25
de exploitatie van eene reizende jeugdbioscoop ten behoeve van
die groepen van personen.
En ten slotte kan worden medegedeeld, dat het Hoofdbestuur
zijne bemiddeling verleende bij het. uitreiken van toegangskaar-
ten voor de filmoperateurs op de Internationale Bloemententoon-
stelling in Heemstede.
De Bondsarbitrage.
Gedurende vijf jaren worden nu reeds de geschillen, welke
tusschen de leden onderling ontstaan, door arbitrage uitgemaakt.
In het verslag over 1921 werd betreffende het nieuwe instituut,
dat toen een jaar in werking was, het volgende geschreven:
,,De Commissie van Geschillen heeft er veel toe bijgedragen,
om verkeerde toestanden in ons bedrijf te verbeteren, zwarte
plekken te zuiveren, onrechtmatige handelingen uit den weg te
ruimen en eene betere commercieele verhouding tusschen de leden
onderling te bevorderen."
En thans, nadat de Commissie van Geschillen" in de vijf jaren
van haar bestaan 138 zittingen heeft gehouden, kan vastgesteld
worden, dat, dank zij de Bondsarbitrage, de zakelijke verhouding
tusschen de leden onderling in vele opzichten tot voorbeeld aan
andere bedrijven kan strekken.
Daarenboven hebben de leden aan de Bondsarbitrage te dan
ken, dat, in geld uitgedrukt, bijna twee honderd duizend gulden
in die vijf jaren ten goede is gekomen aan de partijen, die in het
gelijk werden gesteld.
Dat vanaf de stichting der „Commissie van Geschillen", de
heer D. Hamburger te Amsterdam de zittingen heeft voorge
zeten, is een feit, waarmede deze bekwame, onpartijdige voor
zitter van harte mag worden geluk gewenscht, terwijl hem tevens
voor de waarneming van deze belangrijke functie de bijzondere
erkentelijkheid van den Bond dient te worden betuigd.
Het resultaat van de Bondsarbitrage was ook in het afgeloopen
jaar van groote beteekenis. Een bedrag van ƒ36.679,84 kwam in
1926 ten goede aan de partijen, zoowel filmverhuurders als
exploitanten, die in het gelijk werden gesteld. Eene schatting van
het bedrag aan proceskosten, hetwelk door de Bondsarbitrage
bespaard werd, valt niet te maken,
De „Commissie van Geschillen".
In de samenstelling der „Commissie van Geschillen" kwam
in het verslagjaar verandering, doordat in de plaats van het lid-
filmverhuurder, den heer B, D. O c h s e, die zich niet meer