en 1992
Tabel 3, laatste kolom: aantal
bioscopen in de regio Hannover in
1991: 40 moet zijn 42.
17