Van toevalstreffer tot exclusieve akoestiek
m
TECHNIEK
Rosbeek:
'Soms is
een zaal
wel goed,
maar dat
is meestal
een toe
valstref
fer/
Bouwen aan een betere geluidsbeleving
De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor de vi
suele ervaring in bioscopen zoals natuurlijk de 3D-films
van de laatste tijd. Maar hoe zit het nu eigenlijk met
geluid en akoestiek? Wordt daar nog wel aandacht aan
besteed? In bepaalde gevallen wordt er uitvoerig bij
stilgestaan, maar soms lijkt het ook een toevalstreffer.
Door Nick Ceton
In CineLounge in Houten is veel aandacht besteed
aan de totale beleving waaronder dus ook aan de
akoestiek. Sensus Acoustics Architecture is hier als
akoestisch consultant bij betrokken geweest. Volgens
Björn van Munster van Sensus is het van belang te
beseffen dat de ruimteakoestiek eisen stelt aan ma
terialen en de ruimte. Die worden ook gesteld door
een architect. 'Door dit te combineren bieden we een
oplossing die niet alleen goed klinkt, maar er ook nog
leuk uitziet', aldus Van Munster.
Toevalstreffer
Ronald Rosbeek van Rosbeek Techniek vindt het
lovenswaardig als een bedrijf aandacht besteedt aan
de akoestiek van de zaal. Volgens hem is er hier en
daar wel wat mis: 'Er wordt weinig aandacht besteed
aan akoestiek in de gemiddelde bioscoop, maar het
is dan ook gecompliceerd. Het laat zich niet aanpas
sen door alleen wat EQ (equalizing, redactie). Afme
tingen van een ruimte hebben een enorme invloed op
het geluid,' zegt Rosbeek, 'en zeker met gelijkzijdige
muren, vloer en plafond heb je een doos waarin
staande golven kunnen ontstaan. Dat is akoestisch
gezien waardeloos. Soms is een zaal wel goed, maar
dat is meestal een toevalstreffer.' Tom Back van Al-
cons Audio sluit zich daar bij aan: 'Akoestiek bepaalt
de intimiteit en realiteit van een film, maar audio is al
een sluitpost van de cinemabegroting en akoestiek al
helemaal.'
Dat er akoestisch veel mis is in bestaande bioscoop
zalen wil Van Munster niet direct beweren, maar hij
wil wat prestaties betreft wel graag een stapje verder
gaan. 'Mensen zijn juist op zoek naar de totaalbele
ving. Eigenlijk precies zoals de filmmaker het bedoeld
heeft.'
Totaalbeleving
De ideale bioscoopzaal is een neutrale ruimte die qua
frequentie karakteristiek volkomen vlak is. Van Munster:
'Het nagestreefde akoestische eindresultaat is eigenlijk
hetzelfde, maar de wijze waarop, is exclusief en uniek
voor elke zaal'. Is er eigenlijk sprake van een trend
'That's not what it sounded like.' (Daniel Radcliffe in Harry Potter and the Half-Blood Prince)
CineLounge in
Houten.
richting deze exclusieve akoestiek? Van Munster: 'Die
probeer ik natuurlijk graag aan te wakkeren.'
Djörn Rump van Arcaplex in Spijkenisse vindt dat je
niet kunt generaliseren: 'Er is nu eenmaal een type
exploitant die geluid belangrijk vindt, maar er zijn er
ook die andere zaken belangrijker vinden'. Waarom
heeft Rump zelf gekozen voor een THX-certificering
in Arcaplex? 'We wilden beeld- en geluidstechnisch
het beste hebben wat op dat moment mogelijk was'.
Arcaplex is een van de vier bioscopen in Nederland
met een dergelijke certificering waarbij onder meer
gekeken wordt hoe architectuur, ontwerp en akoes
tiek samen kunnen worden toegepast. 'Met name de
zogenoemde Baffle Wall, een wand van speakers
achter het doek, zorgt ervoor dat het geluidsniveau in
de hele zaal hetzelfde is.'
Ditzelfde effect heeft men in Houten onder meer gere
aliseerd door de subwoofers te laten 'vliegen' in plaats
van laag te plaatsen. Hierdoor wordt het afstandsver-
schil tussen voorste en achterste luisteraar veel minder
groot en is er dus een kleiner niveauverschil. Ook
het zogenoemde 'Seat dip effect', waarbij een dip
in de frequenties tussen 75 en 300Hz kan ontstaan
wanneer geluid over de hoofden van de mensen heen
wordt gestraald, wordt hiermee voorkomen. Eindresul
taat: een veel gelijkmatiger en rustiger geluid.
Rosbeek en Back herkennen op dit moment geen
trend in de markt richting een verbeterde audio-erva-
ring. De vastgelegde digital cinema audiostandaard
biedt echter wel het potentieel om de audiobeleving
te vergroten. En zoals Back het stelt: 'Uiteindelijk is
het toch de bedoeling de bioscoopbezoeker zo veel
mogelijk te laten beleven wat de filmmaker bedoeld
heeft. Daar mag best wat meer moeite voor worden
gedaan'