10 Voor het Hoofdbestuur was het echter duidelijk, en dit werd dit college bevestigd bij het onderhoud, hetwelk het met Minister De Geer had gevoerd, dat dit artikel ten doel had de door de Staatscommissie aanbevolen centrale keuring tot een paskwil te maken, erger nog den Gemeenteraden de bevoegdheid te geven niet alleen de centraal-goedgekeurde films nog eens gemeentelijk te doen afkeuren, maar ook zoodanige veranderingen in het leven te roepen, waardoor de exploitatie van bioscopen absoluut on mogelijk zou gemaakt kunnen worden. Tegen dit gevaarlijk artikel en mede tegen artikel 16, waarin de niet gesplitste keuring van films op geschiktheid was voor gesteld, gingen wel in hoofdzaak onze bezwaren. Beseffende, dat het toen 't was immers nog vóór 11 November 1925 de coalitie in geen geval de wet weer zou doen mis lukken, moest het Hoofdbestuur wel al zijn krachten en invloed aanwenden, om ten minste deze beide artikelen ten gunste van het bedrijf gewijzigd te krijgen. Daartoe heeft het Hoofdbestuur besprekingen gevoerd niet alleen met Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken, die 't moet hier ruiterlijk worden erkend met al onze bezwaren ernstig rekening hield, maar ook met een twintig tal leden van de Tweede Kamer, alle politieke fracties vertegen woordigende. Bovendien werd door het doen aanplakken van de door den kunstenaar Nico Taak geteekende affiches in geheel ons land eene voorstelling gegeven van de gevolgen van de ongewijzigde aanneming van het ontwerp-bioscoopwet, terwijl vervolgens in annonces in alle Nederlandsche dagbladen en bovendien op de propagandafilmpjes. welke in alle bioscopen vertoond werden, in enkele woorden de beteekenis van de wet werd uiteengezet. De propaganda miste hare uitwerking niet. en al stond hier het bestaan van het geheele bedrijf op het spel, het Hoofd bestuur liet zich er niet toe verleiden deze propaganda onwaar dig te voeren, Dat dit college voor deze correcte actie zelfs door vele tegenstanders is gecomplimenteerd, stemt tot voldoe ning en schenkt het Hoofdbestuur tevens de overtuiging, dat het ook daaraan grootendeels te danken is, dat inderdaad belangrijke verbeteringen in het wetsontwerp zijn aangebracht. Dank zij het krachtig ageeren door de Tweede Kamerleden, de heeren Mr. H. P, Marchant, A. B. Kleerekoper, Mr. G, Boon, dr, J. Th, de Visser en L, L. H, de Visser, ondergingen de artikelen 4 en 16 zoodanige veranderingen, dat de bevoegd heden van de gemeenteraden in zooverre beperkt werden, dat

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1925 | | pagina 12